Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de voorwaarden voor wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte te veranderen, en dat daartoe met name afdeling 13 van titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek dient te worden gewijzigd;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 20, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De zinsnede « na een aangifte als bedoeld in artikel 28» vervalt.
2. Na «of van de geslachtsnaam, » wordt ingevoegd «een last tot wijziging van de vermelding van het geslacht,».
B
In artikel 20f wordt na het tweede lid een nieuw lid toegevoegd, luidende:
3. De ambtenaar van de burgerlijke stand die een latere vermelding van de wijziging van de vermelding van het geslacht en de eventuele in dat verband uitgebrachte wijziging van de voornamen toevoegt aan de akte van geboorte, zendt een afschrift van die akte en de latere vermelding aan de persoon op wie de akte betrekking heeft. Hij zendt een afschrift aan de ambtenaar van de burgerlijke stand die de akte van wijziging van de vermelding van het geslacht en de eventuele in dat verband uitgebrachte wijziging van de voornamen heeft opgemaakt. Laatstgenoemde akte wordt bewaard totdat achttien maanden zijn verstreken na de ontvangst van laatstgenoemd afschrift dan wel, indien geen zodanig afschrift wordt ontvangen, totdat achttien maanden zijn verstreken na het opmaken van de akte.
C
Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. Iedere Nederlander van zestien jaar of ouder die de overtuiging heeft tot het andere geslacht te behoren dan is vermeld in de akte van geboorte, kan een voornemen tot wijziging van de vermelding van het geslacht schriftelijk kenbaar maken aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van zijn woonplaats of aan de ambtenaar van de burgerlijke stand onder wie de desbetreffende akte berust, tenzij artikel 28aa van toepassing is. De betrokkene bevestigt zijn overtuiging in persoon ten overstaan van deze ambtenaar van de burgerlijke stand ten vroegste vier weken en ten laatste twaalf weken na de kennisgeving hiervan, op straffe van verval van de kennisgeving. Na de bevestiging maakt deze ambtenaar een akte van wijziging van de vermelding van het geslacht op. Indien de akte van geboorte niet hier te lande in de registers van de burgerlijke stand is ingeschreven, geschieden de kennisgeving en de bevestiging hiervan bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage.
2. In het tweede lid wordt «de artikelen 28a en 28b» vervangen door «artikel 28b».
3. Het derde lid komt te luiden:
3. Degene die de Nederlandse nationaliteit niet bezit kan een kennisgeving en bevestiging als bedoeld in het eerste lid doen, indien hij gedurende een tijdvak van ten minste één jaar, onmiddellijk voorafgaande aan de kennisgeving, woonplaats in Nederland heeft en een rechtsgeldige verblijfstitel heeft, tenzij artikel 28aa van toepassing is. Uiterlijk bij de bevestiging legt betrokkene een afschrift van de akte van geboorte over.
4. In het vierde lid wordt «bedoelde aangifte» vervangen door «bedoelde kennisgeving en bevestiging».
5. Na het vierde lid worden drie leden toegevoegd, luidende:
5. De in het eerste lid bedoelde ambtenaar van de burgerlijke stand wijzigt desverzocht tevens de voornamen van degene op wie de wijziging van de vermelding van het geslacht betrekking heeft. Bij een tweede wijziging van de vermelding van het geslacht kan de ambtenaar van de burgerlijke stand de voornamen uitsluitend wijzigen in de voornamen die voor de eerste wijziging van de vermelding van het geslacht in de geboorteakte waren vermeld.
6. Indien de betrokken persoon een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid doet en bevestigt aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van zijn woonplaats, zendt laatstgenoemde een afschrift van de akte van wijziging van de vermelding van het geslacht aan de ambtenaar van de burgerlijke stand onder wie de akte van geboorte van de betrokkene berust. Deze akte behelst tevens een wijziging van de voornamen, indien sprake is van een verzoek als bedoeld in het voorgaande lid.
7. Bij algemene maatregel van bestuur wordt geregeld al wat betreft de aan de ambtenaar van de burgerlijke stand over te leggen stukken, het opmaken van de akte van wijziging van de vermelding van het geslacht en de voornamen, bedoeld in het zesde lid, en de inhoud daarvan.
D
Artikel 28a komt te luiden:
1. Wijziging van de vermelding van het geslacht van een Nederlander, jonger dan zestien jaar, kan op verzoek van zijn wettelijke vertegenwoordiger worden gelast door de rechtbank, indien de minderjarige de overtuiging heeft tot het andere geslacht te behoren dan is vermeld in de akte van geboorte.
2. De wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige, jonger dan zestien jaar, die de Nederlandse nationaliteit niet bezit, kan een verzoek als bedoeld in het eerste lid doen, indien de minderjarige gedurende een tijdvak van ten minste één jaar, onmiddellijk voorafgaand aan het verzoek, woonplaats in Nederland heeft en een rechtsgeldige verblijfstitel heeft. In dat geval wordt tevens een afschrift van de akte van geboorte overgelegd.
3. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt onder akte van geboorte mede verstaan een akte van inschrijving van een buiten Nederland opgemaakte akte van geboorte of van een beschikking als bedoeld in artikel 25c.
4. De rechtbank toetst of de verzochte wijziging van de vermelding van het geslacht in het belang is van de minderjarige die het betreft. Bij toewijzing van het verzoek kan de rechtbank desverzocht tevens de wijziging van de voornamen van de minderjarige op wie het verzoek betrekking heeft gelasten.
E
Na artikel 28a wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
1. Een derde of volgende wijziging van de vermelding van het geslacht kan op verzoek van iedere Nederlander van zestien jaar of ouder worden gelast door de rechtbank, indien hij de overtuiging heeft tot het andere geslacht te behoren dan laatstelijk is vermeld in de akte van geboorte.
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de persoon die de Nederlandse nationaliteit niet bezit, indien hij gedurende een tijdvak van ten minste één jaar, onmiddellijk voorafgaande aan het verzoek, woonplaats in Nederland heeft en een rechtsgeldige verblijfstitel heeft. In dat geval wordt tevens een afschrift van de akte van geboorte overgelegd.
3. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt onder akte van geboorte mede verstaan een akte van inschrijving van een buiten Nederland opgemaakte akte van geboorte of van een beschikking als bedoeld in artikel 25c.
4. De rechtbank toetst of het verzoek, bedoeld in het eerste lid, oprecht en weloverwogen is. Bij toewijzing van het verzoek kan de rechtbank desverzocht tevens de wijziging van de voornamen van degene op wie het verzoek betrekking heeft gelasten.
F
Artikel 28b komt te luiden:
1. De ambtenaar van de burgerlijke stand onder wie de akte van geboorte berust, voegt aan de akte van geboorte van betrokkene een latere vermelding toe van de wijziging van de vermelding van het geslacht na bevestiging als bedoeld in artikel 28, eerste lid, of na ontvangst van de akte van wijziging van de vermelding van het geslacht, genoemd in artikel 28, zesde lid. Artikel 27 is van overeenkomstige toepassing.
2. De latere vermelding, bedoeld in het eerste lid, heeft tevens betrekking op de wijziging van de voornamen, bedoeld in artikel 28, vijfde lid.
3. Indien de akte van geboorte niet hier te lande in de registers van de burgerlijke stand is ingeschreven, schrijft de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage de akte van geboorte tevens in het register van geboorten van die gemeenten in.
G
In artikel 28c, eerste lid, wordt de zinsnede «van wijziging van het geslacht toevoegt» vervangen door «toevoegt van wijziging van de vermelding van het geslacht of van de last tot wijziging, bedoeld in de artikelen 28a en 28aa» en wordt «in artikel 28b, tweede lid» vervangen door «in de artikelen 28, vijfde lid, 28a, vierde lid, tweede zin, en 28aa, vierde lid, tweede zin».
H
Na artikel 28c wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister voor Rechtsbescherming,
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,