Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 23 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat CODART een wereldwijd brede netwerkorganisatie is voor conservatoren van Nederlandse en Vlaamse kunst, met 700 leden in 30 landen;
overwegende dat CODART als zelfstandige stichting sinds 2009 subsidie van OCW ontvangt via RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis;
overwegende dat onlangs is gebleken dat het RKD de samenwerking met CODART anders wenst vorm te geven;
overwegende dat het beëindigen van de financiering die samenhangt met de samenwerking ingaat tegen de bedoeling van de afspraken tussen beide stichtingen uit 2007;
overwegende dat beëindiging van de financiering het einde betekent van CODART;
constaterende dat het Rijksmuseum bereid is de subsidie van OCW door te geven aan CODART en de onafhankelijkheid van CODART blijvend te respecteren;
verzoekt de Minister, het gesprek aan te gaan met beide partijen om ze te bewegen er met elkaar uit te komen en als terugvalmogelijkheid te verkennen om de subsidie van circa € 205.000 voor CODART voortaan via een andere instelling in de Erfgoedwet, bijvoorbeeld het Rijksmuseum, te laten lopen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Geluk-Poortvliet