Ontvangen 20 maart 2025
De ondergetekenden stellen het volgende subamendement voor:
Het amendement van het lid Diederik van Dijk c.s. (stuk nr. 35) wordt als volgt gewijzigd:
Onderdeel I wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst en in de tekst wordt «In artikel 1, eerste lid, onderdeel b,» vervangen door «In het eerste lid, onderdeel b,».
2. Voor onderdeel 1 (nieuw) wordt een aanhef ingevoegd, luidende:
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
1a. In afwijking van het eerste lid, onder b, kan bij algemene maatregel van bestuur een lager bedrag worden vastgesteld voor donaties afkomstig uit in die maatregel vast te stellen landen.
Dit subamendement regelt dat het drempelbedrag van 15.000 euro uit het amendement Van Dijk c.s. (nr. 35) per AMvB naar beneden aangepast kan worden voor hoogrisicolanden. Indieners vrezen dat de ongewenste, ondermijnende geldstromen uit onvrije landen waar de Parlementaire ondervragingscommissie naar ongewenste beïnvloeding (POCOB) voor waarschuwt met dit amendement mogelijk (deels) de dans ontspringen. Daarom geven indieners met dit subamendement de regering de mogelijkheid om voor hoogrisicolanden een lagere drempel dan 15.000 euro drempel te hanteren, waarbij ook een bedrag van 0 euro mogelijk is. Hiertoe verzoeken indieners de regering in de AMvB aan te sluiten bij de hoogrisicolijst uit de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft), die voorschrijft dat verscherpt onderzoek verplicht is bij geldstromen uit landen die op de hoogrisicolijst staan (artikel 8, onder 1, onder b, Wwft). Om de regering de nodige handelingsruimte te geven, beperken indieners het subamendement bewust niet tot die lijst, opdat, indien nodig, ook andere landen als hoogrisicolanden kunnen worden aangemerkt voor hetgeen in de Wtmo bepaald staat.
Bikker Becker