Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juni 2022
Bij koninklijke boodschap van 22 november 2021 is het voorstel van wet tot wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met uitbreiding van de tijdelijke regels om de inzet van coronatoegangsbewijzen te verbreden naar personen die arbeid verrichten en bezoekers (Tijdelijke wet verbreding inzet coronatoegangsbewijzen), aangeboden aan uw Kamer (Kamerstuk 35 971, nrs. 1 en 2).
Bij brieven van 4 mei 2022 (Kamerstuk 35 526, nr. 65 en Kamerstuk 25 295, nr. 1839) is uw Kamer geïnformeerd over het voornemen om bovengenoemd wetsvoorstel in te trekken. Aanleiding voor dat voornemen was het ontwerpbesluit, houdende zesde verlenging van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 (Twm), waarin de geldingsduur van de bepalingen die voorzien in een grondslag voor het coronatoegangsbewijs niet is verlengd.
Redengevend voor de intrekking van bovengenoemd wetsvoorstel is inmiddels ook het feit dat de Eerste Kamer op 17 mei 2022 (Handelingen I 2021/22, nr. 28, item 7) het voorstel van de Goedkeuringswet vijfde verlenging geldingsduur Twm heeft verworpen en dientengevolge de Twm per 20 mei 2022 is vervallen.
Daartoe gemachtigd door de Koning trek ik, mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het voorstel van wet hierbij in.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers