Ingediend | 30 januari 2014 |
---|---|
Beantwoord | 28 februari 2014 (na 29 dagen) |
Indiener | Jasper van Dijk |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z01610.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-1292.html |
Het bericht is gebaseerd op een eerder bericht in Le Nouvel Observateur van 16 januari jl. dat vervolgens door een deel van de Malinese pers is overgenomen. Het betreft geen citaten uit een persbericht van de Malinese overheid, zoals BNR veronderstelt. De berichtgeving suggereert een slechte werkrelatie tussen de heer Koenders en de Malinese president Keïta. Voor zover het kabinet bekend, is hiervan geen sprake.
Deze woorden komen voor rekening van de heer Leurdijk.
Zie het antwoord op vraag 3.
Het verzoeningsproces in Mali verloopt langzaam. Verzoening hangt voor een deel af van het onderhandelingsproces met rebellenbewegingen dat momenteel in een impasse zit. De eis van president Keïta aan de rebellen om eenzijdig te ontwapenen alvorens hij bereid is te onderhandelen speelt hierbij een rol. De heer Koenders is als hoofd van MINUSMA actief op zoek naar oplossingen om het proces weer op gang te brengen.
Gezien de complexiteit van het conflict, de veelheid aan actoren, de onderliggende oorzaken en lange geschiedenis van tegenstellingen in Mali en de bredere regio voorziet het kabinet geen snelle oplossingen. Het is van belang dat de internationale gemeenschap zichtbaar betrokken blijft en druk blijft uitoefenen op alle betrokkenen om tot een onderhandelingsresultaat te komen.
Zoals in bovenstaande antwoorden aangegeven, ziet het kabinet geen noodzaak tot stappen in reactie op de genoemde berichten.