Voorgesteld 19 oktober 2023
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat uit het onderzoek van de commissie-Thodé blijkt dat ongeveer een derde van de inwoners in Caribisch Nederland onder de armoedegrens leeft en er een sociaal minimum noodzakelijk is om de armoede te bestrijden;
overwegende dat het daarnaast van belang is om de sociaaleconomische structuur van Caribisch Nederland te versterken;
overwegende dat de Sociaal Economische Raad (SER) de regering en het parlement onafhankelijk adviseert over sociaaleconomisch beleid in het Europese deel van Nederland;
van mening dat het van belang is ook structurele aandacht te hebben voor het sociaaleconomische beleid ten aanzien van Caribisch Nederland;
verzoekt de regering om bij de SER na te gaan op welke wijze de SER de regering, het parlement en zo mogelijk de eilandsraden in Caribisch Nederland van advies kan voorzien ten aanzien van het sociaaleconomisch beleid in Caribisch Nederland en te onderzoeken of meerwaarde wordt gezien in het instellen van een SER-zetel voor Caribisch Nederland, en de Kamer over de uitkomsten te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kröger