Ingediend | 11 maart 2011 |
---|---|
Beantwoord | 22 april 2011 (na 42 dagen) |
Indiener | Pia Dijkstra (D66) |
Beantwoord door | Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA) |
Onderwerpen | onderwijs en wetenschap voortgezet onderwijs |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z04969.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2313.html |
Ik heb kennis genomen van het EMOVO2-onderzoek «Seksuele gezondheid van jongeren in Noord-Holland Noord», dat de GGD Hollands Noorden in 2009 heeft laten uitvoeren.
Ten opzichte van een soortgelijk GGD-onderzoek in 2005 is de acceptatie ten aanzien van homoseksualiteit iets toegenomen. In 2005 had 56% van de jongeren een negatieve houding ten aanzien van homoseksualiteit, in 2009 is dat 50%. Hoewel dit een vooruitgang is, duidt het ook op het signaal dat er nog werk aan de winkel is om homoseksualiteit bespreekbaar te maken onder jongeren, en overigens ook onder docenten en ouders.
De NJR (voorheen: Nationale Jeugdraad) heeft voor de periode 2008–2011 middelen gekregen voor het ontwikkelen van activiteiten om de homoacceptatie onder heterojongeren te bevorderen. Met hun «Open up»-campagne stimuleert de NJR positieve beeldvorming rondom homoseksualiteit en seksuele diversiteit.
Bovendien zal ik de komende tijd actief de dialoog aangaan over (on)veiligheid en weerbaarheid – samen met rolmodellen – om zo de eigen kracht van jongeren zichtbaar te maken en bij te dragen aan een veilig leefklimaat voor homoseksuele jongeren. In mijn hoofdlijnenbrief voor het emancipatiebeleid van 8 april jl. heb ik u hierover nader geïnformeerd.
Inmiddels heeft de Kamer mijn beleidsreactie op het voorstel van de Stichting Leerplan Ontwikkeling over de uitwerking van de motie Pechtold/ Van der Ham c.s ontvangen. Ik verwijs u voor de beantwoording op deze vraag naar de inhoud van de beleidsreactie.
Zie het antwoord bij vraag 2.