Wetsartikelen 1 tot en met 3
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in:
de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.
Op 8 april 2021 is de tweede incidentele suppletoire begroting inzake kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden naar de Tweede Kamer verzonden. Op 20 april 2021 is de derde incidentele suppletoire begroting inzake de kwijtschelding private schulden Toeslagengedupeerden in WSNP/MSNP-trajecten naar de Tweede Kamer verzonden. Op 31 mei 2021 is de eerste suppletoire begroting van Financiën (IX) naar de Tweede Kamer verzonden. De behandeling in de Staten-Generaal van deze begrotingswetsvoorstellen heeft nog niet plaatsgevonden. Om deze reden is de in de begrotingsstaat opgenomen stand nog niet door de beide Kamers bekrachtigd. Vanwege de snelle opeenvolging van begrotingswetsvoorstellen en om het informatie- en budgetrecht van de Staten-Generaal te waarborgen, bevatten de kolommen «Vastgestelde Begroting» en «Stand na suppletoire begrotingen 2021 (inclusief ISB's)» zowel de vastgestelde stand bij ontwerpbegroting 2021 en de eerste incidentele suppletoire begroting, als de mutaties die bij de tweede en derde incidentele suppletoire begroting en de eerste suppletoire begroting zijn opgenomen.
Normaliter wordt nieuw beleid pas in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet hebben geautoriseerd. In dit geval acht ik het wenselijk en in het belang van het Rijk om – vooruitlopend op formele autorisatie door beide Kamers – uitvoering te geven aan het besluit tot het kwijtschelden van private schulden. Over de beleidsmatige inhoud van deze incidentele suppletoire begroting en de afwegingen ten aanzien van de noodzaak tot spoedig handelen zijn de Staten-Generaal geïnformeerd in de zevende Voortgangsrapportage KOT en de daarbij horende Kamerbrief. Met het voorgaande wordt gehandeld conform artikel 2.27, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016.
Wetsartikel 3
Dit artikel regelt de inwerkingtreding van de wet.
De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra
De voorliggende incidentele suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de begroting 2021 van het Ministerie van Financiën (IXB).
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen |
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) |
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
---|---|---|
< 50 |
1 |
2 |
=> 50 en < 200 |
2 |
4 |
=> 200 < 1.000 |
5 |
10 |
=> 1.000 |
10 |
20 |
Stand na suppletoire begrotingen 2021 (inclusief ISB's) |
Mutatie 4e ISB 2021 |
Stand na 4e ISB 2021 |
Mutatie 2022 |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen |
1.004.215 |
99.000 |
1.103.215 |
270.600 |
37.000 |
0 |
0 |
Uitgaven (1) + (2) |
1.004.215 |
99.000 |
1.103.215 |
270.600 |
37.000 |
0 |
0 |
(1) Apparaatsuitgaven |
184.652 |
19.000 |
203.652 |
37.000 |
37.000 |
0 |
0 |
Personele uitgaven |
180.936 |
18.300 |
199.236 |
36.300 |
36.300 |
0 |
0 |
Eigen personeel |
97.618 |
0 |
97.618 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Inhuur externen |
83.318 |
18.300 |
101.618 |
36.300 |
36.300 |
0 |
0 |
Materiële uitgaven |
3.716 |
700 |
4.416 |
700 |
700 |
0 |
0 |
Overige materiële uitgaven |
3.716 |
700 |
4.416 |
700 |
700 |
0 |
0 |
(2) Programma-uitgaven |
819.563 |
80.000 |
899.563 |
233.600 |
0 |
0 |
0 |
waarvan juridisch verplicht |
100% |
100% |
100% |
||||
Bijdragen aan ZBO's en RWT's |
100 |
0 |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Overige bijdrage ZBO's/RWT's |
100 |
0 |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
25 |
10.600 |
10.625 |
19.400 |
0 |
0 |
0 |
ICT opdrachten |
25 |
0 |
25 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Overige opdrachten |
0 |
10.600 |
10.600 |
19.400 |
0 |
0 |
0 |
Bijdrage aan medeoverheden |
1.695 |
0 |
1.695 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Bijdrage aan medeoverheden |
1.695 |
0 |
1.695 |
0 |
0 |
0 |
0 |
(Schade)vergoedingen |
817.743 |
69.400 |
887.143 |
214.200 |
0 |
0 |
0 |
Compensatie toeslagengedupeerden |
817.743 |
– 55.800 |
761.943 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Kwijtschelden private schulden |
0 |
125.200 |
125.200 |
214.200 |
0 |
0 |
0 |
Ontvangsten |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Toelichting
Verplichtingen en Uitgaven (+ 99 mln.)
Apparaat
Inhuur externen (+ € 18,3 mln.)
Sinds februari 2021 is het aantal verzoeken aan en beroepen op de Commissie Werkelijke Schade en de Bezwaarschriftenadvies Commissie (beiden Toeslagenherstel) sterk toegenomen. Daarom vindt opschaling plaats van de personele ondersteuning van deze commissies. Op deze wijze kunnen beide commissies verzoeken en bezwaren sneller beoordelen, waardoor gedupeerden sneller volledig geholpen zijn.
Programma
Opdrachten (+ € 10,6 mln.)
Het uitvoeringsontwerp van de brede private schuldenoplossing wordt op het moment van indienen van deze begrotingswet afgerond. Naar alle waarschijnlijkheid zal deze regeling voor een belangrijk deel worden uitgevoerd door een aantal maatschappelijke derde partijen. Het Ministerie van Financiën is voornemens de hiermee gemoeide uitvoeringskosten, inclusief de uitvoeringslasten van bewindsvoerders van Toeslagengedupeerden in de WSNP/MSNP-trajecten, te compenseren. Middels deze begrotingswet worden alle middelen ter compensatie van dergelijke uitvoeringslasten voor de totale private schuldenoplossing onder het juiste subartikelonderdeel (Overige opdrachten) ondergebracht. In totaal is hiervoor meerjarig € 30 mln. beschikbaar gesteld.
(Schade)vergoedingen (+ € 69,4 mln.)
Ten behoeve van de voorgenomen kwijtschelding van private schulden van toeslagengedupeerden wordt additioneel cumulatief € 283,6 mln. beschikbaar gesteld. In totaal is voor de compensatie van private schulden nu € 339,4 mln. beschikbaar gesteld. Bij de derde ISB inzake Kwijtschelding private schulden Toeslagengedupeerden in WSNP/MSNP-trajecten is voor de compensatie van WSNP- en MSNP-schulden namelijk reeds € 55,8 mln. beschikbaar gesteld. Om de overzichtelijkheid van de middelen te vergroten wordt dit bedrag in de voorliggende ISB afgeboekt van het subartikelonderdeel Compensatie toeslagengedupeerden en toegevoegd aan het nieuwe subartikelonderdeel Kwijtschelden private schulden en het subartikelonderdeel Overige opdrachten.