Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 februari 2024
Hierbij bied ik u aan de eerste incidentele suppletoire begroting 2024 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. In deze eerste incidentele suppletoire begroting 2024 zijn de verplichtingen en uitgaven verwerkt die voortvloeien uit de tussentijdse herziening van het Meerjarig Financieel Kader (MFK) en de daarmee samenhangende toename in de raming van de Nederlandse afdrachten aan de Europese Unie.
Op 1 februari jl. bereikte de Europese Raad een politiek akkoord over de tussentijdse herziening van het Meerjarig Financieel Kader, inclusief de oprichting van de Oekraïne-faciliteit. Deze tussentijdse MFK-herziening leidt in de jaren 2024 tot en met 2027 tot een toename in de raming van de Nederlandse EU-afdrachten met in totaal EUR 1,2 miljard en dient te worden verwerkt op de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
De Oekraïne-faciliteit is bedoeld voor meerjarige (t/m 2027) steun voor herstel, wederopbouw en modernisering in het licht van het EU-toetredingsproces. Met dit steunpakket kan Oekraïne meerjarig van meer structurele en voorspelbare financiële steun worden voorzien. De faciliteit heeft een omvang van maximaal EUR 50 miljard bestaande uit een leningendeel (EUR 33 miljard) en een giftendeel (EUR 17 miljard).
Voor het leningengedeelte moet Nederland een nieuwe garantie opnemen op de Rijksbegroting; over het aangaan van het Nederlandse aandeel in deze garantie heeft u op 9 februari jl. een aanbiedingsbrief en een ISB ontvangen van de Minister van Financiën.
Het giftendeel wordt gefinancierd via de EU-begroting en dus via de EU-afdrachten. Op basis van de indicatie van de Commissie zullen de kosten voor Nederland ca. EUR 1 miljard bedragen over de periode 2024 tot en met 2027.
De verdere toename in de raming van de Nederlandse EU-afdrachten met EUR 200 miljoen wordt veroorzaakt door een ophoging van de bij het MFK behorende speciale instrumenten, in het bijzonder het Flexibiliteitsinstrument voor onvoorziene uitgaven en de Solidariteits- en Noodhulpreserve.
Uw Kamer is hierover geïnformeerd via drie BNC-fiches1, antwoorden op diverse Kamervragen2, middels de geannoteerde agenda’s van de Europese Raad van december 2023 en februari 20243 en de verslagen van de Europese Raad.
Een Raadsbesluit wordt de komende weken verwacht. Aan uw Kamer wordt nu een incidentele suppletoire begroting aangeboden om dit budgettair te verwerken in de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. Bruins Slot