Vastgesteld 14 oktober 2022
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 3 oktober 2022 voorgelegd aan de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en voor Natuur en Stikstof. Bij brief van 13 oktober 2022 zijn ze door de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en voor Natuur en Stikstof beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie, Geurts
De griffier van de commissie, Jansma
1
Klopt het dat de doelen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) zijn: natuur (incl. stikstof), klimaat en water? Zijn dit de enige doelen, of zijn er ook andere doelen? Zo ja, welke en hoe verhouden die zich tot bovenstaande vaak genoemde doelen?
Antwoord
De hoofddoelen van het Rijk met het NPLG zijn inderdaad kort gezegd: natuur inclusief stikstof, klimaat en water. Dat wil zeggen: het natuurdoel is werken aan het nakomen van de verplichtingen van de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn, het klimaatdoel is het halen van de klimaatdoelen voor landbouw en landgebruik per 2030 en het waterdoel is het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn water per 2027. Deze hoofddoelen zijn vrij abstract en daarom zijn er ondersteunende doelen geformuleerd die bijdragen aan de hoofddoelen. In het geval van natuur bijvoorbeeld, zijn ondersteunende doelen bijvoorbeeld de stikstofdoelen, de uitvoering van de Bossenstrategie en het afmaken van Natuurnetwerk Nederland. Het realiseren van deze rijksdoelen gebeurt via gebiedsprogramma’s die door provincies worden opgesteld na gebiedsprocessen. Natuurlijk spelen er in elke provincie andere opgaven en is het van belang dat de transitie naar een toekomstbestendig landelijk gebied ook een vitaal platteland met een vitale agrarische sector voorstaat. Provincies zijn daarom vrij om ook met hun eigen doelen rekening te houden bij het opstellen van de gebiedsprogramma’s, zolang de nationale doelen gehaald worden. Daarnaast is een belangrijk uitgangspunt van het NPLG dat doelen met elkaar samenhangen en dat zoveel mogelijk maatregelen worden genomen die bijdragen aan het bereiken van alle drie de doelen tegelijk. Andere doelen, bijvoorbeeld op het gebied van leefbaarheid, kunnen op die manier ook dichterbij gebracht worden.
2
Klopt het dat 250 miljoen euro van dit budget wordt gedekt uit het naar voren halen van geld uit de tweede tranche van de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv)? Is dit de 250 miljoen euro die voor de PAS-melders is gereserveerd? Zo nee, waar zal het dan aan uitgegeven worden? Wordt hiermee in feite de uitvoering van de tweede tranche van de Lbv naar voren gehaald? Of worden met dit geld andere maatregelen genomen dan vrijwillige opkoop van veehouderijen en komt er als gevolg dus minder geld beschikbaar voor de Lbv?
Antwoord
Het klopt dat voor de specifieke uitkering legalisatieopgave PAS-meldingen 250 miljoen euro naar voren is gehaald uit de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv). De Lbv is mede bedoeld voor het legaliseren van meldingen. Het budget van het totale structurele pakket blijft met deze verschuiving gelijk. Door middelen naar voren te halen wordt het gerichter en versneld ingezet voor de opgave waar de Lbv al mede voor stond.
Met deze specifieke uitkering stellen we provincies in staat om versneld maatregelen te treffen ten behoeve van de legalisatieopgave en daarbij de ruimte geven om maatwerk te bieden. Het zal naar verwachting voor een deel gaan om beëindiging van bedrijven, maar ook andere maatregelen die ontwikkelruimte creëren voor de PAS-melders zijn mogelijk. We achten het van groot belang dat er zo snel mogelijk duidelijkheid komt voor de PAS-melders. Met deze regeling verwachten we ook op de korte termijn samen met de provincies stappen te blijven zetten in de legalisatieopgave. De middelen die niet worden besteed, of waarvan de besteding niet vaststaat binnen de daarvoor gestelde termijn, vloeien terug naar de Lbv.
3
Kan de regering uitleggen hoe zij middelen uit het Transitiefonds naar voren kan halen zonder dat het Transitiefonds zelf al is ingesteld?
Antwoord
Al hoewel het fonds in formele zin nog niet bestaat, zijn de daarvoor bestemde middelen al wel gereserveerd op de Rijksbegroting. Uitgaven uit deze middelen lopen in 2022 en 2023 nog via de Aanvullende Post bij Financiën. Vanaf 2024 zullen de uitgaven daadwerkelijk vanuit de fondsbegroting plaatsvinden.
4
Kan de regering aangeven wat bij de opzet van de Lbv het doel was van de «stikstofwinst»? Zou deze volledig ten goede komen aan de natuur, of zou dit (na eventuele afroming) ingezet worden voor andere economische activiteiten? Klopt het dat bij besteding van deze 250 miljoen euro aan de PAS-melders de stikstofwinst niet meer (volledig) ten goede komt aan de natuur? Zo ja, hoe gaat de regering dat voor de natuur compenseren? Zo nee, hoe zit het dan?
Antwoord
Het doel van de Lbv is het realiseren van een structurele en blijvende reductie van stikstofdepositie op stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden in Nederland. Dat doel is geborgd met het hele pakket (bron)maatregelen. Daarnaast is het de bedoeling dat de beoogde reductie van stikstofdepositie op overbelast Natura 2000-gebied door de Lbv als onderdeel van het pakket bronmaatregelen van het structurele pakket – ook een bijdrage levert aan de legalisatie van de PAS-meldingen. Deze doelen liggen in het verlengde van elkaar aangezien de meldingen in beginsel hun depositie al veroorzaken, en door de reductiemaatregelen bij het legaliseren van de meldingen dus in feite een daling van de depositie wordt gerealiseerd.
5
Kan de regering uiteenzetten wat de 15 perspectiefmaatregelen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zijn? Wordt hier ook budget voor gereserveerd met deze Incidentele Suppletoire Begroting?
Antwoord
Er wordt met deze ISB geen budget gereserveerd voor maatregelen voor de toekomst van de landbouw uit te voeren door het Ministerie van LNV. Indien in de toekomst landbouwbrief die mijn ambtsvoorganger heeft aangekondigd na de rapportage van dhr Remkes, concrete maatregelen worden opgenomen met een budgettaire consequentie zal uw kamer daar op dat moment over worden geïnformeerd, uiteraard rekening houdend met het budgetrecht.
6
Worden PAS-melders (en de legalisatie daarvan) straks op verschillende manieren door verschillende provincies behandeld? Zo ja, waarom is hiervoor gekozen? Zo nee, komen er dus duidelijke landelijke regels voor de legalisatie van de melders?
Antwoord
Het verstrekken van vergunningen aan PAS-melders wordt door het bevoegd gezag gedaan. De aanpak hiervoor is uiteengezet in het Legalisatieprogramma PAS-melders. Hierbij blijven de voorwaarden voor vergunningverlening gelijk. Het maatwerk dat met de middelen mogelijk wordt gemaakt, kan zorgen voor verschillen tussen provincies in de maatregelen die beschikbaar komen. Dat is ook nodig om de situatie per gebied zo doelmatig als mogelijk op te lossen. Het doel van de extra middelen is om zoveel mogelijk te versnellen. Daar hebben alle PAS-melders baat bij. De extra middelen zorgen er tevens voor dat in provincies waar de landelijke bronmaatregelen minder opleveren, eerder maatregelen beschikbaar kunnen komen zodat de PAS-melders op die locaties ook snel een vergunning kunnen ontvangen.
7
Kunt u uitleggen wat in de Wageningen Economic Research (WEcR)-quickscan bedoeld wordt met de latente emissieruimte van PAS-melders en de vergoeding daarvan? Zijn er PAS-melders met latente ruimte, en zo ja, waarom is die ruimte niet al ingezet voor de legalisatie?
Antwoord
Natuurvergunningen kunnen in zijn algemeenheid latente ruimte bevatten. De oorzaak van latente ruimte verschilt. De quickscan van Wageningen Economic Research (WEcR) heeft de versnellingsvoorstellen van provincies beoordeeld. Daarin geven de auteurs aan dat het niet verstandig is om latente ruimte te vergoeden. Het kabinet vindt dat een logisch advies, aangezien er een risico is van ongeoorloofde staatssteun indien de overheid een vergoeding voor de stikstofruimte geeft. In sommige gevallen kan latente ruimte bij melders zelf benut worden voor legalisatie. De eerste 29 meldingen hebben inmiddels te horen gekregen dat ze legaal zijn op basis van intern salderen. Op basis van extern salderen is het alleen mogelijk om de latente ruimte te benutten voor PAS-melders die voldoet aan de regels uit de jurisprudentie en met inachtneming van beleidsregels voor extern salderen.
8
Wanneer gaat de tweede ronde voor het indienen van versnellingsprojecten van start?
Antwoord
Er is besloten dat er geen tweede ronde komt voor versnellingsvoorstellen vooruitlopend op de gebiedsprogramma’s voor de realisatie van de transitie van het landelijk gebied. De voorstellen van provincies die nu in voorbereiding zijn kunnen meegenomen worden in de gebiedsprogramma’s van juli 2023 en zo aansluiten op de kaders en spelregels die momenteel opgesteld worden.
9
Is het mogelijk voor provincies om met de beschikbaar gestelde middelen voor de legalisatieopgave van de PAS-melders stikstofruimte op te kopen in plaats van het opkopen van hele bedrijven?
Antwoord
Met de beschikbaar gestelde middelen kunnen de provincies maatwerk toepassen bij het treffen van maatregelen zolang dit past binnen de kaders van de regeling. Het zal naar verwachting voor een deel gaan om beëindiging van bedrijven, maar ook andere maatregelen die blijvend stikstof reduceren zijn mogelijk. De regeling wordt op dit moment in overleg met de provincies opgesteld. Voor het mitigeren van de effecten van een vergunning voor een PAS-melders kan extern salderen worden ingezet. Dat wil zeggen dat de een partij onomkeerbaar (een deel van de) activiteiten beëindigt, waarna in dit geval de activiteiten van de PAS-melder kunnen worden vergund, een en ander op basis van de geldende jurisprudentie en beleidsregels.
10
Kunnen provincies de beschikbaar gestelde middelen voor het legalisatieprogramma ook inzetten voor legalisatie van zogenaamde meldingsvrije activiteiten?
Antwoord
De middelen zijn beschikbaar gesteld ten behoeve van het oplossen van de problematiek van de PAS-melders.
11
Wat betekent het verwachtingenmanagement van het Planbureau voor de Leefomgeving bij de opkoopregelingen (PBL, 4 oktober 2022, «Beëindigen van veehouderijen; lessen uit 25 jaar beëindigingsregelingen») en de kritische kanttekeningen daarbij voor de wijze waarop het budget uit het Transitiefonds besteed zal worden?
Antwoord
Het kabinet werkt momenteel aan de Instellingswet en bijhorende afspraken omtrent het Transitiefonds landelijk gebied en natuur1. Het fonds heeft als doel om maatregelen te financieren die bijdragen aan de doelen van het kabinet op het gebied van stikstof, natuur, water en de klimaatopgave voor landbouw en landgebruik. Het is op dit moment te vroeg om aan te geven welke rol de bevindingen van het PBL over de inzet van beëindigingsregelingen en de inzet van middelen hierin gaan spelen. Het kabinet zal daartoe de conclusies en aanbevelingen uit het rapport eerst bestuderen.
12
Komt de regering voor de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit met een reactie op het recente rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving over opkoopregelingen in de veehouderij (PBL, 4 oktober 2022, «Beëindigen van veehouderijen; lessen uit 25 jaar beëindigingsregelingen»)?
Antwoord
Zoals in antwoord op vraag 11 aangegeven zal het kabinet de conclusies en aanbevelingen uit het rapport bestuderen. Het kabinet gaat op dit moment na wat een geschikt moment is om met een reactie op het PBL rapport te komen; dat zal in ieder geval na de begrotingsbehandeling zijn.
13
Kunt u een overzicht geven van de inmiddels ingediende versnellingsvoorstellen?
Antwoord
Het hieronder weergegeven overzicht geeft de ingediende versnellingsvoorstellen van de provinciale uitvraag weer. In totaal betreft dit 90 voorstellen. Hiervan zijn 45 positief beoordeeld en kunnen worden uitgekeerd uit het Transitiefonds. Voor een aantal andere voorstellen is geconstateerd dat deze niet aansloten op de kaders van het TF of niet voldoen aan de criteria van de versnellingsaanpak. De versnellingen moeten in de jaren 2022 en 2023 bijdragen aan de doelen in de integrale gebiedsgerichte aanpak. Bij de beoordeling van de versnellingsvoorstellen van de provincies door het Rijk zijn daarom vier criteria gehanteerd: de maatregelen zijn no-regret; de maatregelen dragen doelmatig, duurzaam bij aan één of meer van de doelen van de aanpak; de maatregelen leiden tot zo min mogelijk lock-in effecten en de maatregelen hebben draagvlak in de regio.
De voorstellen die uit het Transitiefonds gefinancierd kunnen worden zijn dikgedrukt aangegeven.
Na de sluitingsdatum voor het indienen van versnellingsvoorstellen in april 2022 zijn door een aantal provincies voorstellen ingediend voor een eventuele tweede ronde. Die ronde komt er niet maar die voorstellen kunnen onderdeel uitmaken van de maatregelen in het gebiedsprogramma van 1 juli 2023.
Groningen:
1. Pilot meetnet stikstof Lieftinghsbroek
2. Jipsingbourtange
Friesland
3. N2000 Fochteloerveen
4. N2000 gebied Fochteloerveen – overgangsgebied
5. Weidevogelgebied Soarremoarre
6. Gebied in Zuid-Oost Fryslan
7. Weidevogelkerngebied Greidhoeke
8. Van middelenbeleid naar doelenbeleid
9. Versnelling Aldeboarn- De Deelen
10. Witte Reep
11. Enclave Groenewold
12. Nagtegaal, BLM H 564
Drenthe
13. Overgangsgebieden
14. Versnelling landbouw gerelateerde maatregelen
15. Hydrologisch systeemherstel
16. N2000 Drentsche Aa
Samenwerkingverband Noord-Nederland
17. Aanbod Noord Nederlandse stikstofaanpak
18. De route naar een waarde(n)volle landbouw
Overijssel
19. Baarlingerpolder
20. Gebiedsproces landgoed Junne
21. De Borkeld Oost
22. Analyse en realisatie Biogashub Markelo
23. Voorbereiding uitvoeringsplannen / Opstarten en planontwikkeling Gebiedsprocessen in Overijssel
24. Sociaaleconomische impact als uitgangspunt voor een versnellingsmaatregel op wsn gebiedsplan
25. Uitvoering en versnelling transitie Agro&Food Overijssel
26. Borkeld
27. Stoppers voor melders
28. Eerlijk verdienmodel voor de melkveehouderij: Ikwileerlijkezuivel.nl
29. Toekomstperspectief Lattrop Brecklenkamp
30. Salland Loont
31. Twents Reggedal
32. Versnellingsmogelijkheden Natuurmonumenten
33. Ossenzijl
Gelderland
34. Vrijwillige opkoop agrarische bedrijven
35. Innovatie landbouw plus op Gelderse regeling
36. Managementmaatregelen 250 melkveehouders Gelderland
37. Van productiebos naar natuurbos
38. Vergroten en vergoeden landschapselementen in agrarisch gebied
39. Drukfactoren aanpak anders dan stikstof buiten N2000
40. Versnelling lopende GMS gebiedsprocessen
41. Vergoeding Gelderse regeling vrijwillige opkoop kalverhouderijen
42. Versnelling verduurzaming papier en kartonnage Veluwe
43. Toepassing ontwerpprincipes verminderd autogebruik in nieuwbouwprojecten
44. Heerewaarden
45. Beekdal brede herinrichting Gelderse Vallei
46. Plus op Gelderse innovatie regeling industrie NOx en CO2
47. zero emissie innovatie fonds industrie
48. Huissen
49. Vrijwillige opkoop impactvolle bedrijven industrie
Flevoland
50. Praktijkproeven perceelafspoeling
51. Versnelling implementatie verschonende maatregelen melkrundveehouderij in gebiedsproces Flevoland
52. Versnelling aanleg en herstel erfsingels in gebiedsproces
53. versnelling in het legaliseren van 30 PAS-melders
Noord-Holland
54. Integrale aanpak stikstofreductie Rondehoep
55. Programma grondflexibiliteit
Utrecht
56. Programma grond als motor in gebundeld en gecoördineerd herinrichten
57. N2000 Schraallanden langs de Meije/Nieuwkoopse plassen
58. Lek Uiterwaarden (De Horde)
Zuid-Holland
59. Kwaliteitsbaggeren in natuurgebied Veenweiden Krimpenerwaard
60. Omhoog met het veen Krimpenerwaard
61. Voorstel Energieboeren tbv Versnellingsgelden
62. aankoop 2–3 bedrijven tbv NPLG doelen
63. schoon varen op en rondom Nieuwkoopse Plassen en De Haeck
64. Stappen zetten in legalisatie PAS-melders
Zeeland
65. Realiseren drietal walstroomlocaties voor de binnenvaart in het Kanaal door Walcheren
66. Industriële bronmaatregelen Yara toepassen WESP technologie
67. Procesmiddelen voor inhuur benodigde capaciteit en kennis om de opgaven op het gebied van stikstof, natuur, water en klimaat/CO2 integraal op te kunnen pakken
Noord-Brabant
68. Aankoop en afwaardering gebouwen in het kader van grondverwerving buitengebied
69. Stimuleren uitrol stalinnovaties
70. Kennisontwikkeling/onderzoek binnen gebiedsvisie
71. Opschalen BodemUp en BBWP
72. afwaarderen landbouwgrond gericht op extensivering
Limburg
73. Aanleg voedselbossen
74. Aankoop bedrijven/gronden
75. Gebiedsproces glastuinbouw
76. Pilot Nereda Verdygo package plant
77. Geuldal
78. Geuldal
79. Schuitwater
80. Maatwerkgerichte aankoop veehouderij
81. Natuur en bos in overgangs- en verbindingszones en beekdalen
82. KRW doelen Beekherstel en vismigratie
83. Grondbank Limburg: brede beekdalen
84. Pilot verbrede beekdalenontwikkeling Groote Molenbeek – Peelvenen – Mariapeel
85. Biodiversiteitsmonitor
86. plateauontwikkeling/verbreed beekdal Geuldal
87. KRW doelen RWZI’s
88. Aanleg en herstel Landschapselementen
89. Geuldal (Gulpen-Beertsenhoven)
Staatsbosbeheer
90. Procesmiddelen aankoop- en inrichtingsdossiers Staatsbosbeheer voor 2022 en 2023
14
Hoe verhoudt het beschikbaar gestelde budget voor de provinciale uitvraag zich tot het inmiddels aangevraagde budget?
Antwoord
In totaal zijn er 90 voorstellen ingediend met een totaal gevraagd bedrag van ruim 1,3 miljard euro. De voorstellen zijn intern en extern getoetst op onder andere de doelmatig- en doeltreffendheid van de maatregelen. Vanuit het naar voren halen van middelen bestemd voor het Transitiefonds zijn 45 voorstellen positief beoordeeld. Daarvoor is door het kabinet 504 miljoen euro beschikbaar gemaakt.
15
Kan de regering nader toelichten waarop de schatting is gebaseerd dat ongeveer 250 miljoen euro nodig is voor het versneld legaliseren van PAS-melders?
Antwoord
In deze berekening is uitgegaan van de verwachte effecten van de maatregelen uit het structurele pakket en de locatie en omvang van de te legaliseren meldingen. Op basis van inschattingen door onder meer provincies is bepaald dat een bedrag van 250 miljoen euro nodig is om alle meldingen van een oplossing te voorzien.
16
Wat is het totaal beschikbaar gestelde budget voor het realiseren van het legalisatieprogramma voor PAS-knelgevallen?
Antwoord
Ten behoeve van het legalisatieprogramma worden diverse (bron)maatregelen ingezet: de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv), de in voorbereiding zijnde Landelijke beëindigingsregeling veehouderijen (Lbv), de Regeling provinciale aankoop veehouderijen nabij natuurgebieden (Rpav, beter bekend als maatregel gerichte aankoop of MGA) en de in voorbereiding zijnde specifieke uitkering voor de PAS-meldingen. Niet alle effecten van deze maatregelen zijn direct voor de meldingen inzetbaar. Immers kan de ruimte enkel aan de meldingen worden besteed als die niet nodig is voor de natuur. Ook geldt conform de huidige prioritering dat de ruimte uit de Srv en MGA niet nodig mag zijn voor de (clusters) van woningbouwprojecten en zeven MIRT-projecten. Voor deze maatregelen waarvan de effecten dus deels inzetbaar zijn voor de meldingen, is gezamenlijk 1,484 miljard euro beschikbaar.
17
Wat is de stand van zaken met betrekking tot het legaliseren van meldingsvrije activiteiten?
Antwoord
De meldingsvrije activiteiten zijn onderdeel van de wettelijke opgave voor het legalisatieprogramma. Op dit moment wordt de aanpak voor de meldingsvrije activiteiten afgerond. Zodra die gereed is, wordt de aanpak in het legalisatieprogramma en de Regeling natuurbescherming opgenomen.
18
Wordt de 229,2 miljoen euro uit het Transitiefonds die de regering in 2022 wil uitgeven, overgeheveld van de Aanvullende post naar de LNV-begroting? Zo ja, kan de regering het bijbehorende bestedingsplan met de Kamer delen? Zo nee, waar komen deze middelen dan vandaan? FEZ
Antwoord
Ja, de 229,2 miljoen euro wordt overgeheveld van de Aanvullende post naar de LNV-begroting. Voor een uitgebreide onderbouwing van de voorstellen en bedragen verwijs ik u naar de kamerbrief van 15 juli 2022 (Kamerstuk 35 925 XIV, nr. 161).
19
Op welke berekening is het bedrag dat gereserveerd is om PAS-melders te legaliseren op gebaseerd? Kunt u die berekening delen?
Antwoord
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 15 is in deze berekening uitgegaan van de verwachte effecten van de maatregelen uit het structurele pakket en de locatie en omvang van de te legaliseren meldingen. Op basis van inschattingen door onder meer provincies is bepaald dat een bedrag van 250 miljoen euro nodig is om alle meldingen van een oplossing te voorzien.
20
Als het budget voor PAS-melders ontoereikend is, worden er dan middelen verschoven vanuit andere posten om toch alle PAS-melders te kunnen legaliseren?
Antwoord
In het legalisatieprogramma PAS-meldingen staan de bronmaatregelen die nodig zijn om de PAS-meldingen te legaliseren. De aanvullende middelen (250 miljoen euro) zijn bedoeld om provincies in staat te stellen om extra maatwerk te leveren en te versnellen. Mocht blijken dat het budget onverhoopt te weinig is, zal worden bezien op welke manier verder invulling gegeven kan worden aan het versnellen van de legalisatie.
21
Kan de regering uitgebreider dan in het kader «Beleidskeuzes uitgelegd» ingaan op de financiële gevolgen van de versnellingsmaatregelen voor maatschappelijke sectoren?
Antwoord
De specifieke uitkering is opgezet om de provincies op weg naar het gebiedsprogramma van 2024 alvast een steuntje in de rug te bieden door het realiseren van versnellingsvoorstellen. Deze voorstellen moeten al een begin maken bij het realiseren van de doelen die centraal zullen staan in de gebiedsprogramma’s. De financiële effecten van deze versnellingsvoorstellen voor sectoren kunnen nog niet precies worden aangegeven. Er worden verschillende projecten gestart waarbij in het geval van subsidies sprake zal zijn van een eigen bijdrage. Dit is niet precies aan te geven.
22
Waarom is er maar een beperkt deel van de versnellingsvoorstellen beoordeeld? Hoe vindt de beoordeling van de andere voorstellen plaats?
Antwoord
Alle 90 ingediende voorstellen die na de brief van de Minister van 5 april 2022 zijn binnengekomen zijn intern beoordeeld door het Ministerie van LNV. Daarvan zijn er 45 positief beoordeeld voor financiering uit het Transitiefonds. Na deze interne beoordeling is een externe toetsing uitgevoerd door Wageningen Economic Research. Het WEcR-rapport heeft een positief oordeel gegeven over de 45 versnellingsvoorstellen die door het ministerie zijn goedgekeurd.
23
Wordt er rekening gehouden met de sociaaleconomische impact van de versnellingsvoorstellen? Zo ja, hoe?
Antwoord
Ja, er is aan de provincies gevraagd om ook de sociaaleconomische effecten mee te nemen in de onderbouwing van de ingediende voorstellen. Er is in deze fase geen uitgebreide toets op de sociaaleconomische effecten uitgevoerd, onder andere omdat het om versnelde onderdelen gaat van een breder op te stellen programma. Voor de integrale programma’s die in juli 2023 worden opgeleverd wordt dit een sociaal economische analyse gevraagd.
24
WEcR formuleert in de quickscan voor twee clusters maatregelen («legaliseren PAS-melders» en «borgen voorwaarden voor transities»), aandachtspunten die geadresseerd moeten worden voordat tot uitvoering over kan worden gegaan. Heeft de regering deze aandachtspunten geadresseerd? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Het kabinet heeft met interesse kennisgenomen van het rapport. Ten aanzien van het legaliseren van PAS-melders heeft het Rijk de regie en werken we aan de uitvoering van het legalisatieprogramma. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 16 wordt een breed pakket aan bronmaatregelen onder meer ingezet voor het legaliseren van meldingen. De SPUK biedt de mogelijkheid voor provincies om maatwerk toe te passen. Ten aanzien van borgen van voorwaarden voor transities is bij de beoordeling van de voorstellen expliciet gekeken in hoeverre het voorstel past binnen het integrale gebiedsprogramma in wording. Dit punt zal ook in acht genomen worden bij de uitvoering van de maatregelen middels monitoring van de maatregelen.
25
Gaat de regering in kaart brengen wat de totale impact van de gebiedsplannen zijn op de voedselproductie in Nederland?
Antwoord
In de gebiedsplannen moeten provincies rekening houden met het behalen van de doelen op het gebied van natuur, stikstof, water en klimaat. Een sociaaleconomische impactanalyse voor de landbouw moet onderdeel zijn van elk gebiedsplan. Hieruit moet blijken hoe rendabel het perspectief is voor de blijvers (in de verschillende deelsectoren). Ik ga ervan uit dat de provincies er op sturen dat er voldoende voedselproductie mogelijk blijft in Nederland. Uit alle gebiedsplannen samen én de concrete uitvoering daarvan op termijn zal pas blijken wat de macro gevolgen zijn voor de voedselproductie in Nederland.
26
Verwacht de regering alle nog te legaliseren PAS-melders te kunnen legaliseren met het gereserveerde bedrag van 250 miljoen euro?
Antwoord
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 15 is in deze berekening uitgegaan van de verwachte effecten van de maatregelen uit het structurele pakket en de locatie en omvang van de te legaliseren meldingen. Op basis van inschattingen door onder meer provincies is bepaald dat een bedrag van 250 miljoen euro nodig is om alle meldingen van een oplossing te voorzien.
27
Op welke termijn verwacht de regering het legalisatietraject met het gereserveerde bedrag van 250 miljoen euro te kunnen starten?
Antwoord
Op dit moment wordt er al gewerkt aan legalisatie van PAS-melders op basis van vrijgekomen ruimte uit de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv). Voor besteding van de 250 miljoen euro wordt een SPUK-regeling opgesteld. Naar verwachting is deze regeling uiterlijk begin 2023 gereed. Vooruitlopend daarop mogen en zijn provincies alvast aan de slag met het voorbereiden van maatregelen, maar de middelen volgens middels een SPUK.