Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is de Wet wegvervoer goederen, de Wet personenvervoer 2000 en de Wet op de economische delicten te wijzingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2020/1055, houdende wijziging van Verordening (EG) 1071/2009 inzake de toegang tot het beroep van ondernemer van het vervoer van personen en goederen over de weg en Verordening (EG) 1072/2009 inzake de toegang tot de markt van het internationale goederenvervoer over de weg;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wet wegvervoer goederen wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de alfabetische volgorde worden ingevoegd:
afzender, bedoeld in artikel 1090 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;
expediteur, bedoeld in artikel 60 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;
vervoer als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de richtlijn gecombineerd vervoer;
Richtlijn 92/106/EEG van de Raad van 7 december 1992 houdende vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor bepaalde vormen van gecombineerd vervoer van goederen tussen Lid-Staten (PbEG 1992, L 368);
2. In het onderdeel vervoersmanager wordt «beroepverordening» vervangen door «beroepsverordening».
B
Artikel 2.1, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Na «De beroepsverordening voor het wegvervoer is» wordt ingevoegd «, in afwijking van artikel 1, vierde lid, onderdelen a, a bis en c, van de beroepsverordening voor het wegvervoer,».
2. Na «van meer dan 500 kilogram» wordt toegevoegd «of met een toelaatbare maximummassa van meer dan 2,5 ton».
C
Aan artikel 2.2 wordt een lid toegevoegd, luidende:
8. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan, met inachtneming van de marktverordening voor het wegvervoer, worden bepaald dat artikel 8 van de marktverordening voor het wegvervoer van toepassing is op een in een andere lidstaat gevestigde vervoerder indien:
a. deze vervoerder in het kader van gecombineerd vervoer diensten voor begin- of eindtrajecten over de weg verricht; en
b. die trajecten over de weg een begin- en eindpunt in Nederland hebben.
D
Artikel 2.8 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel c komt te luiden:
c. het ontbreken van een minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordeling en onherroepelijke sanctie jegens de vervoerder, wegens een van de zwaarste inbreuken op de regels van de Unie, die in bijlage IV van de beroepsverordening voor het wegvervoer als zodanig is aangewezen;
b. Onderdeel d komt te luiden:
d. het aantal minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordelingen of onherroepelijke sancties jegens de vervoerder wegens de krachtens artikel 6, lid 2 bis, van de beroepsverordening voor het wegvervoer aangewezen zware inbreuken op de regels van de Unie, overschrijdt niet de krachtens die verordening vastgestelde grenzen;
c. Onder vervanging van de punt door «, en» aan het slot van onderdeel e, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
f. de overlegging door een uitvoerend directeur die belast is met het feitelijk leiding geven aan de vervoerder van een niet ouder dan twee maanden verleende verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens met het oog op de uitoefening van zijn functie.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel c, wordt «wegens een bij de beroepsverordening voor het wegvervoer als zeer ernstig aangewezen inbreuk op communautaire wetgeving» vervangen door «wegens een van de zwaarste inbreuken op de regels van de Unie, die in bijlage IV van de beroepsverordening voor het wegvervoer als zodanig is aangewezen».
b. Onderdeel d komt te luiden:
d. het aantal minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordelingen en onherroepelijke sancties wegens de krachtens de beroepsverordening voor het wegvervoer aangewezen zware inbreuken op de regels van de Unie, overschrijdt niet de daarvoor krachtens artikel 6, lid 2 bis, van die verordening vastgestelde grenzen, en
c. In onderdeel e wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdelen c en d».
3. In het vierde lid wordt na «financiële draagkracht» ingevoegd «, vestiging».
E
Artikel 2.8a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «onderdelen b of c» vervangen door «onderdelen b, c, of d».
2. In het tweede lid wordt «onderdelen b, c of e» vervangen door «onderdelen b, c, d of e».
F
Aan hoofdstuk 2 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Het is voor een vervoerder, een afzender of een expediteur verboden om goederenvervoer over de weg te doen verrichten in strijd met de artikelen 2.2, eerste, derde, vijfde, en achtste lid, en 2.5, indien hij weet of, rekening houdend met alle relevante omstandigheden, had moeten weten, dat dit goederenvervoer wordt verricht in strijd met de voornoemde artikelen.
G
Artikel 3.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het vierde en negende lid vervallen, onder vernummering van het vijfde tot en met achtste lid tot vierde tot en met zevende lid.
2. In het vijfde lid (nieuw) wordt «De NIWO vermeldt» vervangen door «De NIWO stelt».
H
Na artikel 3.2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. De NIWO verklaart een vervoersmanager ongeschikt om leiding te hebben over de vervoeractiviteiten van een vervoerder indien hij niet langer voldoet aan de eis van betrouwbaarheid van de beroepsverordening voor het wegvervoer.
2. Indien een vervoersmanager vanwege het niet voldoen aan de betrouwbaarheidseis, door de NIWO ongeschikt is verklaard om zijn functie uit te oefenen, stelt de NIWO een termijn voor ongeschiktverklaring vast van twee jaar na de datum van ongeschiktverklaring.
3. Een vervoersmanager die vanwege het niet voldoen aan de betrouwbaarheidseis, door de NIWO ongeschikt is verklaard om zijn functie uit te oefenen, is voor de toepassing van de beroepsverordening voor het wegvervoer, de marktverordening voor het wegvervoer en van deze wet gerehabiliteerd:
a. na het verstrijken van de termijn voor ongeschiktverklaring; en
b. nadat opnieuw de examens, bedoeld in de beroepsverordening voor het wegvervoer, met succes zijn afgelegd.
De Wet personenvervoer 2000 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 4, vijfde lid, wordt na «vakbekwaamheid» ingevoegd «, vestiging».
B
Aan artikel 4b, tweede lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:
Onze Minister stelt een termijn voor ongeschiktverklaring vast van twee jaar na de datum van ongeschiktverklaring.
C
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel c komt te luiden:
c. het ontbreken van een minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordeling en onherroepelijke sanctie jegens de vervoerder, wegens een van de zwaarste inbreuken op de regels van de Unie, die in bijlage IV van verordening 1071/2009/EG als zodanig is aangewezen;
b. Onderdeel d komt te luiden:
d. het aantal minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordelingen of onherroepelijke sancties jegens de vervoerder wegens de krachtens artikel 6, lid 2 bis, van verordening 1071/2009/EG aangewezen zware inbreuken op de regels van de Unie, overschrijdt niet de krachtens die verordening vastgestelde grenzen;
c. Na onderdeel e wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van dat onderdeel door «, en», een onderdeel toegevoegd, luidende:
f. de overlegging door een uitvoerend directeur die belast is met het feitelijk leiding geven aan de vervoerder van een niet ouder dan twee maanden verleende verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens met het oog op de uitoefening van de zijn functie.
2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Onderdeel c komt te luiden:
c. het ontbreken van een minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordeling en onherroepelijke sanctie jegens hem, wegens een van de zwaarste inbreuken op de regels van de, die in bijlage IV van verordening 1071/2009/EG als zodanig is aangewezen;
b. Onderdeel d komt te luiden:
d. het aantal minder dan twee jaar oud zijnde onherroepelijke veroordelingen en onherroepelijke sancties jegens hem, wegens de krachtens artikel 6, lid 2 bis, van verordening 1071/2009/EG aangewezen zware inbreuken op de regels van de Unie, overschrijdt niet de daarvoor krachtens die verordening vastgestelde grenzen, en
c. In onderdeel e wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdelen c en d».
D
Artikel 5a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «onderdelen b of c» vervangen door «onderdelen b, c, of d».
2. In het tweede lid wordt «onderdelen b, c of e» vervangen door «onderdelen b, c, d, of e».
E
Artikel 5b, tweede lid, komt te luiden:
2. Een vervoersmanager die vanwege het niet voldoen aan de betrouwbaarheidseis door Onze Minister ongeschikt is verklaard om de leiding te hebben over de vervoeractiviteiten van een vervoerder, is voor de toepassing van verordening 1071/2009/EG en van deze wet gerehabiliteerd:
a. na het verstrijken van de termijn van ongeschiktverklaring; en
b. nadat opnieuw de examens, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van verordening 1071/2009/EG, met succes zijn afgelegd.
De Wet op de economische delicten wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 1, onderdeel 4°, van de Wet op de economische delicten wordt in de zinsnede met betrekking tot de Wet wegvervoer goederen «artikelen 2.2, eerste, derde en vijfde lid» vervangen door «artikelen 2.2, eerste, derde, vijfde en achtste lid» en «2.72.11 en 2.13» vervangen door «2.7, 2.11, 2.13 en 2.14».
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,