Vastgesteld 19 oktober 2021
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 23 september 2021 voorgelegd aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Bij brief van 15 oktober 2021 zijn ze door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De fungerend voorzitter van de commissie, Agema
De adjunct-griffier van de commissie, Krijger
Vraag 1:
Kunt u uiteenzetten op welke onderdelen van deze incidentele suppletoire begroting u gebruikt maakt van artikel 2.27 Comptabiliteitswet? Indien dit alle onderdelen betreft, kunt u dan nader toelichten waarom alle uitgaven spoedeisend van karakter zijn?
Antwoord:
De 10e incidentele suppletoire begroting betreft enkel het onderdeel testen voor toegang waarvoor een beroep is gedaan op artikel 2.27 Comptabiliteitswet. Naar aanleiding van het OMT-advies waarover ik uw Kamer informeerde in mijn brief van 26 juli jl. (Kamerstuk 25 295, nr. 1388), heeft het Kabinet een aantal beperkende maatregelen opgeheven. Deze verlichting dient gepaard te gaan met een adequaat toegangstestbeleid om uitbraak van het virus tegen te gaan of in voorkomend geval te kunnen monitoren. De Stichting Open Nederland (SON) draagt zorg voor de opbouw en coördinatie voor toegangstesten. Het eerdere contract met de SON eindigde per 31 augustus en er moest een nieuw contract per 1 september jl. worden afgesloten.
Vraag 2:
Wat heeft u afgelopen periode en naar aanleiding van het rapport van de Algemene Rekenkamer over de verantwoording over 2020 geleerd over de inzet van artikel 2.27 Comptabiliteitswet? 1 Bent u terughoudender geworden?
Antwoord:
Aan het rapport van de Algemene Rekenkamer heb ik gevolg gegeven door uw Kamer en ook de Eerste Kamer telkens tijdig te informeren over nieuw beleid. Dit om begrotingsonrechtmatigheden te voorkomen en aansluit bij het informatie- en budgetrecht van het parlement. Dit sluit aan bij artikel 2.27 CW. In dit artikel is ook de mogelijkheid opgenomen, onder het tweede lid, om vooruitlopend op autorisatie vanuit het Rijk verplichtingen aan te kunnen gaan. Dit vraagt evenwel een zorgvuldige afweging. Voor corona speelt echter ook dat niet altijd gewacht kan worden op autorisatie van het parlement, juist omdat de inzet is om het virus te beheersen. Gelet op het budgetrecht wordt uw Kamer hierover, indien mogelijk nog vooruitlopend op het aangaan van een verplichting maar in alle geval zo spoedig mogelijk, geïnformeerd door middel van een incidentele suppletoire begroting.
Vraag 3:
Welke uitgaven binnen deze incidentele suppletoire begroting waren reeds een half jaar geleden voorzien of reeds te verwachten?
Antwoord:
De uitgaven van deze incidentele suppletoire begroting waren een halfjaar geleden nog niet voorzien, juist omdat besluitvorming voor Testen voor Toegang fasegewijs gebeurt, op basis van de ontwikkeling van de epidemiologische situatie en de adviezen van het OMT. Er is in de afgelopen maanden steeds bezien of het nodig en wenselijk was het Testen voor Toegang-systeem in stand te houden. Door deze fasegewijze besluitvorming is het niet mogelijk een raming voor meerdere maanden op te nemen in de begroting.
Vraag 4:
Het betreft hier 118,4 miljoen euro voor de kosten van testen voor toegang in september 2021, hoe hoog zijn de kosten voor de rest van het jaar? In hoeverre is de uitvoerders van testen voor toegang de opdracht meegegeven te zorgen voor een fijnmazig netwerk? Hoe is en wordt invulling gegeven aan testen voor toegang in dunbevolktere regio’s en/of regio’s met specifieke punten qua bereikbaarheid (zoals Zeeuws-Vlaanderen of de Waddeneilanden)?
Antwoord:
Er is in de 10e incidentele suppletoire begroting een raming opgenomen van de verwachtte kosten voor september. In de 11e incidentele suppletoire begroting is voor de uitvoering in oktober 2021 een aanvullend kasbudget van € 82,5 miljoen opgenomen en daar bovenop een verplichtingenbudget van € 630,1 miljoen. Het kasbeslag van de gereserveerde verplichting van € 630,1 miljoen volgt uit het besluit dat is gecommuniceerd op 14 september jl. en zal bij een volgende incidentele suppletoire begroting worden verwerkt. In de huidige opdracht aan Stichting Open Nederland is meegegeven dat een fijnmazig netwerk gerealiseerd dient te worden.
Tot en met 10 oktober bestaat de testcapaciteit voor toegangstesten uit meer dan 120 testlocaties verspreid over het hele land. Hieronder vallen ook zes XL-locaties en nieuwe testlocaties op Vlieland en Schiermonnikoog. Om te zorgen dat iedere Nederlander zich binnen dertig minuten rijden kan laten testen, zijn recent testlocaties in Winterswijk en Oostburg (Zeeland) in gebruik genomen. Vanaf 11 oktober komt de testcapaciteit voor toegang uit een nieuwe Open House, waardoor er per afgenomen test betaald wordt en er geen vaste beschikbaarheidsvergoedingen meer betaald hoeven te worden. Alle testbedrijven in Nederland kunnen zich hierop inschrijven. Bij de eerste inschrijving hebben er 28 partijen ingeschreven, welke tezamen op meer dan 400 locaties verspreid over Nederland testen aanbieden. Inschrijving voor de Open House blijft mogelijk. Testaanbieders kunnen zich 6 oktober, 20 oktober en vervolgens iedere 20e van de maand inschrijven voor de Open House, zolang deze actief is.
Vraag 5:
Wat is momenteel de prijs die per afgenomen test wordt betaald bij het toegangstesten?
Antwoord:
Tot 11 oktober worden de testaanbieders betaald op basis van een vaste vergoeding per dag, per testplek en een variabele vergoeding voor de ingezette capaciteit. Vanaf 11 oktober wordt € 17,61 per afgenomen antigeentest betaald indien de testaanbieder de testkit moet aanschaffen. Momenteel levert de Dienst Testen testkits vanuit de centrale voorraad waardoor er per afgenomen antigeentest € 12,77 betaald zal worden. De aanbieders zullen pas zelf antigeentesten aanschaffen wanneer de centrale voorraad van Dienst Testen uitgeput is.
Vraag 6:
Hoeveel winst maken private aanbieders bij het toegangstesten gemiddeld per afgenomen test?
Antwoord:
De uitvoering van het toegangstesten is belegd bij commerciële testaanbieders die door SON zijn gecontracteerd en op basis van de gestelde testvraag vanuit het ministerie hun testaanbod realiseren. De partijen krijgen betaald middels een tarief dat tot stand is gekomen na een marktverkenning. Dit tarief bestaat uit een vaste component voor de kosten die gemaakt worden om de testcapaciteit te realiseren en in stand te houden en een variabele component dat de feitelijke uitvoering van de testen betreft en met name personeelskosten betreft. De inzet van de testcapaciteit (de variabele kosten) probeert SON zo strak mogelijk op de daadwerkelijke testbehoefte te plannen. De winstmarge zal per testaanbieder verschillen.