Voorgesteld 10 juni 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat gemeenten niet altijd overgaan tot registratie op een briefadres wanneer het naar hun oordeel niet vaststaat dat een dak- of thuisloze feitelijk in die gemeente verblijft;
overwegende dat door de aard van de problematiek het soms lastig is vast te stellen in welke gemeente een dak- of thuisloze verblijft;
overwegende dat dit de overheid niet moet ontslaan van de verantwoordelijkheid om te voorzien in een briefadres voor deze doelgroep;
overwegende dat het juridisch aanvechten van een gemeentelijk besluit inherent met zich meedraagt dat een persoon voor langere periode geen adres heeft en dus niet bereikbaar is voor de overheid;
verzoekt de regering, op korte termijn een experiment te starten waarin wordt gezorgd dat mensen zonder vaste woon- of verblijfplaats bij een gemeente een briefadres kunnen krijgen, waar dan ook in Nederland, ook wanneer niet of lastig valt vast te stellen in welke gemeente deze persoon feitelijk verblijft,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ceder