Ingediend | 31 januari 2011 |
---|---|
Beantwoord | 31 maart 2011 (na 59 dagen) |
Indiener | Afke Schaart (VVD) |
Beantwoord door | Fred Teeven (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | cultuur en recreatie media |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z01757.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2033.html |
Ja.
Ik stel allereerst vast dat het hier gaat om private overeenkomsten waarbij de overheid geen partij is. In zijn algemeenheid geldt dat indien een contractspartij meent dat aan de totstandkoming van een overeenkomst gebreken kleven, het haar vrij staat dit voor te leggen aan de rechter.
De in het artikel genoemde radiostations stellen dat de muziekwerken waarvoor de directeuren als componist zijn aangemeld louter jingles en tunes betreffen. Dit wordt bevestigd door Buma die dit opmaakt uit de titel van de aangemelde werken. Voorts is door voormelde radiostations aangegeven dat zij op grond van artikel 7 van de Auteurswet als maker moeten worden aangemerkt (fictief makerschap), danwel dat zij de jingles en tunes van een extern productiebedrijf hebben verkregen. De radiostations betwisten derhalve dat er sprake is van overdracht van auteursrechten van een natuurlijke maker aan het radiostation in ruil voor het draaien van liedjes. Het Platform Makers stelt daarentegen dat liedjes, jingles en tunes in de meeste gevallen in opdracht voor radiostations door zelfstandig gevestigde tekstschrijvers en componisten worden vervaardigd. Ik wijs u erop dat indien een componist of tekstdichter de juistheid van een Buma inschrijving betwist, hij Buma kan verzoeken een onderzoek in te stellen. Hangende de uitkomst van dit onderzoek wordt de uitkering van de vergoeding door Buma bevroren. Bij Buma zijn ten aanzien van de door de radiodirecteuren aangemelde werken geen verzoeken tot wijziging van de inschrijving ontvangen.
Uit artikel 30a Auteurswet volgt dat de vergunde muziekbemiddeling geschiedt ten behoeve van de makers van muziekwerken of hun rechtverkrijgenden. De wet sluit derhalve niet uit dat een ander dan de natuurlijke maker voor muziekbemiddeling in aanmerking komt. Op basis van de statuten van Buma wordt de auteur gedefinieerd als de natuurlijke persoon die de hoedanigheid van componist en/of tekstdichter bezit. Onder rechtverkrijgende wordt verstaan een natuurlijk persoon die het auteursrecht krachtens erfrecht heeft verkregen of opvolgend erfgenaam of legitimaris is. Daarnaast wordt een besloten of naamloze vennootschap waarin een auteur ten minste 90% van de aandelen houdt, dan wel andere rechtspersonen die voldoen aan door het bestuur bij reglement vast te stellen voorwaarden als rechtverkrijgende gezien. Het bestuur van Buma heeft nog niet voorzien in een dergelijk reglement. Een werkgever die als zogeheten fictieve maker geldt in de zin van artikel 7 Auteurswet, kan zich derhalve niet aanmelden als lid van Buma. Om die reden is er door de radiostations voor gekozen de directeur, zijnde een natuurlijk persoon, op te geven als componist. Een bestuurscommissie van Buma is verzocht een advies uit te brengen aan het bestuur over de vraag of fictieve makers in aanmerking zouden moeten komen voor lidmaatschap. En zo ja, op welke wijze dit dient te geschieden. Ik zal het College van Toezicht Auteursrechten verzoeken aandacht aan de kwestie te besteden.
Voor zover radiostations in de hoedanigheid van werkgever rechtens beschikken over het auteursrecht op de door haar werknemers vervaardigde werken is er geen sprake van misbruik Immers, artikel 7 Auteurswet kent de werkgever het volledige auteursrecht toe behoudens er andersluidende afspraken zijn gemaakt. Of deze zogeheten fictieve makers in aanmerking moeten komen voor lidmaatschap van Buma is aan de vereniging Buma. Hierbij zal Buma het door haar statutair gestelde doel van het bevorderen van het belang van natuurlijke persoon die componist en/of tekstdichter is, in ogenschouw moeten nemen.
Artikel 2 lid 1 van de Auteurswet bepaalt momenteel dat het auteursrecht vatbaar is voor gehele dan wel gedeeltelijke overdracht. De vraag of het auteursrecht overdraagbaar moet zijn is primair een civielrechtelijke vraag. In 2010 is geconsulteerd over een voorontwerp van wet auteurscontractenrecht waarin een bepaling is opgenomen inzake de niet-overdraagbaarheid van het auteursrecht bij leven van de maker. U zult nader geïnformeerd worden over de stand van zaken met betrekking tot het voorontwerp in de speerpuntenbrief auteursrecht die binnen afzienbare tijd naar de Tweede Kamer wordt gezonden
Hierbij meld ik u, mede namens de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, dat de schriftelijk gestelde vragen van de leden Taverne (VVD) en Schaart (VVD) van uw Kamer over het bericht dat radiobazen betaald krijgen voor liedjes, ingezonden op 31 januari 2011, niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.