Voorgesteld 20 november 2024
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er per het hoofdlijnenakkoord bezuinigd wordt op ontwikkelingssamenwerking (ODA);
constaterende dat bij de invulling hiervan relatief veel zwaarder op het maatschappelijk middenveld wordt bezuinigd dan op de ODA-middelen als geheel;
overwegende dat de netwerken van onafhankelijke maatschappelijke organisaties, in zowel het mondiale Noorden als Zuiden, essentiële rollen vervullen als pleitbezorger en uitvoerder op gebieden zoals gezondheid, gelijke rechten, watermanagement, voedselzekerheid, verantwoord ondernemen en klimaat;
verzoekt de regering deze rol te blijven waarborgen en de relatieve bezuiniging op het maatschappelijk middenveld niet hoger te laten zijn dan het percentage bezuiniging op alle ODA-middelen uit het hoofdlijnenakkoord,
en gaat over tot de orde van de dag.
Hirsch
Teunissen
Ceder
Dobbe
Van Baarle
Boswijk
Bamenga