Ingediend | 11 april 2012 |
---|---|
Beantwoord | 26 april 2012 (na 15 dagen) |
Indiener | Kathleen Ferrier (CDA) |
Beantwoord door | Knapen (CDA) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z07500.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2342.html |
Ja.
Het probleem van seksueel geweld in de Democratische Republiek van de Congo (DRC) is ernstig en de internationale belangstelling daarvoor is dan ook terecht. De Nederlandse hulpinspanningen op dit terrein zijn een aanvulling op andere vormen van ontwikkelingssamenwerking en gaan niet ten koste daarvan. Ik deel echter de conclusie van het rapport dat de internationale hulpinspanningen niet altijd optimaal zijn afgestemd op de bredere Congolese context. Daardoor kunnen onbedoeld schadelijke bijeffecten ontstaan.
Bij het vormgeven van de inzet op dit terrein in de DRC is er bewust voor gekozen om geen activiteiten te ondersteunen in de provincies Noord- en Zuid-Kivu waar al veel donoren actief zijn. In plaats daarvan financiert Nederland, conform de motie El Fassed (32 605, nr. 35), een programma in de provincie Maniema waar de problematiek eveneens ernstig is maar vrijwel geen donoren aanwezig zijn. Het gaat daarbij om een project van de NGO’s Heal Africa en de American Bar Association dat is genomineerd voor de Women Deliver Top 50 van meest innovatieve oplossingen voor meisjes en vrouwen wereldwijd. Daarbij is rekening gehouden met het voorkomen van de onbedoelde neveneffecten die het rapport benoemt.
In niet-fragiele staten speelt de problematiek zoals in de DRC minder. In de meerjarige strategische plannen is in 8 van de 15 partnerlanden gekozen voor het speerpunt SRGR na een uitgebreide contextanalyse, waar de mogelijke meerwaarde van Nederland en de prioriteiten van de aanwezige donoren deel van uitmaakten.
Zowel de OESO als de VN hebben richtlijnen voor SRGR, donorcoördinatie, en ontwikkelingssamenwerking in fragiele staten. Als lidstaat van deze organisaties, maar ook in EU-verband, maakt Nederland zich hier hard voor. In sommige landen speelt Nederland daarbij een leidende rol, zoals in de afgelopen jaren in de DRC.