Ingediend | 26 oktober 2012 |
---|---|
Beantwoord | 20 november 2012 (na 25 dagen) |
Indiener | Mohammed Mohandis (PvdA) |
Beantwoord door | Marja van Bijsterveldt (CDA) |
Onderwerpen | basisonderwijs onderwijs en wetenschap voortgezet onderwijs |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z18170.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-609.html |
Ik heb kennis genomen van het onderzoek van CNV Onderwijs. Hieruit blijkt dat onderwijsondersteuners zich over het algemeen behoorlijk veilig en gerespecteerd
voelen op school. Echter, ook bijna tachtig procent heeft blijkens dit onderzoek te maken met verbale agressie van leerlingen, ruim één op de drie met fysieke agressie. De voorbeelden uit het onderzoek zijn soms verontrustend. Ik vind het dan ook begrijpelijk dat deze voorbeelden in de media aandacht hebben gekregen. Ook ik ben van die voorbeelden geschrokken. Ieder incident dat zich op school voordoet is er een te veel en ik zie het als mijn taak om scholen te ondersteunen bij hun verantwoordelijkheid voor de veiligheid op school.
Ik constateer dat de gegevens uit het onderzoek van CNV Onderwijs grotendeels overeenkomen met de cijfers uit het onderzoek dat ik iedere twee jaar laat uitvoeren, de monitor Sociale veiligheid in en rond scholen.
Voor mijn beleid baseer ik mij op deze monitor Sociale veiligheid in en rond scholen. Deze monitor wordt voor het VO al sinds 2006 en voor het PO sinds 2010 gebruikt en geeft daarmee belangrijke trends weer. Bovendien wordt in deze monitor naar de veiligheidsbeleving van alle betrokkenen in de school gevraagd: onderwijzend en ondersteunend personeel én ouders en leerlingen. Het geeft daarmee goede handvatten voor beleid.
Over enkele weken verschijnt de monitor Sociale veiligheid in en rond scholen (PO en VO 2012). Uit het eerste concept van deze monitor blijkt dat onderwijsondersteuners zich behoorlijk veilig voelen op school. Circa 93 procent voelt zich veilig in de school. Maar net als in het onderzoek van CNV onderwijs blijkt dat onderwijzend en ondersteunend personeel ook te maken heeft met, soms ernstige, incidenten.
Iedere medewerker met een publieke taak heeft recht op een veilige werkplek. Het vorige Kabinet heeft daarom ingezet op de Veilige Publieke Taak (VPT). Mijn ministerie is hierbij nauw betrokken, door bijvoorbeeld:
Ook voor de komende kabinetsperiode blijft het kabinet inzetten op een veilige publieke taak. Voor het onderwijs zal ik ook blijven inzetten op de veiligheid van de medewerkers in de school.
Ik heb de werkgeversorganisaties en vakbonden uitgenodigd om op korte termijn met elkaar het overleg aan te gaan om tot een gezamenlijke aanpak van agressie in het onderwijs te komen.
Ik deel uw mening dat een veilige schoolomgeving een voorwaarde is voor goed onderwijs.
Scholen zijn verplicht een veiligheidsplan op te stellen. Op basis van de Arbowet zijn de onderwijswerkgevers, net als alle andere werkgevers, verplicht een veiligheidsbeleid te voeren. Ook in andere regelgeving (zoals in de Wet op het primair onderwijs) en in het toezichtskader van de Inspectie van het Onderwijs zijn de verantwoordelijkheden van de school verankerd. In aanvulling hierop hebben werkgevers en werknemers in de cao afgesproken dat elke school een veiligheidsplan opstelt. Scholen zijn verplicht een plan op te stellen voor veiligheid, gezondheid en milieu conform de cao's basis- en voortgezet onderwijs. Dit plan wordt ook wel (school)veiligheidsplan genoemd. Hierin beschrijft een school hoe zij de fysieke en sociale veiligheid in en om het schoolgebouw waarborgt.
Ja.