Ingediend | 4 augustus 2014 |
---|---|
Beantwoord | 3 oktober 2014 (na 60 dagen) |
Indieners | Sadet Karabulut , Paul Ulenbelt |
Beantwoord door | Lodewijk Asscher (viceminister-president , minister sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA) |
Onderwerpen | verkeer weg |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z13842.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-176.html |
Ik spreek van werkverdringing als werknemers door oneerlijke concurrentie hun baan verliezen. Bij oneerlijke concurrentie kan gedacht worden aan ontduiking van het minimumloon, het cao-loon of de werknemersverzekeringen. Wanneer werknemers hierdoor hun baan verliezen vind ik dat onacceptabel. Of er in concrete gevallen sprake is van werkverdringing is mede afhankelijk van de omstandigheden van het specifieke geval. Zoals Kamerlid Karabulut (SP) heeft verzocht in de procedurevergadering van de vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ben ik in de brief van 1 oktober jl dieper ingegaan op dit onderwerp.
Zie antwoord vraag 1.
Zoals hierboven geschetst is het moeilijk algemene uitspraken te doen. De gemeenten en provincies zijn zelf verantwoordelijk om het openbaar vervoer – binnen de geldende wet- en regelgeving – in hun gebied vorm te geven. Het is niet aan mij om daarover te oordelen.
Of de komende jaren meer buschauffeurs hun baan verliezen en meer vrijwilligers dit soort werkzaamheden gaan doen, kan ik niet inschatten.
Het UWV is verantwoordelijk voor uitvoering van een aantal werknemersverzekeringen. In het kader van de WW ben ik in overleg met het UWV om te komen tot verruiming van de huidige regels omtrent het verrichten van vrijwilligerswerk met behoud van uitkering zoals aangekondigd in mijn brief van 10 juli jongstleden3. Daar maken we afspraken over hoe vrijwilligerswerk in de zin van de WW wordt gedefinieerd. Werkverdringing houd ik daarbij scherp in het oog.
Zoals aangegeven zijn gemeenten en provincies zelf verantwoordelijk voor de organisatie van het openbaar vervoer in hun gebied.
Ja, ik zal dit bespreken in mijn overleg met sociale partners en uw Kamer over de uitkomsten informeren.
Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van de leden Karabulut en Ulenbelt (SP) over «het bericht dat steeds meer buschauffeurs worden vervangen door vrijwilligers» niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is omdat beantwoording nadere (interdepartementale) afstemming vergt.