Voorgesteld 25 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het onderwijs en de studieomgeving vanwege de coronacrisis anders zijn opgezet en studeren daardoor veel meer zelfredzaamheid van studenten vraagt;
overwegende dat sommige studenten in deze buitengewone omstandigheden niet goed tot hun recht komen terwijl zij normaliter wel geschikt zijn voor de opleiding;
overwegende dat sommige studenten uit zorg voor de gezondheid van hun ouders of andere huisgenoten juist aan fysiek onderwijs of tentaminering niet volledig kunnen deelnemen;
overwegende dat mbo-instellingen en universiteiten – in tegenstelling tot hogescholen – vasthouden aan het volledig en zonder aanpassingen in de normen toepassen van het bindend studieadvies voor eerstejaarsstudenten;
overwegende dat in het studiejaar 2019/2020 vrijwel alle universiteiten en mbo-instellingen wél het BSA hebben uitgesteld vanwege bijzondere omstandigheden;
spreekt de oproep aan universiteiten en mbo-instellingen uit om in dit door corona getekende studiejaar het BSA niet onverkort toe te passen, maar te komen tot een aangepaste norm die recht doet aan de buitengewone omstandigheden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Meenen
Westerveld