Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 23 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd de jeugdbescherming nog niet op orde acht en een patstelling constateert tussen gemeenten en het Rijk;
constaterende dat er nog 800 kinderen zijn met een jeugdbeschermingsmaatregel zonder een vaste jeugdbeschermer;
overwegende dat dit de meest kwetsbare kinderen zijn binnen de jeugdzorg en van mening dat zij prioriteit verdienen;
overwegende dat het beschermen van kwetsbare kinderen volgens het Internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind een overheidstaak is;
overwegende dat de regering momenteel bezig is met de herziening van de jeugdbeschermingsketen;
verzoekt de regering, om met een frisse blik onafhankelijke deskundigen en de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming te betrekken bij de uitwerking van de plannen voor de nieuwe inrichting van de jeugdbeschermingsketen, waarbij de bekostiging en de ministeriële aansturing worden meegenomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Beukering-Huijbregts