Kamerstuk 35825-20

Stand van zaken uitvoering motie van de leden Van Vroonhoven en Diederik van Dijk over het wetsvoorstel Wijziging vermelding geslacht in geboorteakte binnen een maand intrekken (Kamerstuk 33836-91)

Dossier: Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het veranderen van de voorwaarden voor wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte

Gepubliceerd: 26 april 2024
Indiener(s): Robbert Dijkgraaf (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66), Franc Weerwind (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (D66)
Onderwerpen: bestuur gemeenten
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35825-20.html
ID: 35825-20

Nr. 20 BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR RECHTSBESCHERMING EN VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 april 2024

Op 23 april jl. nam uw Kamer de motie Van Vroonhoven en Diederik van Dijk aan. Uw Kamer verzoekt met deze motie de regering het wetsvoorstel strekkende tot Wijziging vermelding geslacht in geboorteakte (Kamerstuk 35 825, hierna: het wetsvoorstel) binnen een maand in te trekken (Kamerstuk 33 836, nr. 91).

Het wetsvoorstel vereenvoudigt de bestaande procedure voor het wijzigen van de geslachtsvermelding in de geboorteakte. Het verlaagt de drempel voor transgender personen om zichzelf te kunnen zijn. Emancipatie en zorgvuldigheid gaan daarbij hand in hand. Het wetsvoorstel is op 3 mei 2021 bij uw Kamer aanhangig gemaakt.

Om verschillende redenen is de behandeling van dit wetsvoorstel door uw Kamer nog niet afgerond. Na de schriftelijke behandeling van het voorstel is een begin gemaakt met de plenaire behandeling op 27 en 28 september 2022. Op dat moment bleek dat over het wetsvoorstel nog veel vragen leefden in uw Kamer. Voor de beantwoording hiervan moest dan ook naar een later moment worden uitgeweken. Uw Kamer heeft de voortzetting van het plenaire debat vervolgens niet meer geagendeerd voor de val van het kabinet op 7 juli 2023. Op 12 september 2023 verklaarde uw Kamer het wetsvoorstel vervolgens controversieel (Kamerstuk 36 408, nr. 16). Dit heeft ertoe geleid dat de Minister voor Rechtsbescherming de in uw Kamer levende vragen over het wetsvoorstel nog niet namens het kabinet heeft kunnen beantwoorden.

Het kabinet heeft de uitvoering van de motie vandaag in de ministerraad besproken. Het staat iedereen in de Kamer vrij om voor of tegen dit wetsvoorstel te zijn. Uitgangspunt is een zorgvuldige behandeling, waarin in ieder geval het kabinet ook antwoord heeft kunnen geven op de door leden van uw Kamer gestelde vragen en deze leden zich hierover vervolgens hebben kunnen uitlaten. Een vrije uitwisseling van ideeën, waarbij de stemmen van zowel voor- als tegenstanders worden gehoord, behoort tot de kern van het parlementaire debat over wetgeving in onze democratie.

Er wordt nu een stap van het kabinet verlangd die hier tegen ingaat en die stap willen wij niet zetten. Daarbij nemen wij in ogenschouw dat het wetsvoorstel tot doel heeft de rechten van een groep mensen die zich in een kwetsbare positie bevindt in onze samenleving beter te beschermen. Ook dit pleit voor een zorgvuldig debat. Wij zullen de motie daarom niet uitvoeren.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf