Ingediend | 1 april 2011 |
---|---|
Beantwoord | 16 mei 2011 (na 45 dagen) |
Indiener | Richard de Mos (PVV) |
Beantwoord door | Joop Atsma (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA) |
Onderwerpen | lucht natuur en milieu |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z06814.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2500.html |
Voor dit kabinet, evenals voor het vorige, geven de rapporten van het IPCC de consensus in de klimaatwetenschap weer.
De steekproef lijkt mij niet representatief voor de hele wereld aangezien bijna uitsluitend Amerikaanse wetenschappers meededen aan de steekproef. In de steekproef van Doran en Zimmerman zijn geen 75 maar 3 146 aardwetenschappers ondervraagd. 90% van deze groep onderschrijft de hypothese dat klimaatverandering mede door de mens wordt veroorzaakt. Van de 77 «klimaatwetenschappers» die aan de steekproef meededen onderschrijven 75 (97%) de hypothese.
Ik ben ervan op de hoogte dat de dikte van boomringen vanaf omstreeks 1960 niet langer goed correleert met de temperatuurstijging. Boomringen hebben een beperkte betekenis bij het reconstrueren van de mondiale temperatuur door geringe «coverage» in ruimte (alleen land waar «seasonal forest» groeit) en tijd (alleen in het groeiseizoen) en doordat ze vervuild zijn door allerlei andere factoren (zoals verzuring, vermesting, neerslag, plagen en mastjaren). Om deze reden worden temperatuurreconstructies op zo veel mogelijk verschillende indicatoren gebaseerd, zoals isotopenverhoudingen in schelpen van microscopische zeeorganismen, lengte van gletsjers, vegetatiesamenstelling en boomringen.
Ja, ik ken de mededeling van de Europese Commissie (Routekaart naar een concurrerende koolstofarme economie in 2050). Ik heb tevens het artikel gezien waaraan in de vraag wordt gerefereerd.
Aan de Routekaart ligt een heel scala van economische modellen en scenario’s ten grondslag. Deze modellen en scenario’s tonen aan dat, alhoewel er altijd onzekerheden zijn met betrekking tot vooruitzichten op de lange termijn, verwacht mag worden dat het klimaatbeleid wel degelijk effect zal hebben op klimaatverandering. Het Nederlandse en Europese klimaatbeleid is er op gericht toekomstige effecten van klimaatverandering te beperken, (klimaatschade, adaptatiekosten, neveneffecten) en te voorkomen dat «tipping points» worden overschreden.
Ja. In het milieubeleid worden kosten-batenanalyses al regelmatig uitgevoerd. De Stichting voor Economisch Onderzoek van de UvA heeft vorig jaar bijvoorbeeld de kosten en baten van een duurzame energievoorziening in Nederland inzichtelijk gemaakt. Voor het mondiale klimaatbeleid heeft onder andere de Engelse econoom Stern in een kosten-batenanalyse aangegeven dat wel ingrijpen goedkoper is dan niet. Wel is het zo dat studies naar de kosten en baten van het klimaatbeleid worden gekenmerkt door grote onzekerheden. Naast de natuurwetenschappelijke kant van klimaatverandering moeten namelijk ook de milieueffecten in geld uitgedrukt worden. Niet alleen in Nederland, maar mondiaal. Bovendien is het lastig om kosten en baten van de toekomst goed af te zetten tegen kosten en baten nu.
De gedachte achter de «Groene Ladder» zoals u die oppert hoort al bij het instrumentarium in het beleid. Waar zinvol en mogelijk zal dit instrument van de kosten-batenanalyse ook in de toekomst worden toegepast.