Voorgesteld 10 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er de afgelopen kabinetsperiode geen sprake was van een duidelijke doelstelling om de regeldruk aan te pakken en dat de berekende jaarlijkse regeldruk als gevolg van wetgeving in deze periode met ongeveer 1,2 miljard is toegenomen;
overwegende dat ook in de beleving van veel mkb-ondernemers de regeldruk is toegenomen in plaats van afgenomen;
Verzoekt de regering, zich in te spannen voor een nullijn ten aanzien van de ontwikkeling van de regeldruk;
spreekt uit dat het wenselijk is als voor de volgende kabinetsperiode een concrete doelstelling voor verlaging van de regeldruk wordt vastgesteld,
en gaat over tot de orde van de dag.
Stoffer
Van Haga