Gepubliceerd: 22 maart 2023
Indiener(s): Gunay Uslu (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen: cultuur en recreatie media
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36176-32.html
ID: 36176-32

Nr. 32 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 maart 2023

Tijdens de eerste termijn van de behandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product (Kamerstuk 36 176) zijn er vragen gesteld over welke typen producties onder druk staan.

Allereerst wil ik benadrukken dat het hier niet gaat om een criterium. Het «onder druk staan» is een gevolg van het feit dat grote internationale streamingsdiensten op de Nederlandse markt opereren, met grote productie- en marketingbudgetten.

Door deze ontwikkeling kunnen de Nederlandse films, series en documentaires met betrekking tot productiebudget niet voldoende concurreren met deze grote – overwegend Amerikaanse – producties. Dit is door de Raad voor Cultuur geconstateerd in het advies Zicht op zoveel meer.

Het betreft hier genres die complex en kapitaalintensief zijn om te maken. Dit in tegenstelling tot genres als reality tv, het registreren van bijvoorbeeld een cabaretvoorstelling of een spelshow.

Daardoor komt ons nationale aanbod in een neerwaartse spiraal: kijkers zijn gewend aan kwalitatief grote internationale producties en verwachten deze kwaliteit ook van Nederlandse films, series en documentaires. Met de budgetten die producenten nu in dit Nederlandse aanbod kunnen investeren kan die kwaliteit niet voldoende worden geboden. Naast de kwantiteit gaat het dus ook om kwaliteit en zichtbaarheid van het Nederlandse aanbod.

Het is waar dat er al mooie Nederlandse films, series en documentaires worden gemaakt omdat de overheid via het Filmfonds en de publieke omroep al veel investeert in dit aanbod. Maar dat is niet voldoende gezien de enorme internationale druk, en deze druk neemt alleen maar toe.

Die Nederlandse films, series en documentaires worden nu gemaakt met te lage budgetten. En de makers betalen daar de prijs voor: zij werken voor lage salarissen, met lange werkdagen. Ook de bedragen voor de ontwikkeling en de scenario’s zijn nu te laag. Dit is niet langer houdbaar. Dat blijkt ook uit het sectorplan dat alle ketenpartijen uit de AV-sector hebben opgesteld.

Daarom kunnen we ook van de grote streamingsdiensten, die met dit aanbod veel geld verdienen op de Nederlandse markt, vragen om bij te dragen aan Nederlandse films, series en documentaires van zodanige kwaliteit dat de Nederlandse kijker van mooie Nederlandse verhalen kan blijven genieten.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, G. Uslu