Ingediend | 2 maart 2012 |
---|---|
Beantwoord | 11 mei 2012 (na 70 dagen) |
Indiener | Anja Hazekamp (PvdD) |
Beantwoord door | Henk Bleker (staatssecretaris economische zaken) (CDA), Uri Rosenthal (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | internationaal natuur- en landschapsbeheer natuur en milieu organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z03983.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2513.html |
Ja.
Ik ben op de hoogte van diverse mediaberichten over deze kwestie, zowel in de Nederlandse als ook de Thaise pers.
Ik vind de berichten zorgelijk. De internationale organisatie Traffic, die zich bezighoudt met bestrijding van de handel in bedreigde dieren en planten, heeft de zaak in onderzoek. Dit onderzoek loopt nog.
Indien sprake is van betrokkenheid van overheidsambtenaren bij stroperij en handel in wilde olifanten ben ik bereid om mijn bezorgdheid daarover onder de aandacht van de Thaise overheid te brengen. Thailand is partij bij CITES (Convention on International Trade in Endangered Species of flora and fauna), net als Nederland. Dat betekent dat de Thaise regering verantwoordelijk is voor de toepassing van de CITES-regelgeving in eigen land, waaronder het handhaven van het verbod op internationale handel voor commerciële doeleinden. Verder is Thailand zelf verantwoordelijk voor de bescherming en het beheer van de eigen populatie Aziatische olifanten. Daarbij hoort het tegengaan van stroperij.
De Thaise autoriteiten hebben recent maatregelen aangekondigd die de illegale stroperij van olifanten effectiever zouden moeten bestrijden.
De Thaise echtgenote van Edwin Wiek is directeur van het WFFT en heeft in hechtenis gezeten naar verluidt omdat zij niet binnen de gestelde tijd alle gevraagde vergunningen kon presenteren. Nederland beschouwt dit als een interne Thaise justitiële aangelegenheid.
Niet alleen WFFT maar ook andere dierencentra zijn door de Thaise autoriteiten bezocht. Er is onvoldoende bekend over de zaak om hierover te kunnen oordelen. Uit het aangehaalde persbericht maak ik op dat de organisatie Traffic de zaak nog in onderzoek heeft. Ik acht het derhalve te vroeg om de Thaise autoriteiten op hun gedrag en werkwijze aan te spreken.
Er kan worden vastgesteld dat op weinig zachtzinnige wijze is gehandeld. De bevindingen van Traffic zal ik gebruiken in mijn reactie naar de Thaise regering.
Zie antwoord vraag 7.
Nee, ik kan dit niet uitsluiten.
Naar aanleiding van de schriftelijke vragen van het lidHazekamp over het conflict tussen de Nederlandse dierenbeschermer Edwin Wiek en de Thaise overheid over de handel in uit het wild gevangen babyolifanten voor de toeristenindustrie met kenmerk 2012Z03983 die werden ingezonden op 2 maart 2012, wil ik u meedelen dat het niet mogelijk is deze vragen binnen de gestelde termijn te beantwoorden. Beantwoording van de schriftelijke vragen behoeft zorgvuldige afstemming met het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, alsook verdere navraag door de ambassade in Thailand. Zodra de benodigde informatie beschikbaar is wordt de beantwoording u onverwijld aangeboden.