Kamervraag 2013Z12230

Het bericht dat er meer gevallen van ouderenmishandeling gemeld worden

Ingediend 14 juni 2013
Beantwoord 9 juli 2013 (na 25 dagen)
Indiener Fleur Agema (PVV)
Beantwoord door Martin van Rijn (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (PvdA)
Onderwerpen ouderen zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z12230.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2789.html
1. NOS, 13 juni 2013
2. www.L1.nl
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de artikelen «Meer ouderenmishandeling gemeld1 en «Aandacht voor ouderenmishandeling»?2

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat de stijging van 3% vermoedelijk maar het topje van de ijsberg betreft? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen om alle ouderen die mishandeld worden in beeld te brengen? Zo nee, waarom niet?

    Ja, Ik sluit zeker niet uit dat het hier gaat om het topje van de ijsberg. Daarom voer ik ook het Actieplan «Ouderen in veilige handen» uit. Dit plan kent verschillende maatregelen om ouderenmishandeling aan te pakken. Ik noem bijvoorbeeld de voorlichtingscampagne van de vier ouderenbonden ANBO, PCOB, UnieKBO en het Netwerk van organisaties van oudere migranten, de e-learningmodule »Ouderen in veilige handen» en de handreiking »Vrijwilligers tegen ouderenmishandeling». In de voortgangsrapportage over geweld in afhankelijkheidsrelaties die binnenkort naar uw Kamer wordt verzonden, wordt uitgebreider stilgestaan bij de stand van zaken van dit Actieplan.

  • Vraag 3
    Kunt u verklaren hoe genoemde artikelen zich tot elkaar verhouden, en hoe het komt dat er alleen al in de provincie Limburg zo’n 8.000 maal melding is gedaan van ouderenmishandeling en landelijk 1.027 maal?

    De schatting is dat één op de twintig ouderen te maken krijgt met ouderenmishandeling. Wordt dit vertaald naar de regio Zuid-Limburg, dan is de verwachting dat naar schatting ongeveer 8.000 slachtoffer zouden kunnen zijn. Het gaat hier dus niet om het aantal daadwerkelijke meldingen. Het feit dat er nog weinig gemeld wordt, kan meerdere redenen hebben. Zo heerst er nog steeds angst en schaamte onder ouderen zelf (vandaar ook de voorlichtingscampagne om ouderenmishandeling bespreekbaar te maken) en wordt het lang nog niet altijd herkend door de omgeving of professionals (daarom ook mijn inzet om dit te doorbreken met onder vraag 2 genoemde instrumenten). Ook kan het zijn dat in de betreffende situatie wél hulp wordt geboden en de mishandeling wordt gestopt, zonder dat dit leidt tot een melding.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat uw plannen om zorgafhankelijke ouderen langer thuis te laten wonen de kans op verwaarlozing, lichamelijke en/of psychische mishandeling, seksueel misbruik of financiële uitbuiting alleen maar vergroten? Zo nee, waarom niet?

    Deze mening deel ik niet. Ten eerste is mijn aanpak van ouderenmishandeling – en mijn bredere beleid op het gebied van geweld in afhankelijkheidsrelaties – erop gericht om sneller en beter geweld in de thuissituatie te signaleren en om te weten hoe te handelen. Dit om het geweld zo vroeg en zo snel mogelijk te stoppen. De wet verplichte meldcode huiselijke geweld en kindermishandeling die op 1 juli jongstleden van kracht is geworden, is daar een belangrijk onderdeel van. Maar ook de publiekscampagne »Een veilig thuis, daar maak je je toch sterk voor», die bijvoorbeeld omstanders aanspoort om actie te ondernemen, onder andere door hulp en advies te vragen bij het Steunpunt Huiselijk Geweld. Ten tweede heb ik een aanpak op maat voor ogen, zoals ik ook in mijn brief over de hervorming van de langdurige zorg uiteen heb gezet (Kamerstukken II, vergaderjaar 2012–2013, 30 597, nr. 296). Het is belangrijk om niet alleen naar de cliënt te kijken, maar ook om haar of zijn sociale omgeving in kaart te brengen. Een veilige omgeving is daarbij voor mij een belangrijk uitgangspunt.
    Door deze aanpak op maat verwacht ik dat risico´s en signalen van geweld eerder dan voorheen in beeld komen en tijdig maatregelen daartegen getroffen kunnen worden.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat er vaker aangifte gedaan moet worden tegen daders van deze laffe daden en dat zij een drie keer hogere straf dienen te krijgen? Zo ja, hoe gaat u dit bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?

    Zoals de Minister van Veiligheid en Justitie u in reactie op eerdere Kamervragen liet weten, moeten, daar waar het gaat om moedwillige ouderenmishandeling, daders van ouderenmishandeling onmiddellijk en streng worden aangepakt. Het aangiftebeleid heeft bijzondere aandacht van mijn collega van Veiligheid en Justitie. Hierbij geldt als uitgangspunt dat iedere burger bij het doen van aangifte zo goed mogelijk wordt geholpen. Zo is het vanaf 1 januari 2013 mogelijk dat de politie, bij ouderen die niet in staat zijn om naar het bureau te komen om aangifte te doen, bij deze mensen thuis de aangifte kan komen opnemen.
    Ook heeft hij u reeds eerder laten weten verhoging van de strafmaat niet nodig te achten, omdat de kwetsbaarheid van het slachtoffer, dus ook van de oudere, een omstandigheid is die door het Openbaar Ministerie en de rechter binnen de gestelde strafmaxima van de verschillende delicten (waaronder diefstal) wordt meegewogen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2013Z12230
Volledige titel: Het bericht dat er meer gevallen van ouderenmishandeling gemeld worden
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20122013-2789
Volledige titel: Antwoord vragen Agema over het bericht dat er meer gevallen van ouderenmishandeling gemeld worden