Ontvangen 26 januari 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel F, komt artikel 13a, eerste lid, te luiden:
1. Dit hoofdstuk, met uitzondering van artikel 13ba, is uitsluitend van toepassing op gebouwen die door beweging van de bodem als gevolg van de aanleg of exploitatie van een mijnbouwwerk ten behoeve van het winnen van gas uit het Groningenveld of als gevolg van de gasopslag Norg, versterkt moeten worden.
II
In artikel I, onderdeel F, vervalt in artikel 13b de begripsomschrijving van college.
III
In artikel I, onderdeel F, wordt in artikel 13c, vierde en vijfde lid, «colleges» telkens vervangen door «colleges van burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten».
IV
In artikel I, onderdeel F, wordt in artikel 13f «college» vervangen door «college van burgemeester en wethouders».
V
In artikel I, onderdeel F, wordt in artikel 13g, vijfde lid, «colleges» vervangen door «colleges van burgemeester en wethouders».
VI
In artikel I, onderdeel F, wordt in artikel 13i, tweede en zevende lid, «college» telkens vervangen door «college van burgemeester en wethouders».
VII
In artikel I, onderdeel F, wordt in artikel 13k, eerste lid, «college» vervangen door «college van burgemeester en wethouders».
Alle panden waarvan na inspectie blijkt dat deze versterking nodig hebben, moeten worden versterkt. Het uitgangspunt moet zijn: doen wat nodig is voor de veiligheid. Het is niet van belang in welke gemeente het pand staat.
Ook buiten de vijf genoemde gemeenten wonen mensen met erkende meervoudige schades aan hun huis. Wanneer blijkt dat deze bewoners in een onveilig huis wonen, dat versterking nodig heeft, dient dat mogelijk te zijn.
Beckerman