Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 4 juli 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering vanaf 2019 voor Bonaire, Statia en Saba zogenaamde «ijkpunten voor het sociaal minimum» heeft vastgesteld die ver onder de noodzakelijke kosten van levensonderhoud liggen en daarmee ongelijkwaardig zijn aan de normeringen voor het sociaal minimum in het Europese deel van Nederland;
overwegende dat meer dan 40% van de huishoudens op Bonaire, Statia en Saba moet rondkomen van een inkomen dat ver onder de noodzakelijke kosten van levensonderhoud ligt;
constaterende dat de regering voor dit onderscheid tussen Europees Nederland en de bijzondere gemeenten Bonaire, Statia en Saba redenen aanvoert die niet onderbouwd zijn met wetenschappelijk onderzoek;
verzoekt de regering om een onafhankelijk aanvullend onderzoek te starten als onderdeel van de SZW-voortgangsrapportage naar de kosten van een aan Europees Nederland gelijkwaardig sociaal minimum op basis van de noodzakelijke kosten van levensonderhoud op de genoemde eilanden, en de Kamer daarover te informeren voor de begrotingsbehandeling 2023 van het Ministerie van BZK,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Raan
Sylvana Simons