Kamerstuk 35927-28

Gewijzigd amendement van de leden Grinwis en Inge van Dijk ter vervanging van nr. 17 over het per 1 januari 2025 laten vervallen van de thuiswerkvergoeding

Dossier: Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2022)

Gepubliceerd: 9 november 2021
Indiener(s): Pieter Grinwis (CU), Inge van Dijk (CDA)
Onderwerpen: belasting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35927-28.html
ID: 35927-28
Origineel: 35927-17

28,0 %
72,0 %

Volt

CU

Fractie Den Haan

PvdA

FVD

JA21

SP

PVV

D66

CDA

GL

SGP

BBB

DENK

BIJ1

PvdD

VVD

Groep Van Haga

Omtzigt


Nr. 28 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN GRINWIS EN INGE VAN DIJK TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 17

Ontvangen 9 november 2021

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Artikel VI, onderdeel D, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef wordt vervangen door:

Artikel 35o wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:.

2. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

2. Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Artikel 31a, tweede lid, onderdeel k, twaalfde lid en dertiende lid, vervallen met ingang van 1 januari 2025.

Toelichting

Met dit amendement wordt een horizonbepaling verbonden aan de in het wetsvoorstel opgenomen gerichte vrijstelling voor het vergoeden van thuiswerkkosten. Op grond hiervan vervalt de gerichte vrijstelling voor de thuiswerkkostenvergoeding per 1 januari 2025. De indieners vinden het een goede ontwikkeling als er in de toekomst meer thuisgewerkt gaat worden dan voor de coronapandemie gebruikelijk was. Zij vinden de fiscale tegemoetkoming sympathiek, maar tegelijk achten zij de toename in complexiteit van het belastingstelsel door de introductie en vormgeving van de gerichte vrijstelling voor een thuiswerkkostenvergoeding problematisch. In de wetenschap dat de werkkostenregeling, inclusief de voorgestelde vrijstelling, in 2023/2024 wordt geëvalueerd, achten de indieners een horizonbepaling op zijn plaats. Op grond van deze evaluatie kan voor 2025 opnieuw de afweging worden gemaakt of een fiscale tegemoetkoming voor thuiswerken nodig en wenselijk blijft, al dan niet in de vorm van een gerichte vrijstelling voor het vergoeden van thuiswerkkosten.

Grinwis Inge van Dijk