Voorgesteld 5 juni 2024
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat op 18 november 2015 te Valletta een belastingverdrag tot stand is gekomen tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Curaçao, en de Republiek Malta;
verzoekt de regering twee jaar na inwerkingtreding en in samenwerking met Curaçao een evaluatie naar de Kamer te sturen, waarin aandacht wordt besteed aan de ontwikkeling van de economische banden tussen beide landen als gevolg van dit belastingverdrag, waarin tevens wordt ingegaan op in welke economische sectoren deze ontwikkelingen hebben plaatsgevonden en wordt geëvalueerd of het verdrag dan aangepast dient te worden in het licht van nieuwe internationale inzichten rondom belastingontwijking en -ontduiking, alsmede eventuele ongewenste neveneffecten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Idsinga
Van Eijk
White