Vastgesteld 9 augustus 2022
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 25 mei 2022 voorgelegd aan de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Bij brief van 14 juni 2022 zijn ze door de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie, Tjeerd de Groot
De griffier van de commissie, Rijkers
Vraag 1:
Hoeveel fte wordt uitgetrokken voor werkzaamheden rondom stikstof en/of overige klimaatgerelateerde onderwerpen?
Antwoord:
Het opstellen, actualiseren en uitvoeren van beheerplannen Natura 2000 is een verplichting die voortvloeit uit de wijze waarop Nederland de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn implementeert. Doel van die plannen is om de instandhoudingsdoelen in aangewezen Natura 2000 gebieden te realiseren. Dat is ongeacht de onderliggende oorzaak van het eventueel niet halen van de instandhoudingsdoelen en staat los staat van de ontwikkelingen rondom stikstof. Vanuit RWS is ongeveer 20 fte bezig met het actualiseren, opstellen en uitvoeren van Natura 2000 beheerplannen.
RWS heeft in tientallen MIRT-, Kaderrichtlijn Water- en andere projecten te maken met de effecten van stikstof. Binnen deze projecten besteedt een aantal sleutelfunctionarissen, afhankelijk van de (juridische) fase waarin een project zich bevindt, substantieel tijd aan het onderwerp stikstof. Deze projecten worden daarnaast begeleid door landelijke stikstofexperts vanuit hun specifieke expertise (juridisch, ecologisch, etc.). Dit betreft circa 15 tot 20 fte.
Bij het Ministerie van IenW wordt circa 13 tot 15 fte ingezet ten behoeve van stikstof.
Voor de overige klimaatgerelateerde onderwerpen zijn geen direct beschikbare gegevens voorhanden om uw kamer hierover te informeren. Wel kan worden aangegeven dat via de reguliere SLA opdracht voor RWS 42,5 fte beschikbaar is gesteld om duurzaamheid structureel te implementeren in de werkzaamheden. Vanzelfsprekend wordt binnen het ministerie, zowel binnen beleid als bij ProRail en RWS, gewerkt aan verschillende klimaatgerelateerde onderwerpen, zoals klimaatadaptatie en de klimaatagenda, klimaatneutrale en circulaire infraprojecten, duurzaam inkopen en de klimaatmonitoring van IenW.
Vraag 2:
Hoeveel geld is, uitsplitst per vervoersregio, vervoerder of medeoverheid, uitgekeerd als onderdeel van de beschikbaarheidsvergoeding voor het openbaar vervoer (BVOV)?
Antwoord:
De omvang van de beschikte bedragen beschikbaarheidsvergoeding OV 2021 per (groep van) concessieverleners:
– Rijk (HRN-concessie): € 800 miljoen
– Stadsregio’s MRDH en VRA: € 340 miljoen
– Overige overheden: € 220 miljoen
Vraag 3:
Hoeveel geld heeft het Rijk tot op heden uitgetrokken voor de realisatie van Lelystad Airport?
Antwoord:
In antwoord op Kamervragen van het lid Kröger (GL) (vergaderjaar 2020–2021, nr. 413) over de gemaakte kosten voor Lelystad Airport is op 12 oktober 2020 aangegeven dat vanaf 2009 tot medio 2020 € 28,4 mln. is uitgegeven voor Lelystad Airport door het Rijk. Tot april 2022 is dit bedrag opgelopen tot € 28,8 mln.
Vraag 4:
Wat zijn de maandelijkse en jaarlijkse kosten voor het in stand houden van de luchtverkeersleiding voor groot handelsverkeer (burgerluchtvaart) op Lelystad Airport?
Antwoord:
De maandelijkse kosten hiervoor bedragen € 365.000, oftewel € 4,4 mln. per jaar.