Ingediend | 17 februari 2012 |
---|---|
Beantwoord | 30 maart 2012 (na 42 dagen) |
Indieners | Ahmed Marcouch (PvdA), Tjeerd van Dekken (PvdA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD), Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit cultuur en recreatie openbare orde en veiligheid sport |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z03110.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2038.html |
Ja.
Er is reeds sprake van een internationale aanpak van voetbalhooligans. De lidstaten van de Europese Unie hebben de afgelopen jaren een aantal gecoördineerde maatregelen uitgewerkt voor het optreden van de politie bij internationale voetbalwedstrijden. De politiediensten van de lidstaten werken samen bij de handhaving van de openbare orde rond internationale voetbalwedstrijden.
Van belang hierbij is dat de lidstaten stelselmatig en snel informatie uitwisselen over individuele en groepen supporters/hooligans, hun verplaatsingen door of naar andere landen en de risico’s die er spelen ten aanzien van de openbare orde. In de lidstaten zijn er daarom nationale informatiepunten opgericht ten behoeve van de uitwisseling van informatie betreffende voetbalgeweld (EU-besluit (2002/348/JBZ).
Ook is het gebruikelijk dat politiemedewerkers (zgn. «spotters») met supportersgroepen meereizen naar internationale uitwedstrijden om de lokale autoriteiten in het kader van de gemaakte afspraken te ondersteunen met informatie en operationele ondersteuning. Het kan bijvoorbeeld gaan om het herkennen van personen met een stadionverbod. De Europese lidstaten hebben op dit punt met elkaar afgesproken dat binnen de EU-grenzen personen met een stadionverbod ook bij buitenlandse wedstrijden kunnen worden geweerd (EU-resolutie,17 november 2003).
Buiten de voetbalwedstrijden om vinden er internationale bijeenkomsten plaats waar deskundigen praktijkervaringen uitwisselen en aandachtspunten en «best practices» met elkaar delen. Deze ervaringen zijn vertaald in een Europees handboek dat als belangrijkste leidraad voor internationale voetbalwedstrijden dient. Het handboek bevat bepalingen met betrekking tot politiële samenwerking, minimaal te treffen veiligheidsmaatregelen, de communicatiestrategie van de politie met de media, de samenwerking met stewards (begeleiders van de supporters) en met de wedstrijdorganisatoren, het toegangsbeleid en de kaartverkoop.
Nee. Een internationale combiregeling zodat supporters niet meer op eigen gelegenheid naar het stadion kunnen komen, kent verschillende logistieke en praktische bezwaren. Zo zijn bij internationale wedstrijden de supporters in het algemeen veel minder geografisch geconcentreerd dan bij nationale wedstrijden, is de reisafstand langer, moet er vaak worden overgestapt, en is het tijdstip van aankomst minder precies af te stemmen op de start van de wedstrijd. Bovendien benutten veel supporters hun buitenlandse reis niet alleen om de wedstrijd te bekijken, maar ook om een bezoek te brengen aan de speelstad. In het verleden hebben er dan ook slechts enkele combiregelingen bij internationale wedstrijden plaatsgevonden, zoals bijvoorbeeld Ajax – Anderlecht (17-12-2009) en FC Twente – Werder Bremen (20-10-2010). Gezien deze bezwaren voor een internationale combiregeling zetten de verschillende ketenpartners in plaats daarvan in op een optimale informatie-uitwisseling en samenwerking om zo openbare orde risico’s zo vroeg mogelijk in te schatten en hiertegen adequate maatregelen te kunnen treffen.
Voor het seizoen 2011/2012 tot 1 maart 2012 zijn er door de politie bij 22 Europese (club)voetbalwedstrijden 3 376 personen ingezet. Het gaat om gemiddeld 153 politiemedewerkers per wedstrijd. Er is bij de wedstrijden veel variatie in de inzet van de politie, van 42 tot 555 politiefunctionarissen. Voor de twee interlands van het Nederlands Elftal zijn er 233 politiemedewerkers ingezet.
De handhaving van de openbare orde is en blijft een verantwoordelijkheid van de burgemeesters ingevolge artikel 172 van de Gemeentewet. Dit geldt ook bij internationale voetbalwedstrijden. Burgemeesters beschikken over een aantal bevoegdheden waarmee ze de openbare orde in hun eigen gemeente kunnen handhaven. Het is al praktijk in Nederland dat burgemeesters hun maatregelen op elkaar afstemmen en informatie uitwisselen. Via deze weg reiken de genomen maatregelen verder dan één gemeente. Daarnaast wordt bij internationale wedstrijden politie-informatie uitgewisseld (zie antwoord op vraag 2) tussen de landen van de spelende teams op basis waarvan preventieve maatregelen kunnen worden genomen. Ik zie dan ook geen verdere rol voor mijzelf weggelegd.
Nee. De gemeenten zijn – net als bij nationale voetbalwedstrijden – zelf verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde. Daar vallen ook de eventuele extra kosten onder die in dat kader worden gemaakt.
Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dat de schriftelijke vragen van het leden Marcouch en Van Dekken (beiden PvdA) over een internationale aanpak van voetbalhooligans (ingezonden 17 februari 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.