Ingediend | 3 januari 2013 |
---|---|
Beantwoord | 11 maart 2013 (na 67 dagen) |
Indieners | Lilian Helder (PVV), Geert Wilders (PVV) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | recht rechtspraak strafrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z00046.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1615.html |
Ja.
In de eerste week van januari 2013 hebben in totaal 16 verdachten zich voor de supersnelrechter moeten verantwoorden. Van deze 16 zaken resulteerden 12 in een veroordeling en zijn 3 door de rechter aangehouden omdat er nog getuigen moesten worden gehoord. In één zaak werd de verdachte vrijgesproken. In 8 van de 12 zaken waarin de rechter tot een veroordeling kwam, betrof die veroordeling een (voorwaardelijke) gevangenisstraf, variërend van enkele dagen tot 10 weken. In vijf zaken was het vonnis van de rechter conform eis van het OM. Het OM is in beroep gegaan tegen de beslissing van de Haagse Rechtbank in de overige drie zaken. In twee daarvan legde het Hof net als de politierechter werkstraffen op. In één zaak heeft het Hof hoger gevonnist, en vrijwel conform de oorspronkelijke eis vier weken gevangenisstraf opgelegd, waarvan twee weken voorwaardelijk.
Zie antwoord vraag 2.
Nee, het feit dat in een aantal zaken de door de rechter opgelegde straffen lager waren dan door het OM geëist wil niet zeggen dat er geen enkele preventieve werking van uit gaat. Het is aan de rechter om, rekening houdend met de concrete omstandigheden van het geval, een passende straf op te leggen. In een aantal gevallen is het OM in hoger beroep gegaan.
Ja. Om deze reden verhoogt het OM consequent de strafeisen in zaken die zijn begaan tijdens evenementen, waaronder de jaarwisseling, met 75% en in het geval van geweld tegen medewerkers met een publieke taak met 200%.
Ik vind dat forse straffen op hun plaats zijn voor geweld tegen hulpverleners en misdragingen gepleegd tijdens de jaarwisseling. Daarom gelden hiervoor de verhoogde strafeisen. Het is verder aan het OM en de rechter om, rekening houdend met de persoon van de dader en de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd, te bepalen welke straf(eis) in een concreet geval passend is. Een taakstraf is daarbij een mogelijkheid. Wat betreft de suggestie over het dragen van een roze overall tijdens het uitvoeren van een taakstraf verwijs ik naar het antwoord van de toenmalige Staatssecretaris van Justitie op eerdere vragen hierover (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 2953).
Zie antwoord vraag 6.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het leden Helder en Wilders (PVV) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de berichten «Werksraf in plaats van tien weken cel», «Oudjaarstuig lacht om straf», en «Hufters overal buitensluiten» (ingezonden 3 januari 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.