Kamervraag 2012Z23009

De schikking van het Openbaar Ministerie met Ballast Nedam

Ingediend 28 december 2012
Beantwoord 29 januari 2013 (na 32 dagen)
Indiener Jan de Wit
Beantwoord door Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen recht rechtspraak
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z23009.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1125.html
1. NRC Handelsblad van 21 december 2012
2. Het Radio 1 journaal, 21 december 2012
  • Vraag 1
    Wat is uw oordeel over de schikking die het Openbaar Ministerie (OM) heeft getroffen met het bedrijf Ballast Nedam?1

    De bedoelde hoge transactie houdt in dat twee dochtervennootschappen van Ballast Nedam de voor de geconstateerde strafbare feiten maximale geldboete betalen en dat het wederrechtelijk verkregen voordeel tot een bedrag van 15,7 miljoen wordt ontnomen. Het transactievoorstel is conform de Aanwijzing hoge en bijzondere transacties aan mij ter instemming voorgelegd. Ik ben van oordeel dat deze hoge transactie in dit bijzondere geval, na afweging van alle belangen, een passende afdoening vormt, te meer nu de maximale boete overeen is gekomen. Ik wijs er verder op dat aan een rechtspersoon slechts een financiële sanctie kan worden opgelegd.
    Het onderzoek naar derden wordt voortgezet en Ballast Nedam heeft toegezegd haar medewerking aan het doorlopende onderzoek te zullen verlenen. Het enkele feit van deze schikking betekent niet dat er in dit onderzoek geen openbare verantwoording voor de strafrechter zal plaatsvinden.

  • Vraag 2
    Acht u het gewenst dat het betreffende bedrijf er vanaf komt met een bedrag van € 17 mln. en zich niet in het openbaar hoeft te verantwoorden voor de rechter, vooral nu het om een omvangrijke zaak gaat en het OM momenteel verscheidene bedrijven, eveneens verdacht van omkoping, onderzoekt? Zo ja, waarom?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Bestaat het gevaar dat het OM door de handelwijze in deze zaak op grond van het principe «gelijke monniken gelijke kappen» zichzelf als het ware verplicht om in de andere zaken eveneens te schikken? Zo nee, waarom niet?

    Nee. Aan deze hoge transactie kunnen voor toekomstige gevallen geen rechten worden ontleend. Voor elke transactie geldt dat deze, gelet op de concrete omstandigheden van het geval, een passende afdoening moet vormen. Voor hoge transacties geldt deze eis des te sterker. In de Aanwijzing hoge en bijzondere transacties is daarom het uitgangspunt «dagvaarden, tenzij» opgenomen. Door verschillende omstandigheden kan evenwel een hoge transactie een passende afdoening vormen. In alle gevallen is sprake van maatwerk. Dat maakt dat in elke zaak opnieuw naar de omstandigheden van dat geval een afweging moet worden gemaakt. In mijn brief van 29 juni 2011 aan uw Kamer (Kamerstukken II, vergaderjaar 2010–2011, 29 911, nr. 53) ben ik uitvoerig ingegaan op de achtergronden van de hoge transactie en de factoren die een rol kunnen spelen bij de aanbieding van een hoge transactie.

  • Vraag 4
    Hoe kijkt u aan tegen de consequentie van deze schikking, te weten dat de samenleving nimmer de ware feiten omtrent deze omkoping zal vernemen?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 5
    Is deze schikking niet des te meer ongewenst nu als gevolg daarvan ook omtrent de betrokkenheid van een Nederlandse provinciale bestuurder bij deze omkopingszaak nimmer helderheid zal ontstaan?2

    De strafrechtelijke vervolging van de bedoelde Nederlandse ambtsdrager is als gevolg van de buitengerechtelijke afdoening met Ballast Nedam niet beëindigd. De zaak tegen de Nederlandse ambtsdrager en de andere hoofdverdachten wordt op een openbare zitting behandeld.

  • Vraag 6
    Bent u bereid met het OM opnieuw te overleggen over de wenselijkheid van schikkingen? Zo nee, waarom niet?

    Ik heb geen aanleiding om met het OM opnieuw te overleggen over de wenselijkheid van schikkingen. Elke hoge transactie die aan mij ter instemming wordt voorgelegd zal ik beoordelen met inachtneming van de kaders van de Aanwijzing hoge transactie, zoals nader uiteengezet in mijn hiervoor aangehaalde brief van 29 juni 2011.

  • Mededeling - 17 januari 2013

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid De Wit (SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over (ingezonden 28 december 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2012Z23009
Volledige titel: De schikking van het Openbaar Ministerie met Ballast Nedam
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20122013-1125
Volledige titel: Antwoord vragen De Wit over de schikking van het Openbaar Ministerie met Ballast Nedam