Vastgesteld 30 juni 2021
De vaste commissie voor Financiën, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 23 juni 2021 voorgelegd aan de Minister van Financiën. Bij brief van 25 juni 2021 zijn ze door de Staatssecretaris van Financiën beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De fungerend voorzitter van de commissie, Tielen
Adjunct-griffier van de commissie, Freriks
Vraag 1
Hoeveel externen worden ingehuurd voor het bedrag van 18,3 miljoen euro? Waar worden deze ingehuurd?
Vraag 3
Kunt u uitleggen hoeveel fte er wordt ingehuurd voor de 102 miljoen euro die aan externen wordt uitgegeven, wat hun gemiddelde uurtarief is en of zij onder de WNT-norm zitten?
Antwoord op vraag 1 en 3
Met het toevoegen van de € 18,3 mln. worden er in totaal voor ca. € 102 mln. ca. 600 externen (incl. uitzendkrachten) ingehuurd door Toeslagen. De toevoeging van € 18,3 miljoen op basis van deze ISB heeft louter betrekking op de herstelorganisatie. Hiermee komt het totaal voor externe inhuur op € 102 miljoen. Dit betreft externe inhuur voor zowel de reguliere Toeslagen organisatie als UHT (waaronder personele ondersteuning bij de UHT-commissies). Deze externen worden ingehuurd bij partijen die de aanbesteding van het raamcontract hebben gewonnen. De inhuur is afhankelijk van beschikbaarheid en geschiktheid bij deze contractpartijen. Hierin zijn allerlei functies opgenomen: administratieve ondersteuning, staffuncties, beleidsadviseurs, persoonlijk zaakbehandelaren en managementfuncties.
Deze externe inhuur is om meerdere reden noodzakelijk. Enerzijds is er behoefte aan specifieke kennis, expertise en ondersteuning die gezien de hoge nood en beperkte interne capaciteit extern gezocht moest en moet worden. De externe onderzoeken en doorlichtingen van UHT zijn daar een goed voorbeeld van. Anderzijds wordt de herstelactie per definitie gekenmerkt door tijdelijke werkzaamheden. Alle gedupeerden zijn op een gegeven moment geholpen. Hierdoor is vast eigen personeel aantrekken niet altijd de beste keuze.
Het jaartarief voor externe inhuur bedraagt bij Toeslagen gemiddeld circa € 140.000 exclusief BTW en overhead. Het gemiddelde uurtarief van een externe bedraagt daarmee € 100 per uur exclusief BTW en overhead. Het gemiddelde uurtarief voor de inhuur van externen blijft daarmee onder de WNT-norm voor externe (top)functionarissen van € 199 per uur.
Vraag 2
In welke begroting/Incidentele suppletoire begroting is het bedrag van 283,6 miljoen euro (het cumulatieve bedrag voor kwijtschelding private schulden) opgenomen?
Antwoord op vraag 2
In de voorliggende, vierde incidentele suppletoire begroting van het Ministerie van Financiën, wordt additioneel cumulatief € 283,6 mln. (€ 69,4 mln. in 2021 en € 214,2 mln. in 2022) voor de kwijtschelding van private schulden beschikbaar gesteld. In de derde incidentele suppletoire begroting van Financiën is reeds € 55,8 mln. beschikbaar gesteld voor de kwijtschelding van private schulden van Toeslagengedupeerden in WSNP-/MSNP-trajecten. Dit maakt dat er in totaal cumulatief € 339,4 mln. beschikbaar is voor de kwijtschelding van private schulden. Dit budget kan in de budgettaire tabel van artikel 13 Toeslagen gevonden worden onder Kwijtschelden private schulden (€ 125,2 mln. in 2021 en € 214,2 mln. in 2022).
Vraag 4
Afgerond wordt er 98 miljoen euro extra uitgegeven aan eigen personeel; om hoeveel fte aan gaat het? Wat zijn de kosten per gewerkt uur?
Antwoord op vraag 4
De totaal geraamde uitgaven aan eigen personeel bij Toeslagen (Toeslagen regulier en UHT) bedragen 98 mln. euro voor 2021. Dit correspondeert met ca. 1.550 fte. Dit komt overeen met een middelloonsom van ruim € 64.000 per medewerker, exclusief overhead. Een groot aandeel van de functies die vallen onder eigen personeel betreft functies in de uitvoering, terwijl voor hoger gekwalificeerde functies tijdelijke externe inhuur benodigd is. Dit maakt de middelloonsom van intern personeel slecht vergelijkbaar met het gemiddelde jaartarief van externen.