Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 mei 2022
Op 19 mei jl. heb ik u schriftelijk aangekondigd terug te komen op het verzoek om informatie van het lid Klaver inzake de aantallen chatberichten en daarover deze week een voortgangsbericht te sturen (Kamerstuk 35 925 III, nr. 29).
De tijdens het debat (Handelingen II 2021/22, nr. 82, debat over sms-berichten op de telefoon van de minister-president) verzochte informatie is op dit moment als zodanig niet direct aanwezig maar kan na onderzoek mogelijk wel beschikbaar komen. Daartoe wordt een zoekslag verricht. Over de uitkomsten bericht ik u nader.
Op 20 mei jl. heeft het Ministerie van Algemene Zaken namens mij de provider verzocht om, gelet op de inlichtingenplicht van bewindspersonen aan de Tweede Kamer, de gevraagde gegevens over metadata van ontvangen en verzonden berichten over het afgelopen half jaar te verstrekken. Op dit verzoek is nog geen antwoord van de provider ontvangen. De gevraagde hoeveelheid gearchiveerde berichten wordt verzameld op basis van de gegevens die hierover beschikbaar zijn bij het Ministerie van Algemene Zaken.
Op dit moment is niet met zekerheid te bepalen wanneer de uitkomsten van de zoekslag beschikbaar zullen komen. Het streven is erop gericht de Kamer zo spoedig mogelijk, als het verloop van de zoekslag het toelaat voor de zomer, te informeren.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zal de gisteren aangenomen moties van de leden Omtzigt (Kamerstuk 35 925 III, nr. 20), Ellian (Kamerstuk 35 925 III, nr. 24) en Van der Graaf (Kamerstuk 35 925 III, nr. 26) en de aangehouden motie van de leden Dassen en Omtzigt (Kamerstuk 35 925 III, nr. 23) van een nadere reactie voorzien.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte