Kamervraag 2011Z03479

Het bericht dat problemen met de gezondheid Turkse en Marokkaanse vrouwen belemmeren om te werken

Ingediend 18 februari 2011
Beantwoord 15 maart 2011 (na 25 dagen)
Indieners Ino van den Besselaar (PVV), Joram van Klaveren (PVV)
Beantwoord door Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA)
Onderwerpen integratie migratie en integratie organisatie en beleid werk
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z03479.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-1820.html
1. Trouw, 15 februari 2011
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het bericht «Slechte gezondheid speelt Turkse vrouw parten bij werk»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat participatie, waaronder op de arbeidsmarkt, van Turkse en Marokkaanse vrouwen van belang is om de gelijkheid tussen man en vrouw te bewerkstelligen en hun integratie in de Nederlandse samenleving te stimuleren? Zo nee, waarom niet?

    Ja.

  • Vraag 3
    Zo ja, wat zijn de kabinetsplannen om dit aan te pakken, mede naar aanleiding van het onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), en binnen welke termijn wordt de Kamer hierover geïnformeerd?

    Het kabinet kiest voor generieke maatregelen die eraan bijdragen dat iedereen zo veel mogelijk naar vermogen participeert in de samenleving. Een van de centrale doelen van het huidige emancipatiebeleid is het vergroten van de arbeidsparticipatie van vrouwen. Met dit beleid, dat is gericht op zowel autochtone als allochtone vrouwen, wordt de financiële afhankelijkheid van een partner niet langer ondersteund en geeft het kabinet het signaal af dat vrouwen de verzorging van jongere kinderen best kunnen combineren met betaalde arbeid. Specifieke maatregelen gericht op de Turkse en Marokkaanse vrouwen passen niet bij dit beleid.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat binnen de Turkse en Marokkaanse gemeenschap de vrouw doorgaans één recht heeft, namelijk het aanrecht? Zijn de bewindslieden zich ervan bewust dat de rol van de vrouw binnen die gemeenschappen aanzienlijk afwijkt van de rol van de vrouw in de westerse samenleving? Zo nee, waarom niet?

    De arbeidsparticipatie van Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse vrouwen ligt nog op een relatief laag niveau, maar vertoont een positieve trend. De stijging van de netto arbeidsdeelname van vrouwen in de afgelopen periode deed zich het sterkst voor bij deze groepen. Bij de Turks-Nederlandse vrouwen is deze van 32 procent in 2006 gestegen naar 39 procent in 2010; bij de Marokkaans-Nederlandse is er sprake van een stijging van 29 naar 37 procent. Hiermee maakt de arbeidsparticipatie van deze vrouwen dezelfde ontwikkeling door als die van autochtone Nederlandse vrouwen eerder. De arbeidsparticipatie van alle vrouwen in Nederland steeg bijvoorbeeld van 31 procent in 1981 naar 39 procent in 1990.
    Het is uit onderzoek reeds bekend dat met name bij de eerste generatie vrouwelijke migranten er een samenhang is tussen gezondheidsproblemen en weinig steun uit hun omgeving om buitenshuis te gaan werken. Positief is dat die steun uit hun omgeving de afgelopen jaren is toegenomen: onderzoek (SCP jaarrapport Integratie) toont aan dat niet-westerse allochtonen in betrekkelijk korte tijd (1998–2006) vaker geëmancipeerde opvattingen over de rolverdeling tussen vrouwen en mannen zijn gaan aanhangen. Dit heeft ertoe geleid dat vrouwen vaker buitenshuis zijn gaan werken.
    In de Hoofdlijnenbrief Emancipatie, die naar verwachting in april 2011 naar de Kamer gaat, zal het kabinet nader ingaan op het bevorderen van de maatschappelijke participatie van niet-werkende laagopgeleide vrouwen, waaronder Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse vrouwen, om de stap naar betaald werk te verkleinen. De activiteiten worden mede gericht op de sociale omgeving van de vrouwen.

  • Vraag 5
    De lage arbeidsdeelname van Turkse en Marokkaanse vrouwen wordt behalve door grotere gezondheidsproblemen, volgens het SCP-onderzoek ook veroorzaakt door gebrek aan steun uit hun omgeving.

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Bent u bereid een nader onderzoek te doen naar een mogelijke correlatie tussen deze beide oorzaken? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 4.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2011Z03479
Volledige titel: Vragen van de leden Van Klaveren en Van den Besselaar (beiden PVV) aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat problemen met de gezondheid Turkse en Marokkaanse vrouwen belemmeren om te werken (ingezonden 18 februari 2011).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-1820
Volledige titel: Vragen van de leden Van Klaveren en Van den Besselaar (beiden PVV) aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat problemen met de gezondheid Turkse en Marokkaanse vrouwen belemmeren om te werken (ingezonden 18 februari 2011).