Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 maart 2024
Met deze brief stuur ik uw Kamer, mede namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat, mijn reactie op de evaluatie van de Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie (AWTI) over de periode 2019–2022. Conform de Kaderwet adviescolleges is de AWTI zelf verantwoordelijk voor het laten uitvoeren van zijn evaluatie. Op 29 november 2023 heb ik de evaluatie van de AWTI ontvangen, inclusief een reactie van de AWTI op deze evaluatie. De evaluatiecommissie stond onder leiding van prof. dr. Reinhilde Veugelers. Ik dank de commissie voor haar inzet en nuttige inzichten, die goede aanknopingspunten bieden voor de doorontwikkeling van de AWTI. In deze brief ga ik in op het algemene oordeel van de evaluatie en sta ik stil bij de aanbevelingen van de evaluatiecommissie. Ik zend deze brief inclusief bijlagen gelijktijdig aan de voorzitter van de Eerste Kamer.
Evaluatiecommissie positief over AWTI
De evaluatiecommissie is positief over het functioneren van de AWTI. Het bestaansrecht van de AWTI staat volgens de evaluatiecommissie buiten kijf en er is onder de nieuwe leiding van de voorzitter en secretaris-directeur een nieuw elan ontstaan. Volgens de commissie is de AWTI een professionele organisatie, de adviezen worden gewaardeerd en er is meer aandacht voor interactie met diverse belanghebbenden. Gegeven de huidige maatschappelijke uitdagingen is de commissie van mening dat de AWTI strategische keuzes moet maken. Ik onderschrijf de conclusie van de commissie en zie kansen voor de verdere ontwikkeling van de AWTI.
Aanbevelingen van de evaluatiecommissie
De evaluatiecommissie biedt inzichten ten behoeve van de strategische keuzes die de AWTI kan maken. Daartoe komt de commissie tot de onderstaande aanbevelingen:
Aanbeveling 1: verbinden van wetenschappelijke, technologische en innovatie (WTI)-vraagstukken met maatschappelijke, sociale, economische en technologische transities
De evaluatiecommissie beveelt aan om meer ministeries te betrekken en/of uw Kamer te betrekken om tot de juiste relevante adviesaanvragen te komen en om WTI-aspecten te verbinden met meer concrete maatschappelijke, sociale, economische en technologische vraagstukken rond transities. Dit is een waardevolle aanbeveling, omdat de huidige maatschappelijke uitdagingen interdisciplinair zijn en de afzonderlijke beleidsterreinen van de verschillende departementen overstijgen. In de reactie op de evaluatie geeft de AWTI aan zich te gaan richten op zijn adviesrol voor de gehele regering en het parlement. Ik moedig de AWTI aan om deze verbindende rol in het WTI-beleid verder te op te pakken en breder te adviseren dan aan de Ministeries van OCW en EZK.
In het rapport merkt de evaluatiecommissie op dat, in het licht van de grote maatschappelijke transities, de versterking van de aandacht voor de maatschappelijke context vanuit een sociaalwetenschappelijk perspectief van groot belang is. Ik onderschrijf het belang hiervan in het werk van de AWTI.
Aanbeveling 2: versterken gezamenlijke vormgeving met stakeholders
Volgens de evaluatiecommissie kunnen de adviezen van de AWTI verder worden versterkt door het beter betrekken van stakeholders uit het veld. Ik vind dit een waardevolle aanbeveling. Het verbreden en vroeger betrekken van belanghebbenden bij de adviezen van de AWTI heeft meerwaarde voor de kwaliteit en de impact van de adviezen van de AWTI.
Aanbeveling 3: Vertaalslag van analyse naar besluitvorming en implementatie
De evaluatiecommissie nodigt de AWTI uit om te reflecteren op welke wijze de AWTI het best kan bijdragen aan de vertaalslag van analyse naar concrete oplossingen. De inzichten uit deze reflectie kunnen volgens de commissie de AWTI helpen om zijn adviezen zodanig op te stellen dat die beter geïmplementeerd kunnen worden. Ik zie dit als een behulpzame aanbeveling waarmee de AWTI zijn impact op de beleidsvorming verder kan vergroten. De AWTI geeft in zijn aanbiedingsbrief van de evaluatie aan dat adviezen daarmee vaker kunnen schuren met het staand beleid. Deskundig advies verhoogt, ook als dat schuurt, de toegevoegde waarde van een onafhankelijk adviesorgaan als de AWTI. Het is juist de taak van de AWTI als adviescollege om het kabinet, het parlement en andere stakeholders scherp te houden. Daarbij kunnen meer concrete adviezen de impact van de AWTI verder verhogen.
Aanbeveling 4: overweeg af en toe radicaal kritisch te zijn
De evaluatiecommissie daagt de AWTI uit te reflecteren op zijn rol in het systeem en geeft de AWTI de overweging mee om af en toe radicaal en kritisch te zijn en ervoor te zorgen dat ook sociaal-maatschappelijke uitdagingen aan bod komen in zijn adviezen. Ik vind het in dit kader van belang dat de AWTI actief de samenwerking opzoekt met andere adviescolleges, om zo tot integrale adviezen te komen waar actuele maatschappelijke vraagstukken om vragen. Dit heeft de AWTI onlangs gedaan met betrekking tot de coronascenario’s onder coördinatie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.1
Uiteraard blijft de AWTI zelf verantwoordelijk voor de inhoud van zijn adviezen, waarbij zijn onafhankelijke rol voorop staat.
Aanbeveling 5: Europees perspectief meer centraal te stellen
De evaluatiecommissie ziet een rol voor de AWTI weggelegd om te adviseren over de consequenties van het Europees beleid, hoe Nederland daaraan kan bijdragen, er het meeste uit kan halen en een relatie te leggen met regionale of mondiale activiteiten. Omdat wetenschap, technologie en innovatie niet stoppen bij de landsgrenzen, vind ik het van belang dat de AWTI verder kijkt dan Nederland. De AWTI besteedt in zijn adviezen al aandacht aan het Europese perspectief, zoals in het recente advies «Strategisch samenspel».2 De regionale vraagstukken komen in het advies «Samen de lat hoog leggen» reeds aan de orde.3 De AWTI geeft in zijn reactie aan deze aanbeveling te herkennen en zich meer te gaan inzetten op het adviseren over beleidsontwikkelingen in de internationale context. Ik ondersteun deze reactie van de AWTI.
Aanbeveling 6: Geef de AWTI vorm op basis van keuzes naar aanleiding van de evaluatie
De evaluatiecommissie beveelt aan om de AWTI als organisatie vorm te geven op basis van de strategie, naar aanleiding van de bovengenoemde aanbevelingen. De commissie doet daarvoor verschillende interessante suggesties: het samenwerken met andere organisaties en adviesraden, het experimenteren met andere vormen van projectteams, diversiteit en/of mobiliteit van raadsmedewerkers, toevoegen van tijdelijke expert-raadsleden en financiering vanuit andere bronnen.
Ik zie dat de AWTI in de afgelopen jaren meer aandacht heeft besteed aan zijn zichtbaarheid en aan de landing van zijn adviezen in het veld van wetenschap, technologie en innovatie. Ik moedig de AWTI aan om deze lijn vast te houden. Daarnaast nodig ik de AWTI uit, om in afstemming met de betrokken ministeries, aandacht te blijven houden voor de wendbaarheid en de timing van zijn adviezen om zo zijn impact te versterken. Ten slotte vind ik het van belang dat de AWTI de komende jaren stappen gaat zetten in de vertaalslag van analyse naar concrete oplossingen, zoals ook de evaluatiecommissie heeft aanbevolen.
Met inachtneming van het bovenstaande nodig ik de AWTI uit om met verschillende scenario’s en onderbouwde voorstellen te komen, om zo invulling te geven aan de aanbevelingen van de evaluatiecommissie en te komen tot een nieuwe strategie. Daarbij geef ik de AWTI mee om bij de uitwerking hiervan de budgettaire context in acht te nemen.
Aanbeveling 7: Maak keuzes, ben creatief en selectief
De evaluatiecommissie geeft aan dat het in alle gevallen belangrijk is om keuzes te maken, creatief en selectief te zijn en dat dit nodig is om de kwaliteit en relevantie van de adviezen te garanderen. Ik onderschrijf deze aanbeveling.
Tot slot
De evaluatiecommissie concludeert dat de AWTI op een kruispunt staat en is van mening dat de AWTI een voldoende sterke basis heeft voor strategische keuzes die voorzien in een «AWTI 2.0», waarbij de kerneigenschappen van de AWTI als rode draad blijven fungeren: onafhankelijk, WTI-verbindend, beleidsrelevant en van hoge kwaliteit. Ik ga graag met de AWTI in gesprek over de eerder genoemde scenario’s om zo het belang en de effectiviteit van de AWTI voor de wetenschap, technologie en innovatie verder te vergroten.
Mede namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat,
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf