Voorgesteld 11 mei 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de bij- en meestook van houtige biomassa in kolencentrales op korte termijn de uitstoot van CO2 niet beperkt;
overwegende dat de beperking van de opwekking van elektriciteit met behulp van kolen zou kunnen leiden tot extra bijstook van biomassa, met name in de Eemshavencentrale;
verzoekt de regering, zeker te stellen dat de invoering van de Wijziging van de Wet verbod op kolen niet zal leiden tot het toekennen van extra subsidiegeld dan wel nieuwe subsidiebeschikkingen voor de bij- en meestook van biomassa in kolencentrales,
en gaat over tot de orde van de dag.
Grinwis
Boucke
Stoffer
Van der Lee
Agnes Mulder
Thijssen
Van Raan
Leijten