Wetsartikelen 1 tot en met 3
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Aangezien diverse besluiten in deze vierde Incidentele Suppletoire Begroting, bijvoorbeeld het overhevelen van de middelen voor zelftesten of het uitvoeren van de tegemoetkomingsregeling voor studenten in verband met covid-19, niet kunnen wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting worden de middelen die benodigd zijn nu toegevoegd aan de OCW-begroting. De middelen worden nu overgeboekt zodat zo spoedig mogelijk verplichtingen kunnen worden aangegaan voor de regelingen met betrekking tot zeftesten of in het geval van de tegemoetkomingsregeling zo spoedig mogelijk toekenningen kunnen worden gedaan aan studenten.
Normaliter wordt nieuw beleid pas in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze vierde Incidentele Suppletoire Begroting zijn opgenomen kunnen echter niet wachten omdat er moet worden overgegaan tot het verplichten van bedragen voor de regelingen omtrent bijvoorbeeld zelftesten en zo snel mogelijk toekenningen kunnen worden gedaan in de tegemoetkomingsregeling aan studenten. Daarom zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Met het voorgaande wordt gehandeld conform artikel 2.27, tweede lid, van de Comptabiliteitswet. Voor de indiening van deze Incidentele Suppletoire Begroting is uw Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 13 december 2021 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.
Wetsartikel 2
De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.
Wetsartikel 3
Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma
Dit onderdeel van de memorie van toelichting bestaat uit een inhoudelijk deel en een artikelsgewijs deel. Per beleidsartikel wordt een overzicht van de wijzigingen gegeven, inclusief toelichting. Daarbij worden mutaties groter of gelijk aan onderstaande staffel toegelicht:
Omvang begrotingsartikel |
Beleidsmatige mutaties |
Technische mutaties |
---|---|---|
(stand ontwerpbegroting in € miljoen) |
(ondergrens in € miljoen) |
(ondergrens in € miljoen) |
< 50 |
1 |
2 |
=> 50 en < 200 |
2 |
4 |
=> 200 < 1.000 |
5 |
10 |
=> 1.000 |
10 |
20 |
Ventilatie
In de brief van 3 februari 2022 over «Verbetering ventilatie op scholen» (Kamerstukken II 2021/22,..., nr...) is gemeld dat OCW € 20,0 miljoen gaat inzetten voor de verbetering van ventilatie op scholen. Deze middelen komen van de Aanvullende Post, waar € 160,0 miljoen staat gereserveerd voor ventilatie op scholen. Van de € 20,0 miljoen wordt € 17,3 miljoen ingezet voor de aanschaf van continue CO2-meters in elk klaslokaal in het funderdend onderwijs. Daarnaast zal € 2,7 miljoen worden ingezet voor een aanjaagteam. Dit zijn experts die op scholen een analyse uitvoeren op de ventilatiesituatie, het onderwijspersoneel instrueren, een behandelplan opstellen en een uniforme rapportage van de ventilatiesituatie opstellen.
Verlagen Nationaal Programma Onderwijs (NPO) reeks
In het Coalitieakkoord wordt aangegeven dat het budget voor het NPO in 2023 met € 230 miljoen euro wordt verlaagd. Deze middelen worden van Artikel 91 afgeboekt, waar een deel van de NPO reeks stond die nog niet was toebedeeld naar de verschillende artikelen.
Zelftesten
Met betrekking tot het onderwerp zelftesten zijn er op verschillende momenten in 2021 middelen aan de OCW-begroting toegevoegd. Deze middelen staan verspreid op de begroting op Artikel 1, 3, 4, 6 en 7. In 2021 blijft budget over op de verschillende sectoren. Ook in 2022 zal OCW doorgaan met het inzetten van zelftesten in het onderwijs. Daarom worden alle niet uitgeputte middelen op het gebied van zelftesten op de OCW-begroting van 2021 via deze Incidentele Suppletoire Begroting bijgeboekt in 2022. Het gaat om circa € 185 miljoen. Hierdoor ontstaat er voldoende budget in 2022 om het beleid voor zelftesten voort te zetten. Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2022 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).
Nationaal Programma Onderwijs (NPO)
In de brief van 13 december 2022 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142) wordt tevens melding gemaakt van diverse mutaties omtrent het NPO. Via de vierde ISB worden deze mutaties verwerkt in 2022. Het betreft hier bijvoorbeeld een overlopende verplichting in het primair onderwijs (Artikel 1) om het juiste betaalritme voor schooljaar 2021/2022 te bewerkstelligen op de middelen voor de aanvullende bekostiging. Het gaat er dan om dat € 38,7 miljoen wordt uitbetaald in 2022 in plaats van in 2021. Daarnaast geldt ook voor de middelen ter ondersteuning van nieuwkomers dat € 14,5 miljoen in 2022 wordt uitbetaald in plaats van in 2021. Deze middelen worden beschikbaar gesteld op basis van de teldatum 1/11/2021. Hierdoor kon de uitbetaling niet eerder dan in 2022 plaatsvinden.
De grootste overlopende verplichting in het voortgezet onderwijs (Artikel 3) betreft de middelen voor de effectmeting van het hele NPO ter hoogte van € 7,0 miljoen. Als gevolg van een aanpassing in de planning van de effectmeting, moet ook het betaalritme worden aangepast. Dit resulteert in een overlopende verplichting van 2021 naar 2023 op Artikel 3.
In het middelbaar beroepsonderwijs (Artikel 4) gaat het om een overlopende verplichting op het gebied van onderzoek, monitoring en uitvoering bij DUO ter hoogte van € 2,8 miljoen.
Tot slot worden de reeksen voor de specifieke uitkering van het NPO aangepast. De specifieke uitkering NPO is een regeling voor twee schooljaren. Met deze mutatie worden enkel het betaalritme en de bijbehorende verplichtingen goed gezet. Het totale budget blijft hetzelfde.
Examens
Op Artikel 3 is bij de middelen voor de Examens onder het instrument Bekostiging sprake van een overlopende verplichting naar 2022. Drie scholen hadden op 1 juli 2021 de definitieve telling nog niet aangeleverd bij DUO. Conform regeling hebben zij in het najaar 2021 een aanvraag voor aanvullende bekostiging gedaan, nadat de telling ook voor deze scholen is vastgesteld. DUO kan deze pas begin 2022 uitvoeren. Hierdoor wordt € 0,1 miljoen toegevoegd aan de middelen van 2022. Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2021 Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).
Studiefinanciering
In 2020 zijn ondersteuningsmaatregelen genomen om studenten ook tegemoet te komen in verband met covid-19, bestaande uit een tegemoetkoming voor studenten die uit hun beursrecht lopen (het beursrecht deel) en een tegemoetkoming voor studenten die hun diploma vertraagd behalen (het diplomadeel). Studenten die hun diploma haalden voor 1 september 2021 konden oorspronkelijk tot eind december nog tegemoetkoming hiervoor ontvangen, maar een deel van de studenten zal pas in 2022 tegemoetkoming ontvangen vanwege een reparatie van de regeling. Hierdoor zijn er ook nog betaaldata in 2022. Daarom worden de niet bestede middelen ter hoogte van € 40,6 miljoen van 2021 doorgeschoven naar 2022.
Dit is tevens gemeld in de brief van 13 december 2021 Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van OCW (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35 925, nr. 142).
Beleidsartikel 1
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
13.093.371 |
81.456 |
13.174.827 |
2.500 |
0 |
0 |
0 |
Totale uitgaven |
13.932.868 |
77.423 |
14.010.291 |
25.743 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht (%) |
99,89% |
||||||
Bekostiging |
13.107.396 |
46.517 |
13.153.913 |
14.500 |
0 |
0 |
0 |
Bekostiging po-instellingen |
11.978.647 |
9.900 |
11.988.547 |
14.500 |
|||
Bekostiging Caribisch Nederland |
22.346 |
22.346 |
|||||
Prestatiebox |
0 |
0 |
|||||
Aanvullende bekostiging |
155.536 |
155.536 |
|||||
Aanpak lerarentekort G5 |
30.696 |
30.696 |
|||||
Aanvullende bekostiging NP Onderwijs |
920.171 |
36.617 |
956.788 |
||||
Subsidies (regelingen) |
114.585 |
170 |
114.755 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Onderwijsvoorziening jonggehandicapten |
23.724 |
23.724 |
|||||
Nederlands onderwijs buitenland |
13.319 |
170 |
13.489 |
||||
Humanistisch vormend en godsdienstonderwijs |
15.008 |
15.008 |
|||||
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's |
0 |
0 |
|||||
Extra hulp voor de klas |
0 |
0 |
|||||
Overige subsidies |
62.534 |
62.534 |
|||||
Opdrachten |
28.692 |
34.769 |
63.461 |
2.500 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
28.692 |
5.526 |
34.218 |
2.500 |
|||
Zelftesten1 |
0 |
29.243 |
29.243 |
||||
Bijdrage aan agentschappen |
32.246 |
0 |
32.246 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Dienst Uitvoering Onderwijs |
32.246 |
32.246 |
|||||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
7.260 |
0 |
7.260 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Stichting Vervangingsfonds en Particpatiefonds |
4.702 |
4.702 |
|||||
UWV |
2.558 |
2.558 |
|||||
Bijdrage aan medeoverheden |
642.536 |
– 4.033 |
638.503 |
8.743 |
0 |
0 |
0 |
Gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid |
521.212 |
521.212 |
|||||
Caribisch Nederland |
20.394 |
20.394 |
|||||
Scholenprogramma Groningen |
3.000 |
3.000 |
|||||
Nationaal Programma Onderwijs |
97.930 |
– 4.033 |
93.897 |
8.743 |
|||
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken |
153 |
0 |
153 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Brede scholen |
0 |
0 |
|||||
BES(t)4kids |
153 |
153 |
|||||
Ontvangsten |
9.308 |
0 |
9.308 |
0 |
0 |
0 |
0 |
De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftesten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.
Toelichting
Het financieel instrument bekostiging wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 46,5 miljoen. Dit betreft de middelen voor de aanvullende bekostiging voor het Nationaal Programma Onderwijs. In 2021 is dit bedrag afgeboekt en in 2022 weer opgeboekt om het juiste betaalritme te bewerkstelligen. Daarnaast zit hier voor € 9,9 miljoen aan ventilatie middelen die aan po-instellingen worden verstrekt.
Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 verhoogd met € 36,0 miljoen en in 2023 met € 2,5 miljoen. De incidentele stijging in 2022 heeft te maken met de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet. Daarnaast wordt in 2022 een deel van de ventilatie middelen hier opgeboekt.
Het financieel instrument bijdrage aan medeoverheden wordt in 2022 verlaagd met € 4,0 miljoen. In 2023 wordt op ditzelfde instrument € 8,7 miljoen toegevoegd. Dit betreft een boeking om het betaalritme te corrigeren voor de specifieke uitkering op het beleid van het Nationaal Programma Onderwijs.
Beleidsartikel 3
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
9.143.909 |
100.339 |
9.244.248 |
6.500 |
0 |
0 |
0 |
Totale uitgaven |
9.717.271 |
97.760 |
9.815.031 |
12.090 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht (%) |
99,0% |
||||||
Bekostiging |
9.307.829 |
7.474 |
9.315.303 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Bekostiging vo-instellingen |
8.888.003 |
7.474 |
8.895.477 |
||||
Resultaatafhankelijke bekostiging vsv aan vo-instellingen |
18.057 |
18.057 |
|||||
Bekostiging Caribisch Nederland |
17.336 |
17.336 |
|||||
Prestatiebox |
0 |
0 |
|||||
Aanvullende regeling strategisch personeelsbeleid, begeleiding starters en thuiszitters |
109.931 |
109.931 |
|||||
Aanvullende regelingen leerlingendaling1 |
4.540 |
4.540 |
|||||
Aanvullende bekostiging Nationaal Programma Onderwijs |
269.962 |
269.962 |
|||||
Subsidies (regelingen) |
210.679 |
0 |
210.679 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Stichting Kennisnet (basissubsidie) po, vo, mbo |
19.755 |
19.755 |
|||||
Pilots lente- en zomerscholen vo |
9.000 |
9.000 |
|||||
Nieuwe leerweg |
9.825 |
9.825 |
|||||
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's |
0 |
0 |
|||||
Extra hulp voor de klas |
0 |
0 |
|||||
Regeling brede brugklas |
102.000 |
102.000 |
|||||
Overige subsidies |
70.099 |
70.099 |
|||||
Opdrachten |
23.080 |
92.865 |
115.945 |
6.500 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
23.080 |
– 1.000 |
22.080 |
6.500 |
|||
Zelftesten |
0 |
93.865 |
93.865 |
||||
Bijdrage aan agentschappen |
65.086 |
0 |
65.086 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Dienst Uitvoering Onderwijs |
65.086 |
65.086 |
|||||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
47.700 |
0 |
47.700 |
0 |
0 |
0 |
0 |
College voor Toetsen en Examens |
4.767 |
4.767 |
|||||
SLOA: onderwijs ondersteunende instellingen |
42.933 |
42.933 |
|||||
Bijdrage aan medeoverheden |
62.611 |
– 2.579 |
60.032 |
5.590 |
0 |
0 |
0 |
Nationaal Programma Onderwijs |
62.611 |
– 2.579 |
60.032 |
5.590 |
|||
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties |
286 |
0 |
286 |
0 |
0 |
0 |
0 |
GRAZ (ECML) en PISA |
286 |
286 |
|||||
Ontvangsten |
7.391 |
0 |
7.391 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Dit budget is in 2020 ook beschikbaar en maakt onderdeel uit van de regel: «bekostiging vo-instellingen»
Toelichting
Het financieel instrument bekostiging wordt in 2022 verhoogd met € 7,4 miljoen. Dit betreft de ventilatie middelen die aan vo-instellingen worden verstrekt.
Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 verhoogd met € 92,9 miljoen en in 2023 met € 6,5 miljoen. De incidentele stijging in 2022 heeft te maken met de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.
Het financieel instrument bijdrage aan medeoverheden wordt in 2022 verlaagd met € 2,6 miljoen. In 2023 wordt op ditzelfde instrument € 5,6 miljoen toegevoegd. Dit betreft een boeking om het betaalritme te corrigeren voor de specifieke uitkering op het beleid van het Nationaal Programma Onderwijs.
Beleidsartikel 4
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
4.936.743 |
18.194 |
4.954.937 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Totale uitgaven |
5.065.998 |
22.694 |
5.088.692 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht (%) |
99,6% |
||||||
Bekostiging |
4.477.645 |
0 |
4.477.645 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Bekostiging mbo-instellingen |
4.030.302 |
4.030.302 |
|||||
Bekostiging Caribisch Nederland |
8.616 |
8.616 |
|||||
Bekostiging vavo |
69.883 |
69.883 |
|||||
Kwaliteitsafspraken investeringsbudget |
252.785 |
252.785 |
|||||
Kwaliteitsafspraken resultaatafhankelijk budget |
0 |
0 |
|||||
Regionaal Investeringsfonds |
22.345 |
22.345 |
|||||
Salarismix Randstadregio's |
52.664 |
52.664 |
|||||
Tegemoetkoming schoolkosten mbo |
0 |
0 |
|||||
Regionaal Programma |
30.550 |
30.550 |
|||||
Begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid |
10.500 |
10.500 |
|||||
Subsidies (regelingen) |
349.947 |
3.364 |
353.311 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Praktijkleren |
295.358 |
295.358 |
|||||
Leven Lang Ontwikkelen |
6.782 |
6.782 |
|||||
Actieplan Laaggeletterdheid/Tel mee met Taal |
15.283 |
15.283 |
|||||
Loopbaanoriëntatie |
1.809 |
1.809 |
|||||
Vakwedstrijden mbo |
4.191 |
4.191 |
|||||
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's |
0 |
0 |
|||||
Extra hulp voor de klas |
0 |
0 |
|||||
Zelftesten |
0 |
3.364 |
3.364 |
||||
Overige subsidies |
26.524 |
26.524 |
|||||
Opdrachten |
19.016 |
19.330 |
38.346 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
19.016 |
2.800 |
21.816 |
||||
Zelftesten |
0 |
16.530 |
16.530 |
||||
Bijdrage aan agentschappen |
20.989 |
0 |
20.989 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Dienst Uitvoering Onderwijs |
17.439 |
17.439 |
|||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
3.550 |
3.550 |
|||||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
72.938 |
0 |
72.938 |
0 |
0 |
0 |
0 |
College voor Toetsen en Examens |
9.638 |
9.638 |
|||||
Wet SLOA |
1.127 |
1.127 |
|||||
SBB |
62.173 |
62.173 |
|||||
Bijdrage aan medeoverheden |
125.463 |
0 |
125.463 |
0 |
0 |
0 |
0 |
RMC's |
42.703 |
42.703 |
|||||
Educatie |
63.560 |
63.560 |
|||||
Caribisch Nederland |
0 |
0 |
|||||
Regionaal Programma |
19.200 |
19.200 |
|||||
Ontvangsten |
4.000 |
0 |
4.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Toelichting
Het financieel instrument opdrachten wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 19,3 miljoen. Voor subsidies (regelingen) geldt een incidentele verhoging van € 3,4 miljoen. Dit betreft beide voor het overgrote deel de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.
Beleidsartikel 6
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
4.068.668 |
2.899 |
4.071.567 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Totale uitgaven |
4.479.775 |
2.899 |
4.482.674 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht (%) |
100,00% |
||||||
Bekostiging |
4.447.971 |
0 |
4.447.971 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Bekostiging onderwijsdeel1 |
4.036.677 |
4.036.677 |
|||||
Bekostiging ontwerp en ontwikkeling |
89.904 |
89.904 |
|||||
Studievoorschot kwaliteitsafspraken2 |
314.840 |
314.840 |
|||||
Studievoorschotvouchers |
1.228 |
1.228 |
|||||
Bekostiging flexibel hoger onderwijs voor volwassenen |
5.322 |
5.322 |
|||||
Subsidies (regelingen) |
3.340 |
2.899 |
6.239 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Tegemoetkoming 2e lerarenopleiding |
2.556 |
2.556 |
|||||
Zelftesten3 |
0 |
2.899 |
2.899 |
||||
Overige subsidies |
784 |
784 |
|||||
Bijdrage aan agentschappen |
13.443 |
0 |
13.443 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Dienst Uitvoering Onderwijs |
13.443 |
13.443 |
|||||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's |
15.021 |
0 |
15.021 |
0 |
0 |
0 |
0 |
NWO: Praktijkgericht onderzoek4 |
0 |
0 |
|||||
NWO: Promotiebeurs voor leraren |
10.371 |
10.371 |
|||||
Nederland-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) |
4.650 |
4.650 |
|||||
Ontvangsten |
1.213 |
0 |
1.213 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Inclusief de studievoorschotmiddelen voor specifieke stimulering van landelijke prioriteiten (10% van de studievoorschotmiddelen).
De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftesten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.
Toelichting
Het financieel instrument subsidies (regelingen) wordt in 2022 incidenteel verhoogd met € 2,9 miljoen. Dit betreft de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.
Beleidsartikel 7
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
5.993.862 |
36.705 |
6.030.567 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Totale uitgaven |
6.271.242 |
39.104 |
6.310.346 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht (%) |
99,96% |
||||||
Bekostiging |
6.240.270 |
0 |
6.240.270 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Bekostiging onderwijsdeel1 |
3.006.191 |
3.006.191 |
|||||
Bekostiging onderzoeksdeel |
2.284.607 |
2.284.607 |
|||||
Bekostiging ondersteuning geneeskunde onderwijs en onderzoek |
757.944 |
757.944 |
|||||
Studievoorschot kwaliteitsafspraken2 |
191.511 |
191.511 |
|||||
Studievoorschotvouchers |
17 |
17 |
|||||
Profilering en zwaartepuntvorming3 |
0 |
0 |
|||||
Subsidies (regelingen) |
24.928 |
1.531 |
26.459 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Nuffic4 |
14.507 |
14.507 |
|||||
Studiekeuze1234 |
2.616 |
2.616 |
|||||
Vluchteling Studenten UAF4 |
2.511 |
2.511 |
|||||
Studentenwelzijn (Ecio)4 |
794 |
794 |
|||||
Interstedelijk Studentenoverleg (ISO)4 |
271 |
271 |
|||||
Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) 4 |
255 |
255 |
|||||
Open en online onderwijs |
2.008 |
2.008 |
|||||
Zelftesten5 |
0 |
1.531 |
1.531 |
||||
Overige subsidies |
1.966 |
1.966 |
|||||
Opdrachten |
3.153 |
37.573 |
40.726 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
3.153 |
3.153 |
|||||
Zelftesten5 |
0 |
37.573 |
37.573 |
||||
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties |
2.891 |
0 |
2.891 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Europees Universitair Instituut Florence (EUI) |
1.859 |
1.859 |
|||||
United Nations University (UNU) |
1.032 |
1.032 |
|||||
Nuffic, SK123, UAF, H&S, ISO en LSVb4 |
0 |
0 |
|||||
Ontvangsten |
16 |
0 |
16 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Inclusief de studievoorschotmiddelen voor specifieke stimulering van landelijke prioriteiten (10% van de studievoorschotmiddelen
De 2%-middelen profilering en zwaartepuntvorming die conform de kwaliteitsafspraken tot en met 2022 zijn overgeheveld naar het onderwijsdeel van de hoofdbekostiging.
Tot en met 2020 opgenomen onder bijdragen aan (inter)nationale organisaties, vanaf 2021 ondergebracht bij het instrument subsidies omdat dit de basis is op grond waarvan de instellingen worden bekostigd.
De term sneltesten is bij nader inzien aangepast naar zelftesten. Er worden zelftes-ten geleverd aan instellingen. Er bestaan ook sneltesten die geen zelftest zijn.
Toelichting
Op Artikel 7 wordt op het instrument subsidies (regelingen) en op het instrument opdrachten incidenteel totaal € 39,1 miljoen toegevoegd in 2022. Dit betreft de middelen voor zelftesten. De middelen zijn in 2021 niet uitgeput en worden middels deze Incidentele Suppletoire Begroting opgeboekt in 2022 zodat het beleid kan worden voortgezet.
Beleidsartikel 11
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
4.836.822 |
40.617 |
4.877.439 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Totale uitgaven |
4.836.822 |
40.617 |
4.877.439 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
waarvan juridisch verplicht (%) |
100% |
|||||||
Inkomensoverdracht |
1.328.826 |
40.517 |
1.369.343 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Basisbeurs gift (R) |
423.616 |
423.616 |
||||||
Aanvullende beurs gift (R) |
769.726 |
769.726 |
||||||
Reisvoorziening gift (R) |
– 42.705 |
– 42.705 |
||||||
Caribisch Nederland gift (R) |
2.894 |
2.894 |
||||||
Overige uitgaven (R) |
175.295 |
40.517 |
215.812 |
|||||
Leningen |
3.367.673 |
0 |
3.367.673 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Basisbeurs prestatiebeurs (NR) |
– 193.415 |
– 193.415 |
||||||
Aanvullende beurs prestatiebeurs (NR) |
120.024 |
120.024 |
||||||
Reisvoorziening (NR) |
160.180 |
160.180 |
||||||
Rentedragende lening (NR) |
2.972.723 |
2.972.723 |
||||||
Collegegeldkrediet (NR) |
254.231 |
254.231 |
||||||
Leven lang leren krediet (NR) |
25.834 |
25.834 |
||||||
Overige uitgaven (NR) |
28.096 |
28.096 |
||||||
Bijdrage aan agentschappen |
140.323 |
100 |
140.423 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Dienst Uitvoering Onderwijs |
140.323 |
100 |
140.423 |
|||||
Ontvangsten |
1.211.951 |
0 |
1.211.951 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Ontvangsten (R) |
73.432 |
0 |
73.432 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Ontvangen rente (R) |
52.280 |
52.280 |
||||||
Overige ontvangsten (R) |
20.932 |
20.932 |
||||||
Ontvangsten Caribisch Nederland (R) |
220 |
220 |
||||||
Ontvangsten (NR) |
1.138.519 |
0 |
1.138.519 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Terugontvangen lening (NR) |
1.138.519 |
1.138.519 |
Toelichting
Het financieel instrument inkomensoverdracht wordt incidenteel met € 40,5 miljoen verhoogd. Het betreft hier de middelen voor de tegemoetkomingsregeling voor studenten in verband met covid-19. Deze middelen zijn in 2021 niet geheel uitgeput en worden in 2022 gebruikt om de overige betalingen aan studenten uit te keren.
Niet-beleidsartikel 91
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
585.126 |
0 |
585.126 |
– 230.000 |
0 |
0 |
0 |
Uitgaven |
585.126 |
0 |
585.126 |
– 230.000 |
0 |
0 |
0 |
Loonbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan programma |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan apparaat |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Prijsbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan programma |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan apparaat |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Onvoorzien |
585.126 |
0 |
585.126 |
– 230.000 |
0 |
0 |
0 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Toelichting
Het budget onvoorzien wordt in 2023 incidenteel verlaagd met € 230,0 miljoen. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de maatregel uit het Coalitieakkoord.
Niet-beleidsartikel 95
Vastgestelde begroting 2022 (incl. NvW, amendementen en ISB) |
Mutaties 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Stand na 4e Incidentele Suppletoire Begroting |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
Mutatie 2026 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
276.492 |
1.750 |
278.242 |
500 |
0 |
0 |
0 |
Uitgaven |
276.492 |
1.750 |
278.242 |
500 |
0 |
0 |
0 |
Personele uitgaven |
216.309 |
1.750 |
218.059 |
500 |
0 |
0 |
0 |
waarvan eigen personeel |
206.028 |
1.750 |
207.778 |
500 |
|||
waarvan externe inhuur |
6.029 |
6.029 |
|||||
waarvan overige personele uitgaven |
4.252 |
4.252 |
|||||
Materiële uitgaven |
60.183 |
0 |
60.183 |
0 |
0 |
0 |
0 |
waarvan ICT |
10.170 |
10.170 |
|||||
waarvan bijdrage aan SSO's |
21.155 |
21.155 |
|||||
waarvan overige materiële uitgaven |
28.858 |
28.858 |
|||||
Begrotingsreserve schatkistbankieren |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Ontvangsten |
567 |
0 |
567 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Toelichting
De personele uitgaven worden incidenteel verhoogd met € 1,8 miljoen in 2022 en € 0,5 miljoen in 2023. Het betreft hier de uitvoeringskosten voor het Nationaal Programma Onderwijs en de coördinatie van het beleid op de zelftesten in het onderwijs.