Ingediend | 5 maart 2014 |
---|---|
Beantwoord | 19 maart 2014 (na 14 dagen) |
Indiener | Joram van Klaveren (PVV) |
Beantwoord door | Stef Blok (minister zonder portefeuille binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (VVD) |
Onderwerpen | huisvesting organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z04028.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-1501.html |
Ja.
Ontwikkelingen zoals aanpassing van de hypotheekrenteaftrek zijn onderdeel van het kabinetsbeleid om sterker uit de crisis te komen. De ontwikkelingen op het terrein van de onroerende zaakbelasting (OZB) kan ik voor 2014 nog niet voldoende duiden. Voor de ontwikkeling van de lokale lasten baseert het Rijk zich op de cijfers van het COELO in de Atlas van de lokale lasten. Deze cijfers zijn nog niet gepubliceerd.
De WOZ-waarde vormt de grondslag voor de OZB. Op basis van de voor woningen en niet-woningen vastgestelde WOZ-waarde, wordt, middels het door de gemeenteraad vast te stellen OZB-tarief, de begrote nominale OZB-opbrengst bepaald. Indien gemeenten bij een dalende WOZ-waarde in enig jaar hun tarieven ten opzichte van het voorgaande jaar niet wijzigen, daalt de nominale OZB-opbrengst zonder dat noodzakelijkerwijs de kosten van de gemeentelijke taakuitvoering dalen. Gemeenten mogen er voor kiezen om het OZB-tarief zodanig aan te passen dat de OZB-opbrengst ten opzichte van het voorgaande jaar gelijk blijft of zelfs stijgt, bijv. op niveau van de inflatie of ten behoeve van financiering van nieuwe plannen. Het is uiteindelijk aan de gemeenteraad om het OZB-tarief vast te stellen dat leidt tot de gewenste nominale OZB-opbrengst, passend bij de lokale situatie.
Ingevolge de Gemeentewet is het een autonome bevoegdheid van iedere gemeente om jaarlijks hun OZB-tarief vast te stellen. Ik ben niet voornemens om daar verandering in aan te brengen. De OZB is reeds genormeerd door de bestuurlijke macronorm. Deze afspraak om de jaarlijkse opbrengststijging van de OZB niet boven een bepaald niveau te laten komen wordt op dit moment geëvalueerd. De uitkomst daarvan wordt, samen met de opbrengstontwikkeling van de OZB over 2014, besproken op het bestuurlijk overleg financiële verhoudingen dat dit voorjaar zal plaats vinden tussen het Rijk en de VNG.