Ingediend | 13 mei 2011 |
---|---|
Beantwoord | 12 september 2011 (na 122 dagen) |
Indieners | Karen Gerbrands (PVV), Richard de Mos (PVV) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | landbouw organisatie en beleid voedselkwaliteit |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z09850.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3599.html |
Ja.
Ja, ik ben met u van mening dat het zonde is als oogsten in gevaar gebracht zouden worden door een periode van droogte. Om watertekorten bij watergebruiksfuncties als de landbouw zoveel mogelijk te voorkomen, treedt in dit soort periodes van droogte de zogenaamde Verdringingsreeks in werking (zie bijlage2). Hierdoor wordt de droogte schade aan de landbouw zoveel mogelijk beperkt.
Ja, ik ben met u van mening dat dit laat zien dat in droge tijden, maar eigenlijk altijd, zorgvuldig met het beschikbare zoetwater moet worden omgegaan. Het deelprogramma Zoetwater van het nationale Deltaprogramma onderzoekt hoe in de toekomst beter met het beschikbare zoet water kan worden omgegaan. Het vergroten van de zoetwatercapaciteit maakt hiervan onderdeel uit.
Om te voldoen aan de internationale verplichtingen omtrent natuurbehoud en/of natuurherstel kan het tot de mogelijkheden behoren om over te gaan tot de in deze vraag genoemde maatregelen. Ik ben verder in onderhandeling met de provincies over de herijking van de Ecologische Hoofdstructuur en de decentralisatie van het natuurbeleid. Ik verwijs ook naar mijn antwoorden op eerdere Kamervragen van het lid De Mos, Vergaderjaar 2010–2011, Aanhangsel van de Handelingen nr. 1981.
Zie antwoord vraag 4.
De door de leden Gerbrands en De Mos (PVV) aan mij op 13 mei gestelde vragen over het artikel «Hongersnood dreigt in Nederland» kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van uitstel is dat er nog nadere afstemming moet plaatsvinden.