Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 2 december 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering voornemens is een instellingswet voor een begrotingsfonds voor het Nationaal Groeifonds op te stellen;
constaterende dat de regering stelt dat het wetstraject dat daaruit voortvloeit circa twee jaar in beslag neemt;
constaterende dat het fonds een looptijd heeft van vijf jaar, waardoor de instellingswet in dat geval slechts voor ongeveer de helft van de looptijd van het fonds in werking is;
van mening dat de instellingswet zo snel mogelijk behandeld moet worden, teneinde een juiste juridische verankering te bewerkstelligen;
van mening dat een duidelijk investeringskader met criteria en doelen gericht op duurzame productiviteitsgroei en het verbeteren van het verdienvermogen voor de volgende generatie(s) nodig is;
verzoekt de regering, in de instellingswet voor een begrotingsfonds voor het Nationaal Groeifonds een duidelijk investeringskader op te nemen en het wetsvoorstel voor de zomer van 2021 naar de Kamer te sturen, met het oog op een spoedige behandeling;
en gaat over tot de orde van de dag.
Stoffer