Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in:
De begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat
M.G.J. Harbers
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen |
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) |
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
---|---|---|
< 50 |
1 |
2 |
=> 50 en < 200 |
2 |
4 |
=> 200 < 1.000 |
5 |
5 |
=> 1.000 |
5 |
5 |
Budgettaire gevolgen van uitvoering
11 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
106.849 |
131.548 |
238.397 |
Uitgaven |
189.659 |
– 33.494 |
156.165 |
11.01 Verkenningen |
5.791 |
– 1.791 |
4.000 |
11.02 Korte termijn mobiliteitsmaatregelen |
672 |
– 672 |
|
11.03 Reserveringen |
183.196 |
– 41.013 |
142.183 |
11.03.01 Programma's |
7.001 |
– 2.000 |
5.001 |
11.03.02 Overige reserveringen |
144.309 |
– 17.794 |
126.515 |
11.03.03 Reserveringen Coalitieakkoord |
31.886 |
– 21.219 |
10.667 |
11.04 Generieke investeringsruimte |
0 |
9.982 |
9.982 |
Ontvangsten |
|||
11.09 Ontvangsten |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte wordt in 2023 verhoogd met € 131,5 miljoen.
De mutaties bij de verplichtingen sluiten grotendeels één-op-één aan bij de toelichtingen op de uitgaven, met uitzondering van enkele verschillen. Deze worden hieronder nader geduid:
– Het verplichtingenbudget op artikel 11.03 bij de opdracht Schoon Emissieloos Bouwen (SEB) is lager dan de geraamde uitgaven op artikel 11.03 bij SEB (€ 10,3 miljoen). De opdracht SEB wordt in 2023 verleend. Rijkswaterstaat geeft invulling aan deze opgave via de Strategie Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur, waarmee wordt bijgedragen aan de reductie van stikstof, fijnstof en broeikasgasemissies;
– De subsidiebeschikking HOV-net Zuid-Holland Noord wordt verlaagd. Het beschikbaar gekomen bedrag van deze projecten wordt toegevoegd aan de investeringsruimte in 2026. De verplichtingen worden al in 2023 overgeboekt:
– De actualisering van de programmering van de verplichtingen op artikel 11.01, 11.03 en 11.04 wijken af van de actualisering (kasschuiven) op de uitgaven. Dit komt door een verplichtingenschuif op 11.01 om de dekking voor de reservering van de Merwede Linge Lijn in de juiste jaren te zetten. Daarnaast vindt er in 2023 een verplichtingeschuif plaats omdat er extra verplichtingenruimte nodig is ten behoeve van de vrije investeringsruimte 11.04.
– Tot slot vindt er een overboeking naar HXII plaats voor TVOV. De verplichtingen van € 65 miljoen zijn in het jaar 2023 aangegaan. Terwijl de kasuitgaven verspreid zijn over meerdere jaren. Zie nadere toelichting van de kasuitgaven hieronder.
Uitgaven
Artikel 11.01 Verkenningen
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 1,8 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Overboeking naar artikel 12: A2 Den Bosch-Deil (– € 4,8 miljoen)
Dit betreft een specifieke uitkering aan de provincie Gelderland en Noord-Brabant voor de Quick Win A2 Deil-Vught. Dit budget wordt overgeboekt naar artikelonderdeel 12.03. Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de provincies.
Kasschuiven verkenningen (€ 47,3 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Het gaat voornamelijk om een schuif naar voren op het project OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer (€ 56,9 miljoen). Deze middelen worden ingezet voor de opgave aanleg spoor en op dit artikelonderdeel in het juiste ritme gezet ter dekking van die opgave. Daarnaast wordt op het project Oude Lijn € 8 miljoen naar achteren geschoven. Deze middelen zijn niet in 2023 benodigd op dit project.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 2,5 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Dekking herprioritering spoor(€ – 56,9 miljoen)
De opgave op aanleg spoor wordt gedekt uit het project OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer. In 2023 gaat het om € 56,9 miljoen. Dit wordt overgeboekt naar artikelonderdeel 11.04. Vanuit dit artikelonderdeel worden de middelen toegevoegd aan de opgave aanleg spoor.
Startbeslissing Oude Lijn (€ 10,1 miljoen)
In het BO MIRT 2022 van november 2022 is de startbeslissing Oude Lijn genomen. Het budget wordt om die reden overgeboekt van 11.03 (reserveringen) naar 11.01 (verkenningen).
Artikel 11.03 Reserveringen
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 41 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven reserveringen (– € 52,1 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Voor veel reserveringen is minder kasbudget in 2023 nodig dan eerder voorzien. De grootste schuiven vinden plaats op:
– Reservering Slimme en Duurzame mobiliteit (– € 35,4 miljoen): De middelen zijn niet benodigd in 2023 en schuiven door naar 2024;
– Stedelijk OV Den Haag/Rotterdam (– € 5,4 miljoen): De middelen van de bijdrage BZK voor CID Binckhorst zijn naar verwachting in 2026 benodigd en schuiven weg uit 2023;
– Brainport Eindhoven (– € 2,9 miljoen): voor het project Brainport Eindhoven zijn in 2023 minder middelen benodigd dan voorzien;
– Lelylijn (– € 2,8 miljoen): voor het project Lelylijn zijn in 2023 minder middelen benodigd dan voorzien.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 5,7 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Opgave herprioritering Spoorwegen (€ 16 miljoen)
Op dit artikelonderdeel is een reservering getroffen voor de voortzetting gebiedsprogramma's (€ 6 miljoen) en voor de reserving modaliteit specifieke keuzes (€ 10 miljoen). De middelen worden overgeboekt uit artikelonderdeel 11.04.
Opgave herprioritering vaarwegen (€ 3 miljoen)
De reservering modaliteitspecifieke keuzes is aangevuld met € 3 miljoen. De middelen worden overgeboekt uit artikelonderdeel 11.04.
Startbeslissing Oude Lijn (– € 10,1 miljoen)
In het BO MIRT 2022 van november 2022 is de startbeslissing Oude Lijn genomen. Het budget wordt om die reden overgeboekt van 11.03 (reserveringen) naar 11.01 (verkenningen).
Overboeking artikel 13: knooppuntontwikkeling OV (– € 5 miljoen)
Voor een incidentele specifieke uitkering voor de gemeente Nijmegen in het kader van knooppunontwikkeling OV is € 5 miljoen overgeboekt naar artikelonderdeel 13.03. Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de gemeente Nijmegen.
Tot slot is de som van de overige mutaties gelijk aan € 1,5 miljoen.
Artikel 11.04 Generieke Investeringsruimte
De verhoging van dit artikelonderdeel met circa € 10 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven investeringsruimte (€ 70 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Dit is het gevolg van de verwerking herprioritering en de invulling taakstelling. Hierdoor was in 2023 een tekort ontstaan van € 70 miljoen. Middels een kasschuif is dit tekort opgelost.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 33,1 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking naar artikel 12: Opgave herprioritering Hoofdwegennet (– € 2 miljoen)
Voor de voortzetting gebiedsprogramma's wordt € 2 miljoen overgeboekt naar artikel 12.
Overboekingen naar artikel 15 en 11.03: Opgave herprioritering Hoofdvaarwegennet (– € 26 miljoen):
Vanuit de herprioritering zijn middelen vrijgemaakt voor diverse projecten met budgettekorten. Het gaat om de Averijhaven (Energiehaven) IJmuiden, voor de PFAS-kosten NST, voor de bruggen Prinses Margrietkanaal en de Tegenvaller project MOC Kustwacht. Deze middelen worden overgeboekt naar artikel 15. Daarnaast wordt de modaliteitspecifieke reservering voor vaarwegen aangevuld op artikelonderdeel 11.03.
Overboeking naar artikel 12: Prijsstijgingen A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam (– € 15 miljoen)
Dit betreft aanvullende budget voor de projecten A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam, die te maken hebben gehad met excessieve prijsstijgingen. De middelen worden in meerdere tranches uitgekeerd. De middelen worden toegevoegd aan artikelonderdeel 12.04.
Overboeking naar artikel 12: Capaciteit beheer en onderhoud (– € 5,6 miljoen)
In 2023 wordt er € 5,6 miljoen toegevoegd aan de apparaatkosten RWS om de capaciteit op gebied van beheer en onderhoud te verhogen. De middelen worden toegevoegd aan artikelonderdeel 12.06.
Overboeking naar artikel 12: Toevoeging Planstudiebudget voor stikstof (– € 5,9 miljoen)
Dit betreft een toevoeging van middelen aan het Planstudiebudget ter compensatie van extra planstudiekosten als gevolg van stikstofproblematiek. De middelen worden toegevoegd aan artikelonderdeel 12.03.
Overboeking naar HXII voor TVOV (– € 38,4 miljoen)
Het betreft de overboeking naar Hoofdstuk XII voor de bijdrage Transitievangnet OV (TVOV). Deze middelen worden op artikel 16 van Hoofdstuk XII betaald aan de vervoerders.
Tot slot is de som van de overige mutaties gelijk aan circa € 0,2 miljoen.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
12 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
7.286.786 |
– 1.336.459 |
5.950.327 |
Uitgaven |
4.398.627 |
– 1.194.753 |
3.203.874 |
12.01 Exploitatie |
4.621 |
– 486 |
4.135 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
4.621 |
– 486 |
4.135 |
12.02 Onderhoud en vernieuwing |
1.189.979 |
– 176.513 |
1.013.466 |
12.02.01 Onderhoud |
868.266 |
– 93.411 |
774.855 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
868.266 |
– 93.411 |
774.855 |
12.02.04 Vernieuwing |
321.713 |
– 83.102 |
238.611 |
12.03 Ontwikkeling |
1.686.024 |
– 1.097.279 |
588.745 |
12.03.01 Aanleg |
698.867 |
– 288.514 |
410.353 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
21.550 |
1.041 |
22.591 |
12.03.02 Planning en studies |
65.110 |
92.165 |
157.275 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
14.342 |
4.788 |
19.130 |
12.03.03 Optimalisering gebruik |
922.047 |
– 900.930 |
21.117 |
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS |
732.576 |
57.788 |
790.364 |
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN |
785.427 |
21.737 |
807.164 |
12.06.01 Apparaatskosten RWS |
585.922 |
43.312 |
629.234 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
585.922 |
43.312 |
629.234 |
12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten |
199.505 |
– 21.575 |
177.930 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
191.005 |
– 21.575 |
169.430 |
Ontvangsten |
144.340 |
332 |
144.672 |
12.09 Ontvangsten |
144.340 |
332 |
144.672 |
12.09.01 Ontvangsten |
144.340 |
332 |
144.672 |
12.09.02 Tolopgave |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Hoofdwegennet voor 2023 wordt met € 1.336,5 miljoen verlaagd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Overboeking naar artikel 14: Woningbouwmiddelen (– € 1.488,9 miljoen)
Het verplichtingenbudget wordt met € 1.488,9 miljoen verlaagd als gevolg van de overboeking van een deel van de Woningbouwmiddelen van artikel 12.03 naar artikel 14.03. Het gaat voornamelijk om het verplichtingenbudget voor de specifieke uitkering korte termijn maatregelen.
Loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 227,7 miljoen)
Het verplichtingenbudget wordt verhoogd met € 227,7 miljoen als gevolg van de toegekende loon- en prijsbijstelling 2023.
Verplichtingenschuiven Hoofdwegennet (– € 78,7 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering over de diverse jaren te actualiseren. De belangrijkste verplichtingenschuiven op dit artikel zijn: € 7,6 miljoen voor de Vrachtwagenheffing, € 13,4 miljoen op de regeling Schoon en Emissieloos Bouwen, € 10,3 miljoen voor het programma Beter Benutten, € 11,4 miljoen op het programma Duurzame Mobiliteit en een verplichtingenschuif van € 29,8 miljoen om de toegevoegde middelen vanuit het Coalitieakkoord in het juiste ritme te zetten.
Overboeking van artikel 11: Prijsstijgingen A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam (€ 15 miljoen)
Dit betreft aanvullende budget voor de projecten A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam, die te maken hebben gehad met excessieve prijsstijgingen. De middelen worden in meerdere tranches uitgekeerd. De middelen worden overboekt van artikelonderdeel 11.04.
Overboeking van HXII voor werving en selectie RWS (€ 8,3 miljoen)
Het verplichtingenbudget wordt opgehoogd met € 8,3 miljoen als gevolg van de overheveling van budgetten vanuit HXII voor Rijkswaterstaat voor werving en selectie (€ 4,3 miljoen) en voor het invullen van arbeidsplaatsen van de banenafspraak (€ 4 miljoen).
Opdracht Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) (€ 7,4 miljoen)
Dit betreft een verhoging van het verplichtingenbudget voor de opdracht Schoon- en Emissieloos Bouwen aan Rijkswaterstaat in 2023.
Overboeking naar HXII voor project Vernieuwing SAP (– € 6,7 miljoen)
Het verplichtingenbudget wordt verlaagd als gevolg van een overboeking van € 6,7 miljoen naar HXII om het aandeel van Rijkswaterstaat voor het project Vernieuwing SAP te verrekenen.
Overboeking van artikel 11: Toevoeging Planstudiebudget voor stikstof (€ 5,9 miljoen)
Dit betreft een toevoeging van middelen aan het Planstudiebudget ter compensatie van extra planstudiekosten als gevolg van stikstofproblematiek. Dit budget wordt overgeboekt van artikelonderdeel 11.04.
Overboeking van artikel 11: Capaciteit beheer en onderhoud (€ 5,6 miljoen)
In 2023 wordt er € 5,6 miljoen toegevoegd aan de apparaatkosten RWS om de capaciteit op gebied van beheer en onderhoud te verhogen. Dit budget wordt overgeboekt van artikelonderdeel 11.04.
Overboeking van artikel 11: A2 Den Bosch-Deil (€ 4,8 miljoen)
Dit betreft een specifieke uitkering aan de provincie Gelderland en Noord-Brabant voor de Quick Win A2 Deil-Vught.Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de provincies. Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de provincies.Dit budget wordt overgeboekt van artikelonderdeel 11.01.
Uitgaven
12.02 Onderhoud en vernieuwing
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 176,5 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven hoofdwegen (– € 215,5 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Het gaat om € 135,7 miljoen in 2023 voor exploitatie en onderhoud en € 79,8 miljoen voor vernieuwing. De middelen worden naar achteren geschoven om te komen tot een budgettair kader dat aansluit bij de maakbare programmering in 2023.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 57,5 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Brandwerendheid tunnels A16 Rotterdam (– € 17,6 miljoen)
Het budget wordt verlaagd met € 17,6 miljoen als gevolg van een tegenvaller voor het aanbrengen van hittewerende bekleding ten behoeve van brandwerendheid. De aanvullende kosten voor de A16 worden gefinancierd uit de totale reservering Brandwerendheid Tunnels op 12.02.04 en wordt overgeboekt naar het project A16 op 12.04.
Diverse kleinere aanpassingen (€ 0,1 miljoen).
12.03 Ontwikkeling
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 1.097,3 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Overboeking naar artikel 14: Woningbouwmiddelen (– € 943,9 miljoen)
Het budget wordt verlaagd als gevolg van de overboeking van een deel van de Woningbouwmiddelen van artikel 12.03 naar artikel 14.03. Het gaat voornamelijk om de om de middelen voor de specifieke uitkering korte termijn maatregelen.
Kaderruilen 2023 (€ 7 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kaderaanpassing MF 2023 (– € 500 miljoen)
Dit betreft een kaderaanpassing om de uitgavenkaders op het gehele MF in een beheersbaar ritme te krijgen. In 2023 is voor heel het MF € 500 miljoen minder budget benodigd. De middelen worden verschoven naar latere jaren. Daarmee is deze kaderaanpssing meerjarig budgettair neutraal.
Kasschuiven hoofdwegennet (€ 248,1 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Op de projecten binnen dit artikelonderdeel is het budget met € 49,3 miljoen verlaagd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:
– Er wordt op de regeling Schoon en Emissieloos Bouwen € 13,4 miljoen naar achteren geschoven:
– Op het programma Duurzame Mobiliteit wordt € 11,4 miljoen naar latere jaren verschoven;
– Voor Beter Benutten wordt er € 10,3 miljoen naar achteren geschoven;
– Op het project voorbereiding vrachtwagenheffing wordt € 9,4 miljoen naar latere jaren verschoven;
– Overige aanpassingen vinden op verschillende projecten plaats.
Daarnaast wordt er op dit artikelonderdeel € 297,4 miljoen naar 2023 geschoven als gevolg van kasschuiven op andere artikelonderdelen. Om deze kasschuiven budgetneutraal te verwerken, worden de kasschuiven verwerkt op de overprogrammering van artikelonderdeel 12.03.
Loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 79,4 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking van artikel 11: Toevoeging Planstudiebudget voor stikstof (– € 5,9 miljoen)
Dit betreft een toevoeging van middelen aan het Planstudiebudget ter compensatie van extra planstudiekosten als gevolg van stikstofproblematiek. De middelen worden toegevoegd vanuit artikelonderdeel 11.04.
Overboeking van artikel 11: A2 Den Bosch-Deil (€ 4,8 miljoen)
Dit betreft een specifieke uitkering aan de provincie Gelderland en Noord-Brabant voor de Quick Win A2 Deil-Vught.Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de provincies. Vanuit dit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de provincies.Dit budget wordt overgeboekt van artikelonderdeel 11.01.
Diverse kleinere aanpassingen (€ – 1,4 miljoen).
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 57,8 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 25,2 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Brandwerendheid tunnels A16 Rotterdam (€ 17,6 miljoen)
Het budget wordt verhoogd met € 17,6 miljoen als gevolg van een overboeking vanuit artikel 12.02 Onderhoud en vernieuwing voor het aanbrengen van hittewerende bekleding ten behoeve van brandwerendheid. De aanvullende kosten voor de A16 worden gefinancierd uit de totale reservering Brandwerendheid Tunnels op 12.02.04.
Overboeking van artikel 11: Prijsstijgingen A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam (€ 15 miljoen)
Dit betreft aanvullende budget voor de projecten A24 Blankenburg verbinding en A16 Rotterdam, die te maken hebben gehad met excessieve prijsstijgingen. De middelen worden in meerdere tranches uitgekeerd. De middelen worden overboekt van artikelonderdeel 11.04.
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 21,7 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 42,2 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Kasschuiven hoofdwegen (– € 29,9 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Dit betreft een kasschuif om de toegevoegde middelen vanuit het Coalitieakkoord in het juiste ritme te zetten.
Overboeking van HXII voor werving en selectie RWS (€ 8,3 miljoen)
Het budget wordt opgehoogd met € 8,3 miljoen als gevolg van de overheveling van budgetten vanuit HXII voor Rijkswaterstaat voor werving en selectie (€ 4,3 miljoen) en voor het invullen van arbeidsplaatsen van de banenafspraak (€ 4 miljoen).
Overboeking naar HXII voor project Vernieuwing SAP (– € 6,7 miljoen)
Dit betreft een overboeking van € 6,7 miljoen naar HXII om het aandeel van Rijkswaterstaat voor het project Vernieuwing SAP te verrekenen.
Overboeking van artikel 11: Capaciteit beheer en onderhoud (€ 5,6 miljoen)
In 2023 wordt er € 5,6 miljoen toegevoegd aan de apparaatkosten RWS om de capaciteit op gebied van beheer en onderhoud te verhogen. Dit budget wordt overgeboekt van artikelonderdeel 11.04.
Diverse kleinere aanpassingen (€ 2,2 miljoen).
Budgettaire gevolgen van uitvoering
13 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
2.935.937 |
333.171 |
3.269.108 |
Uitgaven |
2.810.931 |
8.703 |
2.819.634 |
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing |
1.972.031 |
131.590 |
2.103.621 |
13.03 Ontwikkeling |
635.035 |
– 133.113 |
501.922 |
13.03.01 Aanleg personenvervoer |
439.950 |
– 122.412 |
317.538 |
13.03.02 Aanleg goederenvervoer |
84.818 |
– 6.624 |
78.194 |
13.03.03 Optimalisering gebruik |
2.705 |
2.500 |
5.205 |
13.03.04 Planning en studies personenvervoer |
82.282 |
– 8.182 |
74.100 |
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer |
25.280 |
1.605 |
26.885 |
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS |
203.865 |
10.226 |
214.091 |
13.07 Rente en aflossing |
|||
Ontvangsten |
276.437 |
4.026 |
280.463 |
13.09 Ontvangsten |
276.437 |
4.026 |
280.463 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel spoorwegen voor 2023 wordt met € 333,2 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Opgave herprioritering spoor (€ 40 miljoen)
Dit betreft de opgave vanuit spoor voor de herprioritering op artikel 13. Er wordt € 35 miljoen toegevoegd aan artikelonderdeel 13.02 om de lagere gebruiksvergoeding te compenseren. Daarnaast wordt € 5 miljoen aan artikelonderdeel 13.03 toegevoegd voor de IC naar Aken.
Verplichtingenschuiven Spoorwegen (€ 99,8 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. De grootste schuif vindt plaats op artikelonderdeel 13.04 om de excessieve prijsstijging op het infraspeed contract te kunnen verplichten (€ 102,2 miljoen).
Prijsbijstelling 2023 (€ 187,9 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Saldo mee- en tegenvallers spoorwegen (€ 6,2 miljoen)
Het verplichtingenbudget voor 2023 wordt verhoogd met € 6,2 miljoen voor de verwerking van het saldo mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma Spoorwegen.
Overboeking van artikel 11: knooppuntontwikkeling OV (€ 5 miljoen)
Voor een incidentele specifieke uitkering voor de gemeente Nijmegen in het kader van knooppunontwikkeling OV is € 5 miljoen overgeboekt van artikelonderdeel 11.03 naar 13.03. Vanuit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de gemeente Nijmegen.
Overboeking naar artikel 17: Baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam (– € 3,6 miljoen)
Het verplichtingenbudget voor 2023 wordt verlaagd met € 3,6 miljoen. De middelen voor baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam wordt vanuit het Programma Spoorcapaciteit 2030 naar PHS Planuitwerking overgeboekt op artikel 17.10.
Overige aanpassingen (€ 2,9 miljoen).
Uitgaven
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 131,6 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Opgave herprioritering spoor (€ 35 miljoen)
Dit betreft de opgave vanuit spoor voor de herprioritering op artikel 13. Er wordt € 35 miljoen toegevoegd aan artikelonderdeel 13.02 om de lagere gebruiksvergoeding te compenseren.
Prijsbijstelling 2023 (€ 96,2 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Diverse kleine aanpassingen (€ 0,4 miljoen).
13.03 Ontwikkeling
De verlaging van de uitgaven van dit artikelonderdeel met € 133,1 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kaderruilen 2023 (– € 64,8 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven spoor (– € 82,2 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Op de projecten schuif in 2023 € 112 miljoen naar achteren. De grootste aanpassingen vinden plaats op:
– Spoorcapaciteit 2030 (– € 57,2 miljoen): er schuift € 57,2 miljoen naar latere jaren naar aanleiding van actuele ramingen van ProRail;
– Grensoverschreidend Spoorvervoer (– € 12,8 miljoen): er schuift € 12,8 miljoen naar latere jaren naar aanleiding van actuele ramingen van ProRail;
– Programma overwegen (– € 11,4 miljoen): er schuift € 11,4 miljoen naar latere jaren naar aanleiding van actuele ramingen van ProRail;
– Diverse kleine verschuivingen op andere projecten.
Daarnaast wordt er op dit artikelonderdeel € 34,9 miljoen naar achteren geschoven als gevolg van kasschuiven op andere artikelonderdelen. Om deze kasschuiven budgetneutraal te verwerken, worden de kasschuiven verwerkt op de overprogrammering van artikelonderdeel 13.03.
Overboeking van artikel 11: knooppuntontwikkeling OV (€ 5 miljoen)
Voor een incidentele specifieke uitkering voor de gemeente Nijmegen in het kader van knooppunontwikkeling OV is € 5 miljoen overgeboekt van artikelonderdeel 11.03 naar 13.03. Vanuit artikelonderdeel wordt de specifieke uitkering overgeboekt naar de gemeente Nijmegen.
Overboeking naar artikel 17: Baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam (– € 3,6 miljoen)
Het verplichtingenbudget voor 2023 wordt verlaagd met € 3,6 miljoen. De middelen voor baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam wordt vanuit het Programma Spoorcapaciteit 2030 naar PHS Planuitwerking overgeboekt op artikel 17.10.
Prijsbijstelling 2023 (€ 5,5 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Saldo mee- en tegenvallers spoorwegen (€ 4 miljoen)
Dit betreft de verwerking van het saldo mee- en tegenvallers binnen het artikelonderdeel 13.03 ontwikkeling.
Opgave herprioritering spoor (€ 5 miljoen)
Er wordt € 5 miljoen aan artikelonderdeel 13.03 toegevoegd voor de IC naar Aken.
Diverse kleine aanpassingen (– € 1,4 miljoen).
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 10,2 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutatie:
Kasschuiven spoor (€ 10,2 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Er is in 2023 € 10,2 miljoen minder nodig aan de hand van de actuele raming.
Ontvangsten
13.09 ontvangsten
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 4 miljoen wordt met name veroorzaakt door het saldo van mee- en tegenvallers.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
14 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
16.269 |
1.495.910 |
1.512.179 |
Uitgaven |
10.436 |
596.722 |
607.158 |
14.01 Regionale infrastructuur |
10.428 |
10.428 |
|
14.01.02 Planning en studies prg reg/lok |
9.774 |
9.774 |
|
14.01.03 Aanleg reg/lok |
654 |
654 |
|
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's |
8 |
596.722 |
596.730 |
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten |
5 |
5 |
|
14.03.02 Regionaal Mobiliteitsprojecten |
2 |
2 |
|
14.03.03 Ruimtelijke economisch programma |
1 |
1 |
|
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur |
596.722 |
596.722 |
|
14.03.05 Mobiliteitspakketen |
|||
Ontvangsten |
42 |
42 |
|
14.09 Ontvangsten |
42 |
42 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's voor 2023 wordt met € 1.495,9 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Overboeking naar artikel 14: Woningbouwmiddelen (– € 1.481,2 miljoen)
Het budget wordt verhoogt op dit artikelonderdeel als gevolg van de overboeking van een deel van de Woningbouwmiddelen van artikel 12.03 naar artikel 14.03. Het gaat voornamelijk om de om de middelen voor de specifieke uitkering korte termijn maatregelen.
Verplichtingenschuif Woningbouwmiddelen (€ 36,6 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. In dit geval om de Woningbouwmiddelen in het juiste ritme te zetten.
Prijsbijstelling 2023 (€ 11,1 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Subsidiebeschikking HOV-net Zuid (– € 33 miljoen)
De subsidiebeschikking HOV-net Zuid-Holland Noord wordt verlaagd. Het beschikbaar gekomen bedrag van deze projecten wordt toegevoegd aan de investeringsruimte in 2026. De verplichtingen worden al in 2023 overgeboekt.
Uitgaven
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 596,7 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven Woningbouwmiddelen (€ 7,9 miljoen)
Dit betreft de kasschuiven op de toewijzing van de prijsindexatie 2022 (nacalculatie) van woningbouwmiddelen en de kas- en verplichtingschuif om de middelen voor de mobiliteitspakketten in 2024 in de juiste ritme te zetten.
Kaderaanpassing Woningbouwmiddelen (– € 350 miljoen)
De Tweede Kamer heeft aangegeven meer tijd nodig te hebben om de regeling voor de specifieke uitkering, in het kader van de Woningbouwmiddelen Korte Termijn, te beoordelen. Hierdoor is de planning om de uitkering te beschikken aan de lokale overheden niet volledig haalbaar in 2023. Er schuift € 350 miljoen met behulp van een kaderaanpassing door naar 2024.
Overboeking Woningbouw middelen (€ 936,2 miljoen)
Dit betreft een overboeking van een deel van de Woningbouw middelen die worden overgeboekt van artikel 12 naar artikel 14 in 2023. Het gaat o.a. om de middelen voor de SPUK mobiliteitspakketten, SPUK bovenplanse infratstructuur en Risico beheersingskosten.
Prijsbijstelling 2023 (€ 2,6 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
15 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
1.266.743 |
76.375 |
1.343.118 |
Uitgaven |
1.373.527 |
1.041 |
1.374.568 |
15.01 Exploitatie |
10.233 |
– 377 |
9.856 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
10.233 |
– 377 |
9.856 |
15.02 Onderhoud en vernieuwing |
542.360 |
– 74.935 |
467.425 |
15.02.01 Onderhoud |
443.167 |
– 18.816 |
424.351 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
438.188 |
– 19.057 |
419.131 |
15.02.04 Vernieuwing |
99.193 |
– 56.119 |
43.074 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
1 |
1 |
|
15.03 Ontwikkeling |
271.228 |
51.999 |
323.227 |
15.03.01 Aanleg |
99.284 |
184.800 |
284.084 |
15.03.02 Planning en studies |
162.110 |
– 132.081 |
30.029 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
7.591 |
367 |
7.958 |
15.03.03 Optimalisering gebruik |
9.834 |
– 720 |
9.114 |
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS |
136.420 |
4.993 |
141.413 |
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN |
413.286 |
19.361 |
432.647 |
15.06.01 Apparaatskosten RWS |
354.543 |
22.103 |
376.646 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
354.543 |
22.103 |
376.646 |
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten |
58.743 |
– 2.742 |
56.001 |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS |
58.743 |
– 2.742 |
56.001 |
Ontvangsten |
48.417 |
40.173 |
88.590 |
15.09 Ontvangsten |
48.417 |
40.173 |
88.590 |
Toelichting
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget van het artikel Hoofdvaarwegennet voor 2023 met € 76,4 miljoen wordt met name veroorzaakt door:
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 99,5 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Bijdragen derden Nieuwe Sluis Terneuzen (€ 43,3 miljoen)
Het budget wordt verhoogd met € 43,3 miljoen naar aanleiding van ontvangsten vanuit Vlaanderen voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen. Deze ontvangsten worden onder 15.09 Ontvangsten nader toegelicht.
Technische correcties verplichtingenbudget (– € 43,2 miljoen)
Dit betreft eenzijdige verplichtingenverlaging die technisch van aard is.
Overboekingen naar Defensie (– € 17,8 miljoen)
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid, ETV Noorden ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Opgave herprioritering vaarwegen (€ 18,4 miljoen)
Het budget voor het project Averijhaven IJmuiden wordt met € 10,1 miljoen opgehoogd in verband met de kosten voor het verwijderen van baggerspecie. Daarnaast is er € 8,3 miljoen toegevoegd aan de reservering Kustwacht ETV.
Verplichtingenschuiven vaarwegen (– € 26,8 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel verplichtingenschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren.
Diverse kleine aanpassingen (€ 3 miljoen).
Uitgaven
15.02 Onderhoud en vernieuwing
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 74,9 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven vaarwegen (– € 95,6 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Het gaat om € 37,3 miljoen in 2023 voor beheer en onderhoud en € 58,3 miljoen voor vervanging en renovatie. De middelen worden naar achteren geschoven om te komen tot een budgettair kader dat aansluit bij de maakbare programmering in 2023.
Bij VenR is er sprake van vertraging bij de projecten Krammersluizen, Demkabocht, onderzoek VenR en verlaging van de kosten bij de projecten VTS (vessel traffic service) Waddenzee en Modernisering Objectenbediening Zeeland (MOBZ).
Loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 24,6 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII wordt overgeheveld naar de investeringsruimte van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte worden de artikelonderdelen verhoogd met de loon- en prijsbijstelling.
Overboekingen naar Defensie (– € 4,1 miljoen)
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid, ETV Noorden ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Diverse kleinere aanpassingen (€ 0,2 miljoen).
15.03 Ontwikkeling
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 52 miljoen wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuiven vaarwegen (€ 122,3 miljoen)
Er zijn op dit artikelonderdeel kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren. Op de projecten schuif in 2023 € 49.5 miljoen naar achteren. De grootste aanpassingen vinden plaats op:
– Reservering Scheepvaartveiligheid Wind op Zee (– € 35,1 miljoen): Deze middelen zijn in 2023 niet benodigd en schuiven door naar 2024 vanwege vertraging in de opdrachtverlening aan RWS.
– Reservering Kornwerderzand (– € 4,5 miljoen): Deze middelen zijn in 2023 niet benodigd en schuiven door naar 2024 vanwege een overwachte vertraging van de uitbetaling van een specifieke uitkering.
Daarnaast wordt er op dit artikelonderdeel € 171,9 miljoen naar 2023 geschoven als gevolg van kasschuiven op andere artikelonderdelen. Om deze kasschuiven budgetneutraal te verwerken, worden de kasschuiven verwerkt op de overprogrammering van artikelonderdeel 15.03.
Kaderruilen 2023 (– € 131,3 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Bijdragen derden Nieuwe Sluis Terneuzen (€ 43,3 miljoen)
Het budget wordt verhoogd met € 43,3 miljoen n.a.v. ontvangsten vanuit Vlaanderen voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen. Deze ontvangsten worden onder 15.09 Ontvangsten nader toegelicht.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 13,5 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII wordt overgeheveld naar de investeringsruimte van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte worden de artikelonderdelen verhoogd met de loon- en prijsbijstelling.
Overboekingen naar Defensie (– € 13,6 miljoen)
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid en ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Opgave herprioritering vaarwegen (€ 18,4 miljoen)
Het budget voor het project Averijhaven IJmuiden wordt met € 10,1 miljoen opgehoogd in verband met de kosten voor het verwijderen van baggerspecie. Daarnaast is er € 8,3 miljoen toegevoegd aan de reservering Kustwacht ETV.
Diverse kleinere aanpassingen (– € 0,6 miljoen).
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 19,4 miljoen wordt met name veroorzaakt door de loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 23 miljoen). Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII wordt overgeheveld naar de investeringsruimte van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte worden de artikelonderdelen verhoogd met de loon- en prijsbijstelling.
15.09 Ontvangsten
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 40,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door de ontvangsten vanuit Vlaanderen voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen (€ 43,3 miljoen). Vlaanderen maakt deze middelen over vanwege onder andere hogere kosten door prijsstijgingen, extra kosten voor de verwijdering van PFAS en extra projectkosten naar aanleiding van Corona-maatregelen.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
17 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
1.172.306 |
356.362 |
1.528.668 |
Uitgaven |
349.833 |
200.595 |
550.428 |
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam |
1.687 |
– 476 |
1.211 |
17.07 ERTMS |
23.718 |
136.629 |
160.347 |
17.07.01 Aanleg ERTMS |
21.581 |
136.629 |
158.210 |
17.07.02 Planning en studies ERTMS |
2.137 |
2.137 |
|
17.08 Zuidasdok |
169.530 |
8.196 |
177.726 |
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer |
154.898 |
56.246 |
211.144 |
17.10.01 Aanleg PHS |
159.338 |
45.226 |
204.564 |
17.10.02 Planning en studies PHS |
– 4.440 |
11.020 |
6.580 |
Ontvangsten |
80.600 |
2.165 |
82.765 |
17.09 Ontvangsten |
80.600 |
2.165 |
82.765 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget van het artikel Megaprojecten Verkeer en Vervoer voor 2023 wordt met € 356,4 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door de volgende mutaties:
Verplichtingenschuif Zuidasdok OV-terminal (€ 218,5 miljoen)
Dit betreft een verplichtingenschuif om de middelen voor de Zuidasdok OV-terminal in het juiste ritme te zetten.
Prijsbijstelling 2023 (€ 135,3 miljoen)
Dit betreft de toegekende en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking Spoorcapaciteit 2030 naar PHS planstudie (€ 3,6 miljoen)
Het verplichtingenbudget voor 2023 wordt verhoogd met € 3,6 miljoen doordat de middelen t.b.v. baanstabiliteit vanuit het Programma Spoorcapaciteit 2030 naar PHS Planuitwerking overgeheveld zijn zodat de studie baanstabiliteit DelftCampus – Schiedam kan worden uitgevoerd binnen de planstudie PHS.
Diverse kleine aanpassingen (– € 1 miljoen).
17.07 ERTMS
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 136,6 miljoen wordt veroorzaakt door de kaderruilen 2023. Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
17.08 Zuidasdok
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 8,2 miljoen wordt veroorzaakt door de toegekende prijsbijstelling van 2023.
17.10 Programma Hoofdfrequent Spoorvervoer
De uitgaven verhoging van dit artikelonderdeel met € 56,2 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kaderruilen 2023 (€ 52,5 miljoen)
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Overboeking van artikel 13: Baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam (€ 3,6 miljoen)
Het budget voor 2023 wordt verhoogd met € 3,6 miljoen. De middelen voor baanstabiliteit Delft Campus-Schiedam wordt vanuit het Programma Spoorcapaciteit 2030 naar PHS Planuitwerking overgeboekt van artikel 13.03.
Prijsbijstelling 2023 (€ 1 miljoen)
Dit betreft de toegekende prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Diverse overige mutaties (€ -0,9 miljoen).
Ontvangsten
De verhoging van dit artikelonderdeel met € 2,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door prijsbijstelling 2023.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
18 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Verplichtingen |
25.268 |
– 21.815 |
3.453 |
Uitgaven |
25.150 |
– 21.815 |
3.335 |
18.06 Externe veiligheid |
3.335 |
3.335 |
|
18.08 Netwerkoverstijgende kosten |
21.815 |
– 21.815 |
|
18.08.03 Afroming Eigen Vermogen Rijkswaterstaat |
|||
Ontvangsten |
310.546 |
310.546 |
|
18.09 Ontvangsten |
19.308 |
19.308 |
|
18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen |
291.238 |
291.238 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 18 overige ontvangsten en uitgaven wordt in 2023 verlaagd met € 21,8 miljoen. De toelichting is weergegeven onder het kopje uitgaven, omdat deze één op één aan elkaar gelijk is.
Uitgaven
18.08 Netwerkoverstijgende kosten
De verlaging van dit artikelonderdeel met € 21,8 miljoen wordt veroorzaakt door de volgende mutaties:
Kasschuif Eigen Vermogen RWS
Bij eerste suppletoire begroting 2023 is het afgeroomde eigen vermogen 2021 doorgeschoven naar 2023 (€ 2,5 miljoen). Bovendien is het surplus eigen vermogen 2022 toegevoegd aan artikel 18.08 (€ 19,3 miljoen). Het totaal van € 21,8 miljoen zal in 2023 niet tot besteding komen. Derhalve worden de middelen doorgeschoven naar 2024.
Budgettaire gevolgen van uitvoering
19 |
(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) |
(2) Mutaties suppletoire begroting Prinsjesdag |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag (3) = (1) + (2) |
---|---|---|---|
Ontvangsten |
8.297.781 |
– 489.697 |
7.808.084 |
19.09 Ten laste van begroting IenW |
8.297.781 |
– 489.697 |
7.808.084 |
Toelichting
De neerwaartse bijstelling van de ontvangsten met € 489,7 miljoen is met name het gevolg van overboekingen naar de beleidsbegroting Hoofdstuk XII, de kaderaanpassing op het MF en overboekingen naar andere ministeries. De overboekingen zijn bij de uitgavenartikelen al nader geduid. De belangrijkste mutaties zijn:
Defensie: ETV Noord en Betonningsvaartuigen 2023 (– € 4,1 miljoen)
De Kustwacht Nederland regelt namens haar opdrachtgever IenW noodsleephulp en betonning op de Noordzee. De betreffende schepen (waaronder ETV Noord) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Deze bijdrage is voor het verschil tussen de structurele bijdrage van IenW en het tarief in 2023 voor deze schepen.
Defensie: ETV Zuid en Midden 2023 (– € 13,6 miljoen)
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid en ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Kaderaanpassing MF 2023 (– € 500 miljoen)
Dit betreft een kaderaanpassing om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen.
Kaderaanpassing Woningbouwmiddelen (– € 350 miljoen)
De Tweede Kamer heeft aangegeven meer tijd nodig te hebben om de regeling voor de specifieke uitkering, in het kader van de Woningbouwmiddelen Korte Termijn, te beoordelen. Hierdoor is de planning om de uitkering te beschikken aan de lokale overheden niet volledig haalbaar in 2023. Er schuift € 350 miljoen met behulp van een kaderaanpassing door naar 2024.
Loon- en Prijsbijstelling 2023 (€ 417 miljoen)
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2023 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking naar HXII (– € 38,3 miljoen)
Het betreft de overboeking uit het MF voor de bijdrage Transitievangnet OV (TVOV).
Diverse overige mutaties (– € 0,7 miljoen).