Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat voor het Ministerie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Voorjaarsnota 2023 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
Hoofdstuk 2 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel (tabel 1) conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer ze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.
Als gevolg van hoger dan verwachte eerstejaars asieluitgaven, heeft een herschikking van het ODA-budget plaatsgevonden. Dit betekent in 2023 een ombuiging van EUR 559 miljoen op de BHOS-begroting. Met deze incidentele suppletoire begroting 2023 wordt de verdeling van deze ombuiging op de BHOS-begroting uiteengezet, zoals toegezegd tijdens het Commissiedebat Humanitaire Hulp d.d. 11 mei 20231. Daarmee wordt de bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
De verhoging van het ODA-budget als gevolg van de nieuwe CPB-raming (Macro-Economische Verkenning (MEV)) verzacht meerjarig de gevolgen van de asieltegenvaller op het ODA-budget, waarmee humanitaire hulp kan worden ontzien van een korting. Het kabinet handelt hiermee in de geest van de motie Grinwis c.s.2 Met deze ISB wordt ook voldaan aan de motie Van der Graaf/Hammelburg.3
Het budget dat in 2023 beschikbaar komt vanwege de MEV wordt met de tweede suppletoire begroting herverdeeld over de diverse artikelonderdelen. In verband met de korte verwerkingstijd na het verschijnen van de MEV-cijfers is dit budget nu per thema op «Nog te verdelen» geboekt.
Gezien het feit dat de ombuiging gedurende het lopende jaar duidelijk werd, is gekozen voor een technische verwerking in 2023. Dit betekent dat alleen is omgebogen op budgetten die nog niet juridisch verplicht zijn. De rest van de ombuiging wordt behaald door betalingen door te schuiven naar 2024. Daarnaast is gekeken naar de uitvoerbaarheid van de programmering voor 2023.
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen |
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) |
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
---|---|---|
< 50 |
1 |
2 |
=> 50 en < 200 |
2 |
4 |
=> 200 en < 1.000 |
5 |
10 |
=> 1.000 |
10 |
20 |
Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) |
Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag (2) |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
||
---|---|---|---|---|
2023 |
2023 |
2023 |
||
Verplichtingen |
501.495 |
30.610 |
532.105 |
|
Uitgaven: |
||||
Programma-uitgaven totaal |
572.242 |
30.610 |
602.852 |
|
waarvan juridisch verplicht |
||||
1.1 |
Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO |
35.934 |
– 3.000 |
32.934 |
Subsidies (regelingen) |
||||
MVO en beleidsondersteuning (ODA) |
15.875 |
– 3.000 |
12.875 |
|
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) |
4.338 |
0 |
4.338 |
|
Opdrachten |
||||
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) |
2.226 |
0 |
2.226 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
2.300 |
0 |
2.300 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
MVO en beleidsondersteuning (ODA) |
5.000 |
0 |
5.000 |
|
Contributies internationaal ondernemen (non-ODA) |
6.195 |
0 |
6.195 |
|
1.2 |
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie |
96.181 |
0 |
96.181 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Programma's internationaal ondernemen |
10.000 |
0 |
10.000 |
|
Versterking concurrentiepositie Nederland |
6.502 |
0 |
6.502 |
|
Invest Internationaal |
9.780 |
0 |
9.780 |
|
Dutch Trade and Investment Fund |
4.499 |
0 |
4.499 |
|
Garanties |
||||
Dutch Trade and Investment Fund |
1.500 |
0 |
1.500 |
|
Opdrachten |
||||
Programma's internationaal ondernemen |
10.566 |
0 |
10.566 |
|
Dutch Trade and Investment Fund |
4.186 |
0 |
4.186 |
|
Wereldtentoonstelling |
4.000 |
0 |
4.000 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland |
45.148 |
0 |
45.148 |
|
1.3 |
Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden |
440.127 |
33.610 |
473.737 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Marktontwikkeling en markttoegang |
13.450 |
– 4.000 |
9.450 |
|
Economic governance and institutions |
12.900 |
– 7.700 |
5.200 |
|
Financiële sector ontwikkeling |
42.270 |
0 |
42.270 |
|
Infrastructuurontwikkeling |
31.460 |
– 1.673 |
29.787 |
|
Duurzame productie en handel |
44.700 |
– 16.000 |
28.700 |
|
(Jeugd)werkgelegenheid |
9.000 |
0 |
9.000 |
|
Nexus onderwijs en werk |
9.825 |
0 |
9.825 |
|
Lokale private sector ontwikkeling |
4.590 |
0 |
4.590 |
|
Leningen |
||||
Infrastructuurontwikkeling |
9.000 |
– 9.000 |
0 |
|
Financiële sector ontwikkeling |
20.000 |
0 |
20.000 |
|
Garanties |
||||
Financiële sector ontwikkeling |
10.000 |
0 |
10.000 |
|
Opdrachten |
||||
Marktontwikkeling en markttoegang |
11.000 |
0 |
11.000 |
|
Economic governance and institutions |
17.000 |
– 13.000 |
4.000 |
|
Financiële sector ontwikkeling |
4.000 |
0 |
4.000 |
|
Infrastructuurontwikkeling |
7.750 |
0 |
7.750 |
|
(Jeugd)werkgelegenheid |
25.850 |
0 |
25.850 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
24.000 |
0 |
24.000 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
International Labour Organisation |
5.700 |
0 |
5.700 |
|
Lokale private sector ontwikkeling |
45.925 |
0 |
45.925 |
|
Marktontwikkeling en markttoegang |
15.200 |
– 7.800 |
7.400 |
|
Partnershipprogramma ILO |
6.500 |
0 |
6.500 |
|
Economic governance and institutions |
6.000 |
0 |
6.000 |
|
Financiële sector ontwikkeling |
17.000 |
0 |
17.000 |
|
Infrastructuurontwikkeling |
115.790 |
– 30.500 |
85.290 |
|
(Jeugd)werkgelegenheid |
0 |
0 |
0 |
|
Nexus onderwijs en werk |
14.000 |
0 |
14.000 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
– 82.783 |
123.283 |
40.500 |
|
Ontvangsten |
14.000 |
10.000 |
24.000 |
|
1.10 |
Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen |
7.000 |
0 |
7.000 |
1.30 |
Ontvangsten DGGF |
7.000 |
10.000 |
17.000 |
Toelichting
Als gevolg van de hogere bezetting bij het COA van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen, heeft er een herschikking plaatsgevonden binnen het ODA-budget. Dit betekent een ombuiging op de BHOS-programma's. De bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging wordt tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
Op artikel 1.3 wordt per saldo EUR 61 miljoen omgebogen. Vanwege de MEV is de ombuiging circa EUR 40,5 miljoen lager dan bij Voorjaarsnota voorzien. Dit wordt bij tweede suppletoire begroting herverdeeld over de diverse artikelonderdelen.
Voor het infrastructuur programma wordt EUR 35 miljoen aan betalingen uitgesteld naar 2024 en EUR 19,5 miljoen onverplichte ruimte ingeleverd.
Ook worden jaarbijdragen voor het programma duurzame productie en handel uitgesteld naar 2024 (EUR 16 miljoen).
Op het thema marktontwikkeling wordt EUR 11,8 miljoen omgebogen door het kasritme van een grote activiteit uit te stellen tot 2024.
De ombuiging bij economic governance van EUR 17,7 miljoen wordt ingvuld door EUR 7,7 miljoen aan betalingen van lopende verplichtingen uit te stellen naar 2024. Voor de overige EUR 10 miljoen die wordt omgebogen, worden nieuwe verplichtingen (met kasuitgaven in 2023) uitgesteld en worden de betalingen voor nieuwe verplichtingen uitgesteld naar 2024 of 2025.
De aflossingen op de wisselfinancieringen van DGGF III worden EUR 10 miljoen hoger geraamd.
Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) |
Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag (2) |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
||
---|---|---|---|---|
2023 |
2023 |
2023 |
||
Verplichtingen |
1.125.178 |
119.430 |
1.244.608 |
|
Uitgaven: |
||||
Programma-uitgaven totaal |
792.660 |
75.348 |
868.008 |
|
waarvan juridisch verplicht |
||||
2.1 |
Voedselzekerheid |
281.204 |
108.350 |
389.554 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen |
15.000 |
– 2.000 |
13.000 |
|
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect. |
14.000 |
0 |
14.000 |
|
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid |
3.000 |
0 |
3.000 |
|
Uitbannen huidige honger en voeding |
20.327 |
– 4.000 |
16.327 |
|
Voedselzekerheid |
61.509 |
– 6.000 |
55.509 |
|
Opdrachten |
||||
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid |
20.550 |
0 |
20.550 |
|
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen |
10.000 |
0 |
10.000 |
|
Voedselzekerheid |
1.000 |
0 |
1.000 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland |
3.370 |
0 |
3.370 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Voedselzekerheid |
124.298 |
– 4.000 |
120.298 |
|
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen |
25.000 |
– 8.000 |
17.000 |
|
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect. |
40.500 |
0 |
40.500 |
|
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid |
27.000 |
0 |
27.000 |
|
Uitbannen huidige honger en voeding |
52.000 |
– 4.000 |
48.000 |
|
Nog te verdelen |
– 136.350 |
136.350 |
0 |
|
Nog te verdelen |
||||
2.2 |
Water |
201.367 |
– 2.132 |
199.235 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Waterbeheer |
26.767 |
– 600 |
26.167 |
|
Drinkwater en sanitatie |
26.695 |
3.868 |
30.563 |
|
Opdrachten |
||||
Waterbeheer |
3.770 |
– 600 |
3.170 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland |
2.000 |
0 |
2.000 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Waterbeheer |
96.385 |
– 4.800 |
91.585 |
|
Drinkwater en sanitatie |
45.750 |
0 |
45.750 |
|
2.3 |
Klimaat |
310.089 |
– 30.870 |
279.219 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Klimaat algemeen |
33.863 |
0 |
33.863 |
|
Hernieuwbare energie |
26.000 |
0 |
26.000 |
|
Dutch Fund for Climate and Development |
40.000 |
0 |
40.000 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland |
3.400 |
0 |
3.400 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Contributie IZA/IZT |
357 |
0 |
357 |
|
Klimaatprogramma's (non-ODA) |
1.595 |
130 |
1.725 |
|
Klimaat algemeen |
160.232 |
– 31.000 |
129.232 |
|
Hernieuwbare energie |
36.000 |
0 |
36.000 |
|
UNEP |
8.642 |
0 |
8.642 |
Toelichting
Als gevolg van de hogere bezetting bij het COA van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen, heeft er een herschikking plaatsgevonden binnen het ODA-budget. Dit betekent een ombuiging op de BHOS-programma's. De bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging wordt tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
Op artikel 2 wordt een aantal betalingen aangehouden, bijvoorbeeld van voedselprojecten in de Democratische Republiek Congo, voor klimaatfinanciering en voor Gain/CARE. Daarnaast wordt er onverplichte ruimte op water ingeleverd en worden voedselsubsidies verminderd, bijvoorbeeld in verband met de oorlog in Soedan.
Zoals gemeld aan het parlement op 4 juli 2023 (Kamerstuk 36 045 nr. 165), is er EUR 3,9 miljoen vrijgemaakt uit algemene middelen ter ondersteuning van waterbedrijven in Oekraine, door middel van financiële ondersteuning van Nederlandse publieke drinkwaterbedrijven (verenigd in WaterWorX en vertegenwoordigd door Vitens Evides International).
Artikel 3: Sociale vooruitgang
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) |
Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag (2) |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
||
---|---|---|---|---|
2023 |
2023 |
2023 |
||
Verplichtingen |
454.932 |
108.336 |
563.268 |
|
Uitgaven: |
||||
Programma-uitgaven totaal |
739.442 |
73.782 |
813.224 |
|
waarvan juridisch verplicht |
||||
3.1 |
Mondiale gezondheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten |
422.983 |
84.982 |
507.965 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Mondiale gezondheid en SRGR |
230.865 |
– 68.687 |
162.178 |
|
Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis |
0 |
0 |
0 |
|
Opdrachten |
||||
Mondiale gezondheid en SRGR |
16.397 |
0 |
16.397 |
|
Bijdrage aan agentschappen |
||||
Rijksdienst voor ondernemend Nederland |
137 |
0 |
137 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
WHO/PAHO |
6.713 |
0 |
6.713 |
|
Mondiale gezondheid en SRGR |
184.410 |
11.928 |
196.338 |
|
UNFPA |
60.000 |
– 11.700 |
48.300 |
|
UNAIDS |
23.000 |
0 |
23.000 |
|
Partnershipprogramma WHO |
14.402 |
0 |
14.402 |
|
Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis |
0 |
0 |
0 |
|
UNICEF |
0 |
0 |
0 |
|
Vrouwenrechten en keuzevrijheid |
0 |
0 |
0 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
– 112.941 |
153.441 |
40.500 |
|
3.2 |
Vrouwenrechten en gendergelijkheid |
49.667 |
0 |
49.667 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Vrouwenrechten |
37.067 |
– 4.000 |
33.067 |
|
Opdrachten |
||||
Vrouwenrechten |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Vrouwenrechten |
6.600 |
0 |
6.600 |
|
UNWOMEN |
6.000 |
0 |
6.000 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
0 |
4.000 |
4.000 |
|
3.3 |
Maatschappelijk middenveld |
199.642 |
– 1.200 |
198.442 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Twinningsfaciliteit Suriname |
850 |
0 |
850 |
|
Versterking maatschappelijk middenveld |
181.057 |
– 5.200 |
175.857 |
|
Opdrachten |
||||
Versterking maatschappelijk middenveld |
6.000 |
0 |
6.000 |
|
Versterking maatschappelijk middenveld Monitoringsfonds |
1.417 |
0 |
1.417 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Versterking maatschappelijk middenveld |
10.318 |
0 |
10.318 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
0 |
4.000 |
4.000 |
|
3.4 |
Onderwijs |
67.150 |
– 10.000 |
57.150 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Onderzoeksprogramma's |
1.500 |
0 |
1.500 |
|
Opdrachten |
||||
Onderwijs |
200 |
0 |
200 |
|
Onderzoekprogramma's |
2.000 |
0 |
2.000 |
|
Hoger Onderwijs |
50.932 |
– 10.000 |
40.932 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Onderwijs |
2.518 |
0 |
2.518 |
|
Global partnership for education |
10.000 |
0 |
10.000 |
Toelichting
Als gevolg van de hogere bezetting bij het COA van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen, heeft er een herschikking plaatsgevonden binnen het ODA-budget. Dit betekent een ombuiging op de BHOS-programma's. De bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging wordt tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
Op artikel 3.1 Mondiale gezondheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten wordt per saldo EUR 53 miljoen omgebogen. Vanwege de MEV is de ombuiging circa EUR 40,5 miljoen lager dan bij Voorjaarsnota voorzien. De voorziene ombuigingen op 3.2 en 3.3 (ieder EUR 4 miljoen) worden teruggedraaid. Dit wordt bij tweede suppletoire begroting herverdeeld over de diverse artikelonderdelen.
Op 3.1 wordt er omgebogen door het verlagen van de SRGR-budgetten van de posten (totaal EUR 12 miljoen) en inzet van nog niet juridische verplichte middelen (EUR 42 miljoen) door de start van een aantal nieuwe verplichtingen uit te stellen naar 2024 of betalingen voor nieuwe verplichtingen uit te stellen naar 2024.
Zoals gemeld aan het parlement op 4 juli 2023 (Kamerstuk 36 045 nr. 165), is er EUR 25 miljoen vrijgemaakt uit algemene middelen voor geïntegreerde en brede ondersteuning van het gezondheidssysteem in Oekraïne, uitgaande van de gezondheidsnoden zoals onderbouwd in de Ukraine rapid damage and needs assessment. Financiering loopt via multilaterale kanalen waarmee reeds wordt samengewerkt.
Door de verwerking van de «Nog te verdelen» ombuigingen uit de Voorjaarsnota naar de andere (sub)artikelen komt het saldo op artikel 3.1 hoger uit ten opzichte van de eerste suppletoire begroting.
Op artikel 3.3 – Maatschappelijk middenveld worden de uitgaven met EUR 1,2 miljoen verlaagd. Deze uitgaven zijn onderdeel van de verhoging van EUR 2,4 miljoen als gevolg van het amendement Hammelburg en zal nu over 2023 en 2024 verdeeld worden. De mogelijkheden voor een regionaal project in Oost Europa worden onderzocht. Ontwikkeling en uitvoering van deze activiteit met betrokkenheid van meerdere partijen in verschillende landen heeft twee jaar tijd nodig.
Op artikel 3.4 – Onderwijs wordt EUR 10 miljoen omgebogen door het nieuwe Beroeps- en Hoger onderwijsprogramma pas in 2024 te starten.
Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) |
Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag (2) |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
||
---|---|---|---|---|
2023 |
2023 |
2023 |
||
Verplichtingen |
1.675.143 |
78.706 |
1.753.849 |
|
Uitgaven: |
||||
Programma-uitgaven totaal |
963.006 |
78.706 |
1.041.712 |
|
waarvan juridisch verplicht |
||||
4.1 |
Humanitaire hulp |
584.017 |
0 |
584.017 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Noodhulpprogramma's |
117.000 |
0 |
117.000 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Noodhulpprogramma's |
352.000 |
0 |
352.000 |
|
Noodhulpprogramma's non-ODA |
1.017 |
0 |
1.017 |
|
UNHCR |
35.000 |
0 |
35.000 |
|
UNRWA |
19.000 |
0 |
19.000 |
|
Wereldvoedselprogramma |
60 000 |
0 |
60.000 |
|
4.2 |
Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking |
304.000 |
– 57.000 |
247.000 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Opvang in de regio |
5.000 |
0 |
5.000 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Opvang in de regio |
240.000 |
– 48.000 |
192.000 |
|
Migratie en ontwikkeling |
59.000 |
– 9.000 |
50 000 |
|
4.3 |
Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling |
74.989 |
135.706 |
210.695 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Legitieme stabiliteit |
5.500 |
0 |
5.500 |
|
Inclusieve vredes- en politieke processen |
10.000 |
– 6.500 |
3.500 |
|
Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen |
0 |
0 |
0 |
|
Functionerende rechtsorde |
43.165 |
– 5.000 |
38.165 |
|
Opdrachten |
||||
Inclusieve vredes- en politieke processen |
1.500 |
– 1.500 |
0 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
Legitieme stabiliteit |
4.000 |
– 4.000 |
0 |
|
Functionerende rechtsorde |
110.680 |
– 8.000 |
102.680 |
|
Inclusieve vredes- en politieke processen |
40.850 |
0 |
40.850 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
– 140.706 |
160.706 |
20.000 |
Toelichting
Als gevolg van de hogere bezetting bij het COA van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen, heeft er een herschikking plaatsgevonden binnen het ODA-budget. Dit betekent een ombuiging op de BHOS-programma's. De bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging wordt tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
De per saldo ombuiging op artikel 4.3 komt uit op EUR 5 miljoen. De oorspronkelijke ombuiging (EUR 25 miljoen) wordt gedeeltelijk teruggedraaid met extra budget voortkomend uit MEV. Dit budget staat nu op Nog te verdelen en zal bij de tweede suppletoire begroting naar de budgetten herverdeeld worden.
De programmering op artikel 4 wordt voor wat betreft het onderdeel Opvang in de Regio en Migratiesamenwerking bijgesteld. Ten opzichte van 2022 was een stijging voorzien van EUR 85 miljoen in 2023. Dit wordt verlaagd met EUR 57 miljoen door de planning uit te stellen (EUR 44 miljoen) en een geplande betaling wordt verschoven van eind 2023 naar 2024 (EUR 13 miljoen).
Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) |
Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag (2) |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
||
---|---|---|---|---|
2023 |
2023 |
2023 |
||
Verplichtingen |
760.080 |
12.052 |
772.132 |
|
Uitgaven: |
||||
Programma-uitgaven totaal |
412.994 |
– 49.155 |
363.839 |
|
waarvan juridisch verplicht |
||||
5.1 |
Multilaterale samenwerking |
315.025 |
4.528 |
319.553 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
UNIDO |
1.950 |
– 419 |
1.531 |
|
UNDP |
39.000 |
– 10.750 |
28.250 |
|
UNICEF |
44.000 |
– 12.750 |
31.250 |
|
Speciale multilaterale activiteiten |
24.077 |
– 10.500 |
13.577 |
|
Assistent deskundigenprogramma |
9.000 |
0 |
9.000 |
|
Internationale Financiële Instellingen |
8.000 |
0 |
8.000 |
|
Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen |
79.789 |
0 |
79.789 |
|
Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken |
8.156 |
0 |
8.156 |
|
Bijdrage aan IFI's voor steun Oekraine |
140.000 |
0 |
140.000 |
|
Nog te verdelen |
||||
Nog te verdelen |
– 38.947 |
38.947 |
0 |
|
5.2 |
Overig armoedebeleid |
97.969 |
5.247 |
103.216 |
Subsidies (regelingen) |
||||
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling |
8.385 |
0 |
8.385 |
|
Nationale SDG Implementatie |
650 |
0 |
650 |
|
Opdrachten |
||||
Nationale SDG Implementatie |
170 |
– 15 |
155 |
|
Programmamiddelen steun Oekraine – ln-kind steun |
0 |
5.300 |
5.300 |
|
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties |
||||
UNESCO |
4.400 |
– 63 |
4.337 |
|
Diverse ondersteunende activiteiten |
21.547 |
2.327 |
23.874 |
|
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling |
2.529 |
0 |
2.529 |
|
Schuldverlichting |
60.038 |
– 2.302 |
57.736 |
|
Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking |
250 |
0 |
250 |
|
5.4 |
Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen |
0 |
– 58 930 |
– 58.930 |
Ontvangsten |
45.088 |
0 |
45.088 |
|
5.20 |
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen |
22.182 |
0 |
22.182 |
5.21 |
Ontvangsten OS |
21.176 |
0 |
21.176 |
5.22 |
Koersverschillen OS |
0 |
0 |
0 |
5.23 |
Diverse ontvangsten non-ODA |
1.730 |
0 |
1.730 |
Toelichting
Als gevolg van de hogere bezetting bij het COA van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen, heeft er een herschikking plaatsgevonden binnen het ODA-budget. Dit betekent een ombuiging op de BHOS-programma's. De bij eerste suppletoire begroting op verschillende artikelonderdelen administratief geboekte «pro rata» ombuiging wordt tegengeboekt en vervangen door de ombuigingen per artikelonderdeel.
In 2023 zijn de Algemene Vrijwillige bijdragen voor UNDP en UNICEF meerjarig verplicht. Hierbij was de intentie om te blijven voldoen aan de zo genoemde UN-Funding Compact afspraken over de verhouding tussen geoormerkte en ongeoormerkte financiering aan VN-instellingen. Vanwege de noodzakelijke ombuigingen kan hieraan slechts deels worden voldaan. Verder is de planning van financiering van multilaterale activiteiten afgestemd op de aangepaste begroting.
Zoals gemeld aan het parlement op 4 juli 2023 (Kamerstuk 36 045 nr. 165), is er EUR 5,3 miljoen vrijgemaakt uit algemene middelen om via in-kind bijdragen directe steun te leveren aan Oekraïne. Het betreft bijdragen die voorzien in de behoeften die Oekraïne kenbaar heeft gemaakt via het EU Civil Protection Mechanism of anderszins, en die door Nederland zullen worden geleverd.
Om de inzichtelijkheid van de BHOS-begroting verder te verbeteren is er met ingang van begrotingsjaar 2017 artikelonderdeel 5.4 gecreëerd. Op dit artikelonderdeel wordt ook overprogrammering geregistreerd. Overprogrammering houdt in dat er meer programma’s of bijdragen worden gepland dan waarvoor budget beschikbaar is, in de verwachting dat over het algemeen de uitvoering van programma’s en/of betalingen vertraging oploopt. De uitvoering van het beleid leert dat bijvoorbeeld (geo)politieke ontwikkelingen en uitvoeringsmogelijkheden in landen waarin programma’s worden uitgevoerd gedurende het jaar kunnen leiden tot vertragingen in de uitputting van de ODA-middelen. Indien er sprake is van overprogrammering is dat zichtbaar als een negatieve stand op het verdeelartikel. Over de verdere werking van dit artikel verwijs ik u naar de Kamerbrief als reactie op Motie van der Graaf c.s. (Kamerstuk II, 36200 XVII nr. 32) over fluctuaties van het ODA-budget.
De totale ombuiging op de BHOS-begroting (EUR 559 miljoen, na inzet buffer EUR 531 miljoen) is gedempt met het extra budget voortkomend uit MEV (EUR 165 miljoen). Dit leidt tot een bezuiniging van EUR 297 miljoen op de BHOS-budgetten. Daarnaast is EUR 9 miljoen op de ODA-budgetten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken bezuinigd. De overprogrammering is hiermee EUR 60 miljoen.