Ingediend | 3 februari 2012 |
---|---|
Beantwoord | 20 februari 2012 (na 17 dagen) |
Indiener | Tanja Jadnanansing (PvdA) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (VVD) |
Onderwerpen | onderwijs en wetenschap onderzoek en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z01955.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1593.html |
Ja.
Van het begrip kenniseconomie zijn vele definities in omloop. Voor mij is vooral van belang dat kennis bijdraagt aan de versterking van onze economie en meer in het algemeen aan een bloeiende en welvarende samenleving. In een tijd als deze, waarin er een economische crisis heerst, betekent dit vooral de ambitie om met behulp van kennis sterker uit de crisis te komen.
Op dit moment is moeilijk te voorspellen waarmee Nederland over 20–30 jaar zijn geld verdient. Het is mijn overtuiging dat onze verdiencapaciteit dan in sterke mate afhankelijk zal zijn, net zoals nu overigens, van wetenschappelijke kennis en van het in economische waarde omzetten daarvan. De WRR bereidt momenteel een studie voor over precies deze vraag.
Wetenschap biedt antwoord op de grote maatschappelijke uitdagingen (grand challenges), wetenschap is cruciaal voor het individuele welzijn en wetenschap is een belangrijke pijler voor de economie. Bovenal heeft wetenschap een intrinsieke waarde als onderdeel van onze westerse cultuur.
Tegenover de teruglopende directe uitgaven van het Rijk voor R&D staat een toename van de indirecte uitgaven. Deze middelen dienen te worden meegewogen om een evenwichtig beeld te kunnen vormen van de intensivering en desintensiveringen van het kabinet op het terrein van kennis en innovatie. De Kamer ontvangt hierover een brief naar aanleiding van het ordedebat op 2 februari jongstleden.
Zie het antwoord op vraag 5.