Ontvangen 24 oktober 2023
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel XXV, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:
1. Het in onderdeel 1 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 0,58.
2. Het in onderdeel 2 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 0,54.
II
Artikel XXV, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:
1. Het in onderdeel 1 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 3,46.
2. Het in onderdeel 2 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 6,91.
III
Artikel XXV, onderdeel C, wordt als volgt gewijzigd:
1. Het in onderdeel 1 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 8,30.
2. Het in onderdeel 2 als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 11,69.
IV
Het in artikel XXV, onderdeel D, als tweede genoemde bedrag wordt verlaagd met € 1,32.
V
In artikel XXV wordt na onderdeel E een onderdeel ingevoegd, luidende:
F
Artikel 35, eerste lid, van de Wet op de accijns wordt als volgt gewijzigd:
1. Het onder b genoemde bedrag per 1.000 stuks wordt verhoogd met 10 euro.
2. Het onder c genoemde bedrag per kilogram wordt verhoogd met 4 euro.
VI
Artikel XXVI wordt als volgt gewijzigd:
1. De bedragen, genoemd in het voorgestelde onderdeel 1 worden telkens verhoogd met 10 euro.
2. De bedragen genoemd in het voorgestelde onderdeel 2 worden telkens verhoogd met 4 euro.
VII
Na artikel XXIX wordt een artikel ingevoegd, luidende:
In het Belastingplan wordt een voorstel gedaan om de accijns op alcohol met 16,3% te verhogen. Deze maatregel zou er toe hebben geleid dat de accijnstarieven in Nederland en in onze buurlanden nog verder uiteen zouden gaan lopen. Met name in grensregio’s zal dit zeer nadelig uitpakken voor de lokale middenstand en de werkgelegenheid die zij bieden. Bij dergelijke prijsverschillen wordt het voor steeds meer consumenten aantrekkelijk om de grens over te gaan voor de aankoop van alcohol. Daarmee zal de beoogde opbrengst van de maatregel in de praktijk waarschijnlijk tegenvallen, terwijl de lokale middenstand wel flink omzet verliest en ondernemers mogelijk hun deuren moeten gaan sluiten. Om deze redenen menen de indieners dat de voorgestelde maatregel te verstrekkend is. Met het voorgestelde amendement wordt daarom deze accijnsstijging nagenoeg gehalveerd.
Met deze aanpassing is een bedrag van 74 miljoen gemoeid. Ter dekking van dit amendement stellen de indieners twee verschillende aanpassingen in het voorliggende Belastingplan voor: een verhoging van het accijnstarief op tabak (48 miljoen), om de dekking ten dele in hetzelfde domein te vinden, en een verhoging van de kansspelbelasting met 1 procentpunt (26 miljoen).
Ten aanzien van de voorgestelde verhoging van de kansspelbelasting merken de indieners het volgende op. De populariteit van online gokken is in de afgelopen periode flink toegenomen. Dit heeft eveneens geleid tot een forse toename van de omzet van online gokbedrijven. Idealiter had de verhoging van de kansspelbelasting enkel toegezien op het zwaarder belasten van online gokken. De kansspelbelasting is op dit moment echter niet gedifferentieerd ten aanzien van verschillende vormen van gokken, waarmee een verhoging nog niet op deze groep kan worden toegespitst.
Middels dit amendement verzoeken de indieners de regering daarom eveneens om deze differentiatie zo snel mogelijk, bij voorkeur per 2025, wel mogelijk te maken. Zodra dat het geval is, kan de aanvullende opbrengst van de verhoging van de kansspelbelasting als gevolg van dit amendement gevonden worden door het zwaarder belasten van online gokbedrijven, in die mate dat de verhoging voor alle andere belastingplichtigen teruggedraaid kan worden.
Erkens Stoffer