Ingediend | 14 augustus 2012 |
---|---|
Beantwoord | 14 september 2012 (na 31 dagen) |
Indiener | Wassila Hachchi (D66) |
Beantwoord door | Maxime Verhagen (minister economische zaken, viceminister-president ) (CDA) |
Onderwerpen | energie natuur en milieu |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z15066.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-3445.html |
Op dit moment geldt de wet Elektriciteitsconcessies BES. Het bestuurscollege is op grond van de wet bevoegd om de tarieven voor de levering van elektriciteit vast te stellen. Sinds juli 2010 zijn de tarieven echter niet meer aangepast. In de kern bestond het conflict eruit dat WEB het niet eens was met de manier waarop Ecopower de prijs van de elektriciteitsproductie berekende, onder andere ten aanzien van de doorberekening van (gestegen) kosten voor de inkoop van olie, en de door Ecopower gevraagde prijs niet betaalde. Het geschil is dus ontstaan door afwijkende interpretaties van de leveringsovereenkomsten, die ten tijde van het aangaan daarvan niet konden worden voorzien.
Indien binnen een redelijke termijn de werkelijke kosten voor de productie, distributie en levering van elektriciteit niet doorvertaald worden in het tarief dan ontstaat, als andere maatregelen uitblijven, een situatie waarbij WEB steeds moeilijker aan haar verplichtingen zal kunnen voldoen.
Duurzame energieopwekking tegen redelijke tarieven is het beleid van het Openbaar Lichaam Bonaire. Ik deel dat beleid. Op de eilanden van Caribisch Nederland kan door het bijzonder gunstige windklimaat enerzijds, en de hoge fossiele referentieprijs anderzijds, met windenergie elektriciteit op rendabele wijze worden opgewekt. Daarvoor zijn in beginsel geen verdere overheidsfinanciering of subsidies nodig. Op Bonaire wordt door het bedrijf Ecopower op commerciële basis (gemiddeld) ca. 35% van de elektriciteit opgewekt door middel van windenergie.
In het kader van de totstandkoming van een regulerend kader zijn mijn collega van I&M en ik voornemens om in de wet vast te leggen dat tarieven voor de elektriciteit- en watervoorziening op een efficiënte en kostendekkende wijze tot stand moeten komen. Daar komt ook toezicht op. Daarom wil ik samen met mijn collega van I&M eraan bijdragen dat de acuut noodzakelijke tariefstijging voor elektriciteit en water voorshands kan worden beperkt. Hoe dat kan worden gedaan, is nu onderwerp van overleg.
Op dit moment is het tarief dat WEB in rekening brengt aan huishoudens circa USD 0,33 kWh. De vraag hoeveel energie gemiddeld door huishoudens wordt gebruikt, is neergelegd bij WEB. Uit de informatie die ik heb ontvangen blijkt dat een gemiddeld huishouden circa 4 500 kWh aan elektriciteit gebruikt. Dit betekent dat men op Bonaire op dit moment gemiddeld circa USD 1 500,- betaalt voor elektriciteit. Dit is een bedrag exclusief de uitkomsten van de arbitrage en eventuele aanvullende investeringen die in het net moeten worden gedaan. Daarbij teken ik aan dat huishoudens die niet beschikken over airconditioning in de regel een lagere energierekening zullen hebben. Zoals aangegeven in paragraaf 3 wil ik samen met mijn collega van I&M eraan bijdragen dat de acuut noodzakelijke tariefstijging voor elektriciteit en water voorshands kan worden beperkt.
Op de website van het energie- en waterbedrijf van Curaçao staat vermeld dat het elektriciteitstarief, afhankelijk van de hoeveelheid verbruik, varieert tussen de USD 0,36 en USD 0,44 per kWu. De tarieven op Saba en Sint Eustatius, waar thans wordt gewerkt aan de totstandkoming van zelfstandige energiebedrijven, liggen in vergelijking met de huidige tarieven op Bonaire op een hoger niveau. Op de bovenwindse eilanden heb ik het voornemen de energievoorziening te verduurzamen door het plaatsen van een aantal windturbines op elk van de eilanden. Dit heeft een aanzienlijk drukkend effect op de tarieven.
Op dit moment is er geen concurrentie op Bonaire. Noch in de productie, de distributie of de levering van energie. Dit is niet ongebruikelijk in relatief kleine, insulaire economieën. In het kader van de totstandkoming van een regulerend kader wordt dit onderwerp nader bekeken.
Op de eilanden van Caribisch Nederland kan door het bijzonder gunstige windklimaat enerzijds, en de hoge fossiele referentieprijs anderzijds, met windenergie elektriciteit op rendabele wijze worden opgewekt. Daarvoor is geen verdere overheidsfinanciering of subsidie nodig. Overigens zijn op de eilanden wel de (fiscale) investeringsregelingen EIA en MIA van kracht. Op Bonaire wordt door het bedrijf Ecopower op commerciële basis (gemiddeld) ca. 35% van de elektriciteit opgewekt door middel van windenergie. Voorts zijn door het ministerie van EL&I gefinancierde projecten uitgevoerd op het gebied van zonne-energie en elektrisch rijden. Op de bovenwindse eilanden heb ik het voornemen de energievoorziening te verduurzamen door het plaatsen van een aantal windturbines op elk van de eilanden.
Decentrale duurzame opwekking van energie zou in aanvulling hierop een bijdrage kunnen leveren aan het reduceren van de kostprijs van elektriciteit. Ik onderzoek de mogelijkheden hiervoor en kom daarop ook terug bij de hoofdlijnen voor een regulerend kader.
Op dit moment geldt de wet Elektriciteitsconcessies BES. Het bestuurscollege is op grond van de wet bevoegd om de tarieven voor de levering van elektriciteit vast te stellen. Het bestuurscollege stelt ook de hoogte van het tarief vast.
Door de invloed die het bestuurscollege op de hoogte van de tarieven kan hebben, heeft een situatie kunnen ontstaan waarbij een tariefstelling tot stand kan komen die lager is dan de werkelijke kosten. De bestuurscolleges van de BES hebben dit zelf ook erkend en aan het ministerie van EL&I gevraagd om medewerking te verlenen aan de totstandkoming van een nieuw regulerend kader. Mijn opvatting is dat binnen dat regulerend kader, toegesneden op de specifieke situatie op de eilanden, uitdrukking moet worden gegeven aan de doelstellingen die ook in Nederland aan het energiebeleid ten grondslag liggen: betaalbaar, betrouwbaar en schoon en met inbegrip van passend toezicht. Daarbij past dat prijzen tot stand komen als weerspiegeling van de kosten die aan de energievoorziening zijn verbonden.
De minister van EL&I is politiek en bestuurlijk verantwoordelijk voor de energievoorziening op Caribisch Nederland, alsmede voor wetgevende regulering op dat terrein. In de wet elektriciteitsconcessies BES is een deel van de bevoegdheden betreffende de energievoorziening gedelegeerd aan het lokale bestuur.