Ingediend | 6 maart 2012 |
---|---|
Beantwoord | 23 maart 2012 (na 17 dagen) |
Indiener | Johan Driessen (PVV) |
Beantwoord door | Jan Kees de Jager (minister financiën) (CDA), Liesbeth Spies (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA) |
Onderwerpen | bestuur provincies |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z04251.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2026.html |
Ja.
Hier speelt dat verantwoordelijkheden op het daartoe geëigende niveau moeten worden opgepakt. De provincies zijn als autonome bestuurslaag zélf verantwoordelijk voor de verstrekking van subsidies en het is aan de lokale volksvertegenwoordiging om hier een oordeel over te vormen Het kabinet hanteert het adagium: je gaat erover of niet. Dat is vastgelegd in het regeerakkoord en in de bestuursafspraken met de medeoverheden. De colleges van Gedeputeerde Staten (GS) leggen over het gevoerde beleid verantwoording af aan de Provinciale Staten (PS). Het is aan de PS om een oordeel te vormen over het beleid van GS. Dit hoort bij de lokale democratie die wij in kennen. In dit verband zijn ook de lokale rekenkamers in het leven geroepen die op onafhankelijke wijze bijdragen aan beter bestuur en betere publieke verantwoording. De lokale rekenkamers ondersteunen daarmee ook de lokale volksvertegenwoordigers in hun controlerende taak. Ik vind het positief dat deze rol op provinciaal niveau dan ook kritisch wordt opgepakt, en dat er met die insteek wordt gekeken naar de verstrekking van subsidies. De verantwoordelijkheden worden dan op het geschikte niveau opgepakt. Ook de rekenkamers pakken hun rol goed op. In dit geval hebben de GS van de vier provincies in hun reactie op het onderzoek ook aangegeven dat de verbetervoorstellen van de rekenkamer worden overgenomen.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Aangezien er nog geen datum is gepland voor dit algemeen overleg, ga ik er vanuit dat met de beantwoording van de vragen 1 tot en met 6 aan de beantwoording van deze vraag voldaan.