Gepubliceerd: 24 november 2023
Indiener(s): Sigrid Kaag (viceminister-president , minister financiën) (D66)
Onderwerpen: begroting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36470-IX-2.html
ID: 36470-IX-2

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2023‒2024

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB);

  • 2. de begrotingsstaat inzake de Nationale Schuld (IXA).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Financiën,S.A.M.Kaag

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 van het ministerie van Financiën (IXB) en Nationale Schuld (IXA).

In hoofdstuk 2 zijn de overzichten opgenomen met de belangrijkste mutaties: in paragraaf 2.1 voor artikel 1 t/m 13 van IXB en in paragraaf 2.2 voor artikel 11 en 12 van IXA. Paragraaf 2.3 bevat een overzicht coronamaatregelen.

Hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 bevatten per beleidsartikel een budgettaire tabel. Hoofdstuk 5 bevat budgettaire tabellen voor de niet-beleidsartikelen. Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in de onderstaande staffel (tabel 1) toegelicht. Vanwege de staffel kan de som van de toegelichte mutaties afwijken van de totale mutatie op het artikel.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1000

5

10

=> 1000

10

20

De toelichting op de mutatie van de belastingontvangsten is in de Najaarsnota opgenomen.

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXB

In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 2) en ontvangstenmutaties (tabel 3) weergegeven. Dit zijn de wijzigingen ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 van het ministerie van Financiën (IXB) en Nationale Schuld (IXA) en bevat de nieuwe mutaties voor 2023.

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2023 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2023

Vastgestelde begroting 2023 (incl. NvW)

 

14.179.542

Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023

 

14.845.545

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Belasting- en invorderingsrente

1

‒ 36.000

2) Definitieve sluiting langlopende schadezaken Atradius Dutch State Business (ADSB)

5

165.000

3) Schade-uitkering niet-afgesloten dossiers ADSB

5

30.000

4) Begrotingsreserve Oekraïne

5

60.000

5) Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

6

160.806

6) Reservering aanvullende post (AP) vertragingsrente

9

30.100

7) Overige mutaties

 

‒ 59.131

Stand 2e suppletoire begroting 2023

 

15.196.320

Toelichting

1. Belasting- en invorderingsrente

De € 36 mln. lagere uitgaven aan belasting- en invorderingsrente wordt met name verklaard door de latere aanvangsdatum van het herstelproject invorderingsrente1, waarbij teveel in rekening gebrachte invorderingsrente wordt terugbetaald.

2. Definitieve sluiting langlopende schadezaken Atradius Dutch State Business (ADSB)

ADSB is voornemens om € 165 mln. aan schadedossiers definitief af te sluiten waarop geen recuperatiemogelijkheden meer zijn, bijvoorbeeld omdat de debiteur failliet is gegaan. Dit bedrag wordt om die reden onttrokken uit de begrotingsreserve (zie ook mutatie 8 van tabel 3). Hiermee wordt opvolging gegeven aan de bezuinigingsopties ekv wat als aanbeveling is gedaan in de beleidsdoorlichting van artikel 5.2

3. Schade-uitkering niet-afgesloten dossiers ADSB

Op basis van actuele ramingen van ADSB wordt in 2023 de raming van niet-afgesloten dossiers met € 30 mln. verhoogd.

4. Begrotingsreserve Oekraïne

Via het derde steunpakket 2023 voor Oekraïne3 is € 60 mln. beschikbaar gesteld om via de exportkredietverzekering financiële risico’s af te dekken voor Nederlandse bedrijven die via export of investeringen willen bijdragen aan de wederopbouw van Oekraïne. Dit bedrag van € 60 mln. wordt toegevoegd aan de begrotingsreserve ekv.

5. Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden wordt een bedrag in het gemeente of provinciefonds gestort. Het geraamde btw-deel van dit bedrag wordt in het BCF gestort (€ 160,8 mln.). Gemeentes en provincies kunnen de betaalde btw daarna weer terugvragen bij het BCF. Tegenover deze extra uitgaven staan gelijke ontvangsten. Deze bijstelling bestaat voor € 109,2 mln. uit het geraamde btw-deel van de specifieke uitkering (SPUK) in verband met de opvang van Oekraïense ontheemden.

6. Reservering Aanvullende Post (AP) voor vertragingsrente

Vanuit de Aanvullende Post (AP) wordt € 30,1 mln. overgeheveld naar artikel 9 Douane voor reeds betaalde en naar verwachting nog te betalen vertragingsrente in 2023. Deze vertragingsrente komt voort uit (na)betalingen van Traditionele Eigen Middelen (douane invoerrechten, begroot op artikel 3.3, begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken).

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2023 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Ontvangsten 2023

Vastgestelde begroting 2023

 

201.164.293

Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023

 

219.755.983

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Belastingontvangsten

1

‒ 1.366.912

2) Doorbelasten kosten vervolging

1

31.000

3) Belasting- en invorderingsrente

1

29.000

4) Boetes en schikkingen

1

24.000

5) Verkoop aandelen ABN AMRO

3

456.799

6) Actualisatie dividendenraming

3

93.000

7) Vervroegde aflossing Greek Loan Facility (GLF) 2024 en 2025

4

319.838

8) Ontvangsten uit begrotingsreserve ivm definitieve sluiting langlopende schadezaken ADSB

5

165.000

9) Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

6

160.806

10) Overige mutaties

 

21.334

Stand 2e suppletoire begroting 2023

 

219.689.848

Toelichting

1. Belastingontvangsten

Zie voor een toelichting van deze mutatie de Najaarsnota 2023.

2. Doorbelasten kosten vervolging

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 31 mln. meer ontvangsten uit het doorbelasten van vervolgingskosten verwacht dan eerder geraamd.

3. Belasting- en invorderingsrente

Op basis van de realisaties wordt € 29 mln. meer belasting- en invorderingsrente verwacht dan eerder geraamd. Met name in de belastingrente over vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting zijn de ontvangsten hoger dan verwacht. Dit heeft grotendeels te maken met een hogere belastinggrondslag.

4. Boetes en schikkingen

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 24 mln. meer boeteontvangsten verwacht dan eerder geraamd.

5. Verkoop aandelen ABN AMRO

In de loop van 2023 zijn aandelen ABN AMRO verkocht.4 Als gevolg van de verkoopopbrengsten hiervan wordt de ontvangstenraming met € 457 mln. verhoogd tot € 1,123 mld.

6. Actualisatie dividendenraming

Een actualisatie van de dividendramingen van de staatsdeelnemingen geeft voor het jaar 2023 een positieve bijstelling (€ 93 mln.).

7. Vervroegde aflossing Greek Loan Facility (GLF) 2024 en 2025

Griekenland is de formele procedure gestart om een deel van de uitstaande leningen vervroegd af te lossen (€ 319,8 mln.). De verwachting is dat deze vervroegde aflossing op 15 december zal plaatsvinden. De raming in artikel 4 wordt hierop geactualiseerd.

8. Ontvangsten uit begrotingsreserve in verband met definitieve sluiting langlopende schadezaken ADSB

De begrotingsreserve werkt als buffer om het verschil tussen enerzijds premieontvangsten en anderzijds definitieve schades en uitvoeringskosten op te vangen. Omdat een aantal schadedossiers definitief wordt afgesloten, neemt de raming voor de definitieve schades met € 165 mln. toe (zie toelichting op mutatie 2 in Tabel 2).

9. Bijstelling btw-compensatiefonds (BCF)

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden wordt een bedrag in het gemeente of provinciefonds gestort. Het geraamde btw-deel van dit bedrag wordt in het BCF gestort (€ 160,8 mln.). Gemeentes en provincies kunnen de betaalde btw daarna weer terugvragen bij het BCF. Tegenover deze extra uitgaven staan gelijke ontvangsten. Deze bijstelling bestaat voor € 109,2 mln. uit het geraamde btw-deel van de specifieke uitkering (SPUK) in verband met de opvang van Oekraïense ontheemden.

2.2 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties IXA

In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven- (tabel 4) en ontvangstenmutaties (tabel 5) weergegeven.

Tabel 4 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2023 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2023

Vastgestelde begroting 2023

 

38.885.297

Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023

 

51.992.352

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Rente vaste schuld

11

‒ 238.000

2) Rente vlottende schuld

11

‒ 24.000

3) Mutatie vlottende schuld

11

‒ 4.041.000

4) Rentelasten derivaten

11

9.000

5) Verstrekte leningen

12

500.000

6) Rentelasten kasbeheer

12

‒ 28.752

Stand 2e suppletoire begroting 2023

 

48.169.600

Toelichting

1. Rente vaste schuld

De rentelasten vaste schuld vallen in 2023 naar verwachting € 238 mln. lager uit dan eerder geraamd. Als gevolg van het bijgestelde financieringsplan zal er in 2023 minder schuld uitgegeven worden op de kapitaalmarkt. Hierdoor nemen de verwachte rentelasten af.

2. Rente vlottende schuld

De rentelasten op de vlottende schuld zijn naar beneden bijgesteld als gevolg van de actuele realisaties op de geldmarkt.

3. Mutatie vlottende schuld

De mutatie van de vlottende schuld daalt naar verwachting met € 4,04 mld. in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zoveel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.

4. Rentelasten derivaten

De rentelasten op de langlopende derivaten vallen naar verwachting € 9,0 mln. hoger uit als gevolg van de gestegen rente.

5. Verstrekte leningen

Naar verwachting worden er in 2023 meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 0,5 mld. naar boven bijgesteld.

6. Rentelasten kasbeheer

De raming van de rentelasten is lager dan geraamd als gevolg van een uitstroom van middelen op rekeningen-courant.

Tabel 5 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2023 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
   
 

Artikelnummer

Ontvangsten 2023

Vastgestelde begroting 2023

 

69.374.958

Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2023

 

77.194.165

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Uitgifte vaste schuld

11

‒ 4.000.000

2) Mutaties in rekening-courant en deposito

12

‒ 890.338

3) Ontvangen aflossingen

12

22.572

4) Overige mutaties

 

5.063

Stand 2e suppletoire begroting 2023

 

72.331.462

Toelichting

1. Uitgifte vaste schuld

De raming voor de uitgifte van vaste schuld is met € 4 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het gewijzigde financieringsplan. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2023 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.

2. Mutaties in rekening-courant en deposito

De wijziging in de geraamde mutatie van het saldo op de rekeningen- courant en deposito’s van de deelnemers van schatkistbankieren is het gevolg van het actualiseren van de geraamde uitgaven en inkomsten van sociale fondsen (€ 0,89 mld.). De mutaties in rekeningen-courant en deposito’s worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren.

3. Ontvangen aflossingen

Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen € 22,6 mln. hoger uitvallen dan eerder geraamd. Dit zijn leningen die door agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten.

2.3 Overzicht coronamaatregelen

In onderstaande tabel worden de coronagerelateerde uitgaven- en ontvangsten weergegeven per begrotingsartikel. Bijbehorende kamerstukken zijn opgenomen voor verdere toelichting. Ook is een uitgebreid overzicht terug te vinden op de pagina Overheidsfinanciën op www.Rijksfinanciën.nl.

Tabel 6 Coronamaatregelen op de begroting van het Ministerie van Financiën (bedragen x € 1 mln.)

Art.

Naam maatregel/regeling

Bedrag verplichtingen 2023

Bedrag uitgaven 2023

Bedrag ontvangsten 2023

Relevante Kamerstukken

1

Belasting- en invorderingsrente

‒ 7,0

‒ 7,0

‒ 60,5

Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348

1

Boetes en schikkingen

0,0

0,0

0,0

Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348

1

Kosten vervolging

0,0

0,0

0,0

Kamerstukken II 2020-2021,  35 420 nr. 348

3

Steunmaatregelen KLM

‒ 1.561,5

0,0

11,8

Kamerstukken II 2020-2021, 29 232, nr. 41

4

EIB pan-Europees Garantiefonds

0,0

75,1

0,0

Kamerstukken II 2019-2020, 35 492 nr. 1

4

SURE

‒ 19,3

0,0

0,0

Kamerstukken II 2019-2020, 35 466, nr. 1

4

NGEU

469,2

0,0

0,0

Kamerstukken II 2019-2020, 21 501-20, nr. 1575

5

Herverzekering leverancierskredieten

4,5

4,5

14,0

Kamerstukken II 2019-2020, 35 433, nr. 1

3 Beleidsartikelen Ministerie van Financiën (IXB)

Artikel 1 Belastingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Belastingen (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

3.507.244

26.250

3.533.494

    

Uitgaven (1) + (2)

3.358.383

‒ 30.750

3.327.633

    

Apparaatsuitgaven (1)

3.202.255

‒ 5.110

3.197.145

    

Personele uitgaven

2.771.775

11.781

2.783.556

Eigen personeel

2.276.909

3.260

2.280.169

Inhuur externen

486.403

1.521

487.924

Overig personeel

8.463

7.000

15.463

    

Materiële uitgaven

430.480

‒ 16.891

413.589

ICT

39.319

0

39.319

Bijdrage aan SSO's

298.747

‒ 20.891

277.856

Overig materieel

92.414

4.000

96.414

    

Programma-uitgaven (2)

156.128

‒ 25.640

130.488

    

Bekostiging

0

0

0

Vergoeding proceskosten

0

0

0

    

Garanties

181

0

181

Garantie procesrisico's

181

0

181

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

14.131

0

14.131

Waarderingskamer

2.489

0

2.489

Kadaster

2.933

0

2.933

Kamer van Koophandel

341

0

341

Overige bijdrage ZBO's/RWT's

8.368

0

8.368

    

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

4.166

0

4.166

Internationale Douaneraad

196

0

196

Overige internationale organisaties

3.970

0

3.970

    

Opdrachten

343.178

5.700

348.878

ICT opdrachten

267.488

10.700

278.188

Overige opdrachten

75.690

‒ 5.000

70.690

    

Bijdrage aan agentschappen

9.555

4.660

14.215

Bijdrage Logius

4.654

‒ 340

4.314

Bijdrage overige agentschappen

4.901

5.000

9.901

    

(Schade)vergoeding

15.797

0

15.797

(Schade)vergoedingen

12.405

0

12.405

Vergoeding proceskosten

3.392

0

3.392

    

Rente

180.020

‒ 36.000

144.020

Belasting- en invorderingsrente

180.020

‒ 36.000

144.020

    

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

‒ 410.900

0

‒ 410.900

Toerekening uitgaven aan Douane

‒ 203.543

0

‒ 203.543

Toerekening uitgaven aan Toeslagen

‒ 207.357

0

‒ 207.357

    

Ontvangsten (3) + (4)

213.389.606

‒ 1.281.212

212.108.394

    

Programma-ontvangsten (3)

213.295.388

‒ 1.281.212

212.014.176

    

waarvan: Belastingontvangsten

212.116.154

‒ 1.366.912

210.749.242

    

Bekostiging

177.943

31.000

208.943

Doorbelasten kosten vervolging

177.943

31.000

208.943

    

Rente

786.119

30.700

816.819

Belasting- en invorderingsrente

786.119

30.700

816.819

    

Boetes en schikkingen

215.172

24.000

239.172

Ontvangsten boetes en schikkingen

215.172

24.000

239.172

    

Apparaatsontvangsten (4)

94.218

0

94.218

Tabel 8 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

3.507.244

26.250

3.533.494

waarvan garantieverplichtingen

336

0

336

Garantie procesrisico's

336

0

336

waarvan overige verplichtingen

3.506.908

26.250

3.533.158

Toelichting

Verplichtingen

De verplichtingen vallen in 2023 naar verwachting per saldo € 26,3 mln. hoger uit ten opzichte van de vastgestelde begroting. De totale uitgaven vallen naar verwachting € 30,8 mln. lager uit. De hogere verplichtingen worden met name verklaard door inhuurcontracten bij met name de Belastingtelefoon en de IV-organisatie die in 2023 worden afgesloten voor 2024.

Uitgaven

Personele uitgaven

Per saldo vallen de personele uitgaven naar verwachting € 11,8 mln. hoger uit dan verwacht. Dit wordt met name veroorzaakt door hogere reiskosten (€ 10 mln.) dan eerder begroot.

Materiële uitgaven

De materiële uitgaven vallen naar verwachting € 16,9 mln. lager uit. De middelen uit de reservering voor bedrijfsvoeringskosten zijn overgeheveld naar het instrument 'personele uitgaven', ten behoeve van de hogere reiskosten (€ 10 mln.) die daaronder vallen. Daarnaast heeft er onderbesteding van € 6 mln. plaatsgevonden op het materiële budget bij verschillende onderdelen van de Belastingdienst als gevolg van vertraging van projecten.

Rente

De € 36,0 mln. lagere uitgaven aan belasting- en invorderingsrente wordt met name verklaard door de latere aanvangsdatum van het herstelproject invorderingsrente5, waarbij teveel in rekening gebrachte invorderingsrente wordt terugbetaald.

Ontvangsten

Belastingontvangsten

In de Najaarsnota 2023 worden de mutaties van de Belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit:

Tabel 9 Belastingontvangsten (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Totaal belastingontvangsten

261.209.386

‒ 991.691

260.217.695

– /– Afdracht Gemeentefonds

41.897.101

171.360

42.068.461

– /– Afdracht Provinciefonds

3.108.040

22.370

3.130.410

– /– Afdracht BES-fonds

73.057

20.685

93.742

– /– Belastingontvangsten artikel 6 Btw-compensatiefonds

4.015.034

160.806

4.175.840

Belastingontvangsten artikel 1 Belastingen

212.116.154

‒ 1.366.912

210.749.242

Bekostiging

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 31,0 mln. meer ontvangsten uit het doorbelasten van vervolgingskosten verwacht dan eerder geraamd.

Rente

Op basis van de realisaties wordt € 30,7 mln. meer belasting- en invorderingsrente verwacht dan eerder geraamd. Met name in de belastingrente over vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting zijn de ontvangsten hoger dan verwacht. Dit heeft grotendeels te maken met een hogere belastinggrondslag.

Boetes en schikkingen

De realisatiecijfers waren afgelopen maanden hoger dan verwacht en daarom wordt € 24,0 mln. meer boeteontvangsten verwacht dan eerder geraamd.

Artikel 2 Financiële markten

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Financiële markten (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

1.015.521

2.504

1.018.025

    

Uitgaven

1.015.521

2.504

1.018.025

    

Bekostiging

7.491

2.660

10.151

Accountantskamer

1.460

72

1.532

Muntcirculatie

5.118

2.588

7.706

IMVO convenanten

30

0

30

Overig

883

0

883

    

Opdrachten

992.122

‒ 39

992.083

Wijzer in geldzaken

1.634

230

1.864

Vakbekwaamheid

5.261

‒ 173

5.088

Uitvoeringskosten SRH

1.059

‒ 96

963

Schadeloosstelling SRH

982.750

0

982.750

Convertibiliteit Oekraïense hryvnia

0

0

0

Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia

0

0

0

Overig

1.418

0

1.418

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

14.708

‒ 117

14.591

Bijdrage AFM BES-toezicht

705

‒ 91

614

Bijdrage DNB toezicht en DGS BES

3.120

‒ 166

2.954

Bijdrage toezicht en handhaving MIF

130

0

130

Bijdrage PSD II

0

0

0

Bijdrage FEC

4.458

140

4.598

Overig

6.295

0

6.295

    

Storting/onttrekking begrotingsreserve

625

0

625

Dotatie begrotingsreserve DGS BES

0

0

0

Dotatie begrotingsreserve NHT

625

0

625

    

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

575

0

575

IASB

441

0

441

(Caribean) Financial Action Task Force

134

0

134

    

Ontvangsten

8.528

206

8.734

    

Bekostiging

2.000

0

2.000

Ontvangsten muntwezen

2.000

0

2.000

    

Opdrachten

1.455

0

1.455

Wijzer in geldzaken

1.455

0

1.455

Convertibiliteit Oekraïense hryvnia

0

0

0

    

Ontvangsten

5.073

206

5.279

Overig

5.073

206

5.279

Tabel 11 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

1.015.521

2.504

1.018.025

waarvan garantieverplichtingen

0

0

0

Garantie WAKO (kernongevallen)

0

0

0

Garantie DGS BES

0

0

0

    

waarvan overige verplichtingen

1.015.521

2.504

1.018.025

Muntcirculatie

5.118

2.588

7.706

Vakbekwaamheid

5.261

‒ 173

5.088

Bijdrage DNB toezicht en DGS BES

3.120

‒ 166

2.954

Bijdrage FEC

4.458

140

4.598

Convertibiliteit Oekraïense hryvnia

0

0

0

Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia

0

0

0

Schadeloosstelling SRH

982.750

0

982.750

Overige betalingsverplichtingen

14.814

115

14.929

Toelichting

De mutaties op het niveau van de financiële instrumenten komen niet boven de ondergrenzen uit binnen de staffel (conform de RBV). Toelichting van deze mutaties blijft daarom achterwege.

Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

15.843.976

3.771

15.847.747

    

Uitgaven

2.720.286

3.771

2.724.057

    

Garanties

20

0

20

Regeling Bijzondere Financieringen

20

0

20

    

Leningen

0

0

0

Lening KLM

0

0

0

    

Opdrachten

3.670

4.200

7.870

Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen

3.670

4.200

7.870

Opstart Invest International

0

0

0

    

Vermogensverschaffing/-onttrekking

2.712.000

0

2.712.000

Kapitaalinjectie TenneT

1.602.000

0

1.602.000

Afdrachten Staatsloterij

100.000

0

100.000

Kapitaalinjectie Invest-NL

250.000

0

250.000

Kapitaalinjectie Invest International

260.000

0

260.000

Kapitaalinjectie regionale netbeheerders

500.000

0

500.000

    

Storting/onttrekking begrotingsreserve

0

0

0

Dotatie begrotingsreserve Gasunie

0

0

0

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

4.596

‒ 429

4.167

NLFI

4.596

‒ 429

4.167

    

Ontvangsten

2.019.509

552.126

2.571.635

    

Garanties

11.808

0

11.808

Premieontvangsten garantie KLM

11.808

0

11.808

Premieontvangsten Gasunie

0

0

0

    

Leningen

0

0

0

Renteontvangsten lening KLM

0

0

0

Aflossing lening KLM

0

0

0

    

Vermogensverschaffing/-onttrekking

2.003.201

552.499

2.555.700

Aan-/verkoop vermogenstitels

666.201

456.799

1.123.000

Afdrachten Staatsloterij

100.000

0

100.000

Dividenden staatsdeelnemingen

1.237.000

95.700

1.332.700

Winstafdracht DNB

0

0

0

waarvan: Griekse inkomsten SMP

0

0

0

waarvan: rente-inkomsten ESM

0

0

0

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

4.500

‒ 373

4.127

NLFI

4.500

‒ 373

4.127

Tabel 13 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

15.843.976

3.771

15.847.747

waarvan garantieverplichtingen

13.242.349

0

13.242.349

Garanties en vrijwaringen staatsdeelnemingen

‒ 1.561.500

0

‒ 1.561.500

Garantie FMO

14.803.849

0

14.803.849

    

waarvan overige verplichtingen

2.601.627

3.771

2.605.398

Lening KLM

0

0

0

Lening SRH

‒ 11.259

0

‒ 11.259

Kapitaalinjectie TenneT

1.602.000

0

1.602.000

Aan-/verkoop vermogenstitels

0

0

0

Afdrachten Staatsloterij

100.000

0

100.000

Kapitaalinjectie Invest-NL

142.600

0

142.600

Kapitaalinjectie Invest International

260.000

0

260.000

Kapitaalinjectie regionale netbeheerders

500.000

0

500.000

Overige betalingsverplichtingen

8.286

3.771

12.057

Toelichting

Ontvangsten

Vermogensverschaffing/-onttrekking

De verwachte ontvangsten op de post «aan-/verkoop vermogenstitels» vallen hoger uit (€ 456,8 mln.) dan begroot in de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023. Dit komt door aanvullende opbrengsten van de verkoop van aandelen ABN AMRO6. Tevens vindt een positieve bijstelling van de dividendramingen van de staatsdeelnemingen plaats voor het jaar 2023 (€ 95,7 mln.).

Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 14 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Internationale financiële betrekkingen (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

3.408.454

265

3.408.719

    

Uitgaven

470.294

0

470.294

    

Garanties

75.145

0

75.145

EIB pan-Europees garantiefonds

75.145

0

75.145

    

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

393.046

0

393.046

Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen

53.020

0

53.020

Rentecompensatie ESM

0

0

0

Wereldbank

315.026

0

315.026

EBRD

25.000

0

25.000

Kapitaalinleg ESM

0

0

0

Bijdrage EU voor rente Oekraïne

0

0

0

    

Leningen

0

0

0

Teruggave winsten

0

0

0

Lening aan Oekraïne

0

0

0

    

Opdrachten

2.103

0

2.103

Technische assistentie

2.003

0

2.003

Overige opdrachten

100

0

100

    

Ontvangsten

95.284

322.385

417.669

    

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

5.144

0

5.144

Ontvangsten IFI's

1.954

0

1.954

Ontvangsten ESM Kapitaal

3.190

0

3.190

    

Leningen

90.140

322.385

412.525

Aflossing lening Griekenland

0

319.838

319.838

Renteontvangsten lening Griekenland

90.140

2.547

92.687

Aflossing lening Oekraïne

0

0

0

Renteontvangsten lening Oekraïne

0

0

0

Tabel 15 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

3.408.454

265

3.408.719

waarvan garantieverplichtingen

3.085.454

0

3.085.454

Garantie aan DNB inzake IMF

1.472.384

0

1.472.384

EFSM

‒ 90.265

0

‒ 90.265

AIIB

96

0

96

Wereldbank

669

0

669

ESM

‒ 24.710

0

‒ 24.710

SURE

‒ 19.295

0

‒ 19.295

NGEU

469.185

0

469.185

MFB

215.390

0

215.390

MFB Headroomgarantie

1.062.000

0

1.062.000

    

waarvan overige verplichtingen

323.000

265

323.265

Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen

55.964

0

55.964

Wereldbank

‒ 810

0

‒ 810

EBRD

100.000

0

100.000

Kapitaalinleg ESM

0

0

0

Bijdrage EU voor rente Oekraïne

165.743

0

165.743

Technische assistentie kiesgroeplanden

2.003

0

2.003

Overige betalingsverplichtingen

100

265

365

Toelichting

Ontvangsten

Leningen

Griekenland is de formele procedure gestart om een deel van de uitstaande leningen vervroegd af te lossen (€ 319,8 mln.). De verwachting is dat deze vervroegde aflossing op 15 december zal plaatsvinden.

Verder zijn er ook hogere renteontvangsten gerealiseerd op de uitstaande lening aan Griekenland (€ 2,5 mln.).

Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 16 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

10.099.366

‒ 3.250.350

6.849.016

    

Uitgaven

186.366

249.650

436.016

    

Opdrachten

24.122

‒ 1.350

22.772

Kostenvergoeding Atradius DSB

18.900

0

18.900

Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten

5.000

‒ 1.500

3.500

Overige uitgaven

222

150

372

    

Garanties

92.000

191.000

283.000

Schade-uitkering EKV

87.000

195.000

282.000

Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten

5.000

‒ 4.000

1.000

    

Storting/onttrekking begrotingsreserve

70.244

60.000

130.244

Mutatie begrotingsreserve EKV

70.244

60.000

130.244

    

Ontvangsten

147.182

168.000

315.182

    

Garanties

123.150

3.000

126.150

Premies EKV

70.244

0

70.244

Premies herverzekering leverancierskredieten

3.000

‒ 2.000

1.000

Schaderestituties EKV

44.906

9.000

53.906

Schaderestituties herverzekering leverancierskredieten

5.000

‒ 4.000

1.000

    

Storting/onttrekking begrotingsreserve

24.032

165.000

189.032

Mutatie begrotingsreserve EKV

24.032

165.000

189.032

Tabel 17 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

10.099.366

‒ 3.250.350

6.849.016

waarvan garantieverplichtingen

10.000.000

‒ 3.305.000

6.695.000

Exportkredietverzekeringen

10.000.000

‒ 3.305.000

6.695.000

waarvan: aangegane garantieverplichtingen

10.000.000

‒ 3.305.000

6.695.000

waarvan: vervallen garantieverplichtingen

0

0

0

    

waarvan overige verplichtingen

99.366

54.650

154.016

Kostenvergoeding Atradius DSB

18.900

0

18.900

Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten

5.000

‒ 1.500

3.500

Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten

5.000

‒ 4.000

1.000

Storting begrotingsreserve EKV

70.244

60.000

130.244

Overige betalingsverplichtingen

222

150

372

Toelichting

Verplichtingen

Exportkredietverzekeringen

Het plafond van € 10 mld. aan maximaal in een jaar aan te gane verplichtingen zal naar alle waarschijnlijkheid niet volledig worden benut in 2023. Op basis van de verplichtingen die op dit moment zijn aangegaan en de transacties die nog in 2023 worden verwacht, wordt € 3,5 mld. aan geraamde verplichtingen afgeboekt.

Uitgaven

Garanties

In 2023 valt het totaal aan schade-uitkeringen naar verwachting € 195 mln. hoger uit dan begroot. Dit komt met name door het afsluiten van een aantal schadedossiers (€ 165 mln.) waarop geen recuperatie meer mogelijk is, bijvoorbeeld omdat de debiteur failliet is gegaan. Hiermee wordt opvolging gegeven aan de bezuinigingsopties ekv wat als aanbeveling is gedaan in de beleidsdoorlichting van artikel 5.7Daarnaast wordt voor € 30 mln. meer aan schade verwacht dan geraamd op lopende ekv-gedekte transacties.De raming voor de schade-uitkeringen Herverzekering Leverancierskredieten (HuLK) wordt met € 4 mln. naar beneden gesteld naar aanleiding van de laatste inzichten van de verzekeraars.

Storting begrotingsreserve EKV

Via het derde steunpakket 2023 voor Oekraïne8 is € 60 mln. beschikbaar gesteld om via de exportkredietverzekering financiële risico’s af te dekken voor Nederlandse bedrijven die via export of investeringen willen bijdragen aan de wederopbouw van Oekraïne. Dit bedrag van € 60 mln. wordt toegevoegd aan de begrotingsreserve ekv.

Ontvangsten

Garanties

De ontvangstenraming uit hoofde van de ekv- en HuLK-garanties worden per saldo met € 3 mln. naar boven bijgesteld. Dit wordt deels veroorzaakt door de terugbetaling van een schuld door Argentinië. Dit vloeit voort uit het op 28 oktober 2022 bereikte akkoord tussen de Club van Parijs en Argentinië. Het ontvangen bedrag in 2023 valt hoger uit dan geraamd omdat de betaling van eind 2022 over de jaargrens van 2023 is ontvangen. Daarnaast worden de ontvangsten op HuLK naar beneden bijgesteld naar aanleiding van de laatste inzichten van de verzekeraars.

Onttrekking begrotingsreserve

De begrotingsreserve werkt als buffer om het verschil tussen enerzijds premieontvangsten en anderzijds definitieve schades en uitvoeringskosten op te vangen. Omdat een aantal schadedossiers definitief wordt afgesloten, neemt de raming voor de definitieve schades met € 165 mln. toe (zie toelichting op mutatie 2 in Tabel 2). Zie ook de toelichting onder uitgaven, garanties.

Artikel 6 Btw-compensatiefonds

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 6 Btw-compensatiefonds (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

4.015.034

160.806

4.175.840

    

Uitgaven

4.015.034

160.806

4.175.840

    

Bijdrage aan medeoverheden

4.015.034

160.806

4.175.840

Bijdragen aan gemeenten

3.597.533

146.746

3.744.279

Bijdragen aan provincies

417.501

14.060

431.561

    

Ontvangsten

4.015.034

160.806

4.175.840

Toelichting

Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten

Bijdrage aan medeoverheden

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden, wordt het geraamde btw-deel van dit budget in het btw-compensatiefonds (BCF) gestort. Gemeentes en provincies kunnen hierdoor hun betaalde btw declareren bij het BCF. Deze uitgaven (€ 160,8 mln.) worden verondersteld budgettair neutraal te zijn gezien de te verwachte hogere belastinginkomsten.

Onderdeel van de mutatie van € 160,8 mln. in uitgavenbudget is de storting van € 109,2 mln. in het BCF voor opvang Oekraïense ontheemden. Gemeenten worden door middel van een specifieke uitkering (SPUK) gecompenseerd voor de dagelijkse kosten van deze opvang9. Een aantal van de taken van gemeenten voor de opvang van Oekraïense ontheemden is compensabel uit het BCF. Dit gaat om een bedrag van € 3,74 per dag voor gemiddeld 80.000 gemeentelijke opvangplekken. Daarnaast is er sprake van een storting van € 11,9 mln. in het BCF naar aanleiding van de vijfde tranche woningbouwinpuls (WBI) en een storting van € 11,4 mln. In het BCF ten behoeve van de SPUK Lokale Aanpak Isolatie.

Artikel 9 Douane

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 19 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 9 Douane (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

776.726

‒ 2.124

774.602

    

Uitgaven (1) + (2)

776.726

‒ 2.124

774.602

    

Apparaatsuitgaven (1)

527.712

‒ 17.576

510.136

    

Personele uitgaven

521.963

‒ 19.576

502.387

Eigen personeel

488.574

‒ 23.076

465.498

Inhuur externen

31.789

2.500

34.289

Overig personeel

1.600

1.000

2.600

    

Materiële uitgaven

5.749

2.000

7.749

ICT

1.554

0

1.554

Bijdrage aan SSO's

165

1.000

1.165

Overig materieel

4.030

1.000

5.030

    

Programma-uitgaven (2)

249.014

15.452

264.466

    

Bekostiging

0

0

0

Overige bekostiging

0

0

0

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

1.488

0

1.488

Overige bijdrage ZBO's/RWT's

1.488

0

1.488

    

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

0

30.100

30.100

Vertragingsrente EU

0

30.100

30.100

    

Opdrachten

40.490

‒ 17.148

23.342

ICT opdrachten

21.427

‒ 17.100

4.327

Overige opdrachten

19.063

‒ 48

19.015

    

Bijdrage aan agentschappen

3.438

2.500

5.938

Bijdrage overige agentschappen

3.438

2.500

5.938

    

(Schade)vergoeding

55

0

55

Vergoeding proceskosten

55

0

55

    

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

203.543

0

203.543

Toegerekende uitgaven van Belastingen

203.543

0

203.543

    

Ontvangsten

605

0

605

Apparaatsontvangsten

605

0

605

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De Douane heeft de personele uitgaven voor het lopende jaar met € 19,6 mln. verlaagd door de aanhoudende onderbezetting ten opzichte van de formatie. Een deel van de personele onderbezetting wordt ingevuld door extern personeel in te huren.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Vanuit de Aanvullende Post (AP) van de Rijksbegroting wordt € 30,1 mln. overgeheveld naar artikel 9 Douane voor reeds betaalde en nog te betalen vertragingsrente in 2023. Deze vertragingsrente komt voort uit (na)betalingen van Traditionele Eigen Middelen (douane invoerrechten, begroot op artikel 3.3, begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken).

Opdrachten

De post Opdrachten wordt met € 17,1 mln. neerwaarts bijgesteld. Dit wordt onder meer veroorzaakt door een budgetoverheveling voor C2000 (landelijke communicatiesysteem voor de hulpverleningsdiensten in Nederland) aan het ministerie van Justitie en Veiligheid (€ 1,5 mln.) en budgetoverhevelingen naar artikel 1 van de Belastingdienst ten behoeve van investeringen in de programma's Douane Wetboek van de Unie (€ 5,4 mln.) en Digitale Snelweg Douane (€ 5,3 mln.). Voorts kan een deel (€ 4,9 mln.) van beoogde investeringen in 2023 niet plaatsvinden; dit budget valt vrij.

Artikel 13 Toeslagen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 20 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 13 Toeslagen (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

1.428.553

135.486

1.564.039

    

Uitgaven (1) + (2)

1.876.391

‒ 23.514

1.852.877

    

Apparaatsuitgaven (1)

453.081

‒ 22.668

430.413

    

Personele uitgaven

436.687

‒ 22.991

413.696

Eigen personeel

169.138

‒ 18.932

150.206

Inhuur externen

264.122

‒ 4.059

260.063

Overig personeel

3.427

0

3.427

    

Materiële uitgaven

16.394

323

16.717

ICT

275

0

275

Bijdrage aan SSO's

0

0

0

Overige materiële uitgaven

16.119

323

16.442

    

Programma-uitgaven (2)

1.423.310

‒ 846

1.422.464

    

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

126

0

126

Bijdrage overige ZBO's/RWT's

126

0

126

    

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

3.800

0

3.800

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

3.800

0

3.800

    

Opdrachten

47.109

1.700

48.809

ICT opdrachten

82

1.350

1.432

Overige opdrachten

47.027

350

47.377

    

Bijdrage aan medeoverheden

104.826

‒ 846

103.980

Bijdrage aan medeoverheden

104.826

‒ 846

103.980

    

(Schade)vergoeding

1.060.092

‒ 1.700

1.058.392

Compensatie toeslagengedupeerden

347.220

‒ 19.700

327.520

Kwijtschelden private schulden

145.692

0

145.692

Herstelprogramma voor kinderen

535.432

0

535.432

Herstelregeling voor ex-partners

10.820

0

10.820

Herstelregeling voor gedupeerden andere toeslagen

1.700

0

1.700

Overige (schade)vergoedingen

19.228

18.000

37.228

    

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

207.357

0

207.357

Toegerekende uitgaven van Belastingen

207.357

0

207.357

    

Ontvangsten

22.088

0

22.088

Programma-ontvangsten

22.088

0

22.088

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget wordt in 2023 per saldo verhoogd met € 135,5 mln. Deels hangt dit samen met de uitgavenmutaties (zie de toelichting onder 'Uitgaven') en deels betreft het specifieke verplichtingenmutaties. De voornaamste specifieke verplichtingenmutatie betreft het verhogen van de verplichtingenraming op (Schade)vergoeding met circa € 153,5 mln. Dit is gebaseerd op een geactualiseerde prognose van het aantal kinderen van gedupeerde ouders die vallen onder de Kindregeling. Tevens wordt het verplichtingenritme bij de regeling voor ex-toeslagpartners en bij de regeling voor gedupeerden van andere Toeslagen (HZK) geactualiseerd.

Uitgaven

Personele uitgaven

Dit budget wordt in 2023 met € 22,9 mln. naar beneden bijgesteld. De voornaamste reden hiervoor is de krapte op de arbeidsmarkt, wat leidt tot lagere bezetting ten opzichte van de formatie en daarmee lagere dan eerder begrote loonkosten. Dit geldt zowel voor Eigen personeel als Inhuur externen.

4 Beleidsartikelen Nationale Schuld (IXA)

Artikel 11 Financiering staatsschuld

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 21 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 11 Financiering staatsschuld (bedragen x € 1 mln.)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

46.367

‒ 4.294

42.073

    

Uitgaven

46.367

‒ 4.294

42.073

    

Opdrachten

22

0

22

Overige kosten

22

0

22

    

Rente

5.164

‒ 253

4.911

Rente vaste schuld

4.345

‒ 238

4.107

Rente vlottende schuld

774

‒ 24

750

Rente derivaten lang

45

9

54

    

Leningen

41.181

‒ 4.041

37.140

Aflossing vaste schuld

31.654

0

31.654

Mutatie vlottende schuld

9.527

‒ 4.041

5.486

    

Ontvangsten

50.031

‒ 4.000

46.031

    

Rente

30

0

30

Rente vlottende schuld

30

0

30

Rente derivaten lang

0

0

0

    

Leningen

50.001

‒ 4.000

46.001

Uitgifte vaste schuld

50.001

‒ 4.000

46.001

Mutatie vlottende schuld

0

0

0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Per saldo vallen de rentelasten naar verwachting € 253,0 mln. lager uit. De verklaringen hiervoor zijn:

  • Rente vaste schuldDe rentelasten vaste schuld vallen in 2023 naar verwachting € 238,0 mln. lager uit dan eerder geraamd. Als gevolg van het bijgestelde financieringsplan zal er in 2023 minder schuld uitgegeven worden op de kapitaalmarkt. Hierdoor nemen de verwachte rentelasten af.

  • Rente vlottende schuldDe rentelasten op de vlottende schuld zijn naar beneden bijgesteld als gevolg van de actuele realisaties op de geldmarkt.

  • Rente derivaten langDe rentelasten op de langlopende derivaten zijn naar verwachting € 9,0 mln. hoger ten opzichte van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 als gevolg van de gestegen rente.

Leningen

Mutatie vlottende schuld

De mutatie van de vlottende schuld daalt naar verwachting met € 4,04 mld. in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zoveel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.

Ontvangsten

Leningen

Uitgifte vaste schuld

De raming voor de uitgifte van vaste schuld is met € 4 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van het gewijzigde financieringsplan. Het financieringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstandkoming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2023 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen.

Artikel 12 Kasbeheer

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 22 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 12 Kasbeheer (bedragen x € 1 mln.)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

5.626

471

6.097

    

Uitgaven

5.626

471

6.097

    

Rente

3.226

‒ 29

3.197

Rente kasbeheer

3.226

‒ 29

3.197

Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer

0

0

0

    

Leningen

2.200

500

2.700

Verstrekte leningen

2.200

500

2.700

    

Mutaties in rekening-courant en deposito's

200

0

200

Mutaties in rekening courant en deposito

200

0

200

    

Ontvangsten

27.163

‒ 863

26.301

    

Rente

120

5

125

Rente kasbeheer

120

5

124

Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer

0

1

1

    

Leningen

1.116

23

1.139

Ontvangen aflossingen

1.116

23

1.139

    

Mutaties in rekening-courant en deposito's

25.927

‒ 890

25.037

Mutaties in rekening courant en deposito

25.927

‒ 890

25.037

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Rente kasbeheer

De raming van de rentelasten is lager dan geraamd als gevolg van een uitstroom van middelen op rekeningen-courant.

Leningen

Verstrekte leningen

Naar verwachting worden er in 2023 meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met € 0,5 mld. naar boven bijgesteld.

Ontvangsten

Leningen

Ontvangen aflossingen

Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen € 22,6 mln. hoger uitvallen dan eerder geraamd. Dit zijn leningen die door agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten.

Mutaties in rekening courant en deposito's

Mutaties in rekening courant en deposito

De wijziging in de geraamde mutatie van het saldo op de rekeningen- courant en deposito’s van de deelnemers van schatkistbankieren is het gevolg van het actualiseren van de geraamde uitgaven en inkomsten van sociale fondsen (€ 0,89 mld.). De mutaties in rekeningen-courant en deposito’s worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren.

5 Niet-beleidsartikelen

Artikel 8 Apparaat Kerndepartement

Tabel 23 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

411.228

105.836

517.064

    

Uitgaven

411.140

5.836

416.976

    

Personele uitgaven

255.104

1.406

256.510

Eigen personeel

236.734

‒ 13.731

223.003

Inhuur externen

17.283

14.938

32.221

Overig personeel

1.087

199

1.286

    

Materiële uitgaven

156.036

4.430

160.466

ICT

24.739

1.069

25.808

Bijdrage aan SSO's

49.505

3.260

52.765

Overig materieel

81.792

101

81.893

    

Ontvangsten

58.147

11.554

69.701

Apparaatsontvangsten

58.147

11.554

69.701

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget op artikel 8 Apparaat Kerndepartement wordt opgehoogd met € 105,8 mln. Dit hangt met name samen met de in 2023 afgesloten contracten voor onder andere Vakkennis en Persoonsontwikkeling en met de afgesloten meerjarige overeenkomst voor de uitvoering van de Regeling Vervroegde Uittreding.

Ontvangsten

Apparaatsontvangsten

De ontvangsten op artikel 8 Apparaat Kerndepartement vallen circa € 11,6 mln. hoger uit dan eerder verwacht. Dit komt met name door hogere verhuurontvangsten van het Rijksvastgoedbedrijf en de hogere verkoopontvangsten van Domeinen Roerende Zaken.

Artikel 10 Nog onverdeeld

Tabel 24 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

    

Verplichtingen

15.404

‒ 15.404

0

    

Uitgaven

15.404

‒ 15.404

0

    

Nog te verdelen

15.404

‒ 15.404

0

Loonbijstelling programma

0

0

0

Loonbijstelling apparaat

713

‒ 713

0

Prijsbijstelling apparaat

4.975

‒ 4.975

0

Onvoorzien programma

250

‒ 250

0

Onvoorzien apparaat

9.466

‒ 9.466

0

    

Ontvangsten

0

0

0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Nog te verdelen

Van de € 15,4 mln. nog te verdelen middelen valt € 13,9 mln. vrij. € 1,5 mln., vanuit de budgettaire reservering op artikel 10 om de informatiehuishouding van het ministerie op orde te brengen, wordt overgeheveld naar artikel 8 Apparaat.